Het is druk in de gang van TivoliVredenburg. En dat terwijl de deur pas over tien minuten open gaat. Normaal moet je als club korting geven op de eerste uren of lijdzaam toezien hoe de openings-dj voor een lege zaal staat te draaien, maar vandaag is het anders: zeker 200 mensen staan in de hal te wachten tot de Ronda open gaat, omdat ze de eerste toon niet willen missen. Het is dan ook niet zomaar een clubnacht: dit is Etmaal, het 32-uur durende elektronische festival van Colin Benders. Het werd zeker vier, vijf keer uitgesteld door die klote lockdowns, maar nu opent Benders zelf het bal. Slimme truc die meer clubs zouden moeten uithalen: noem de eerste set gewoon een openingsceremonie en iedereen staat met zijn neus vooraan.
Het loont dan ook de moeite om vroeg te komen. Op de vloer van de Ronda staat een modulaire synthesizer, een kast vol componenten die samen een techno-orkest vormen. Benders staat met zijn rug naar ons toe, maar zo dichtbij dat we toch alles kunnen zien. Hij oogt als een kruising tussen een muzikant en een dirigent, die langzaam zijn machine tot leven wekt. Eerst met zoemende en fluitende geluiden, dan een pulserende baslijn. Laag voor laag voegt hij elementen toe en verhoogt hij de intensiteit. Het blijft heerlijk om naar te kijken, hoe de schwung van de techno-groove waar hij naartoe werkt alvast bezit van zijn lichaam neemt. Het is allemaal improvisatie, dus soms zie je ook de spanning in zijn bewegingen: ja, dit zou wat kunnen worden, dit gaat goed!
Na twintig minuten heeft Colin Benders het gaspedaal al gevonden en staan de eerste mensen al met vuisten of telefoons in de lucht. Hij is er in de loop der jaren beter in geworden te doseren. Toen hij net met dit bakbeest begon op te treden verloor hij zich nog wel eens in te rigoureus geknal, maar nu weet hij dat terugschakelen en uitstellen een van de belangrijkste elementen van techno zijn. Na dertig minuten ratelende geluiden net even een flard van een melodie toelaten en weer laten verdwijnen, een vluchtig momentje creëren dat de aandachtige luisteraar niet zal ontgaan.
Daar gaat ie dan. Na vier, vijf keer uitstellen was dit weekend eindelijk Etmaal, de droomdag van Colin Benders. Zelf opent en sluit ie, en daar tussen komt een keur van techno, ambient en experimentele elektronica langs. Net zo lang tot alles plakt.
Publieksfavoriet
Benders legt hem uiteindelijk wel wat te heftig klaar voor TSHA, een upcoming Britse dj die na de lockdown ineens overal staat. Van het heftige slot van de openingsset is het echt even schakelen naar de frivole house met powerpiano’s van TSHA, die zelf klein maar vinnig oogt. Haar sound is vrolijk en speels, met flarden UK garage en Afrikaanse percussie. Het eerste uur klinkt het allemaal wat vrijblijvend, maar het laatste halfuur heeft ze een paar goed geplaatste uitschieters. Vooral de verse track ‘Mayonnaise’ van Mamba blijft hangen, een hysterische tune die switcht van old school rave naar verzengende dubstep, als een stoplicht dat van rood naar groen springt.
Zulke verassingen hoor je niet bij de twee broers uit Wales die samen Overmono heten, de publiekstrekkers van de eerste avond. Zij hebben de wind mee met een stapels catchy releases waar je u tegen zegt. De twee brengen veel herkenbaars uit de Britse underground samen: UK bass die zo catchy is dat Fred Again.. er haast van moet blozen, de mistige vocals van Burial in een net iets toegankelijker vorm, de woozy synthlijnen die we kennen uit de Border Community hoek, allemaal kwaliteitsmuziek, en Overmono gooit hit na hit uit eigen studio, plus een bona fide garage classic van The Streets. Effectief en euforisch, maar als dj-set nou ook weer niet zo spannend.
Baarmoedermuziek
Via Blawan en Speedy J & Steve Rachmad belandt Tivoli bij het ochtendgloren. En hoewel een stuk minder mensen dat deel van het programma weten te vinden, vinden in het daglicht eigenlijk de meest bijzondere optredens plaats. Eigenlijk is Etmaal niet bedoeld als een non-stop clubnacht, zoals de weekenders in de Berlijnse technotempel Berghain of De School in Amsterdam de nacht uitrekken tot ver in de middag, weer de nacht in. Nee, zodra de zon weer langs de Domtoren omhoog klimt, zijn vrijwel alle nachtvlinders weer verdwenen. Om kwart voor 12 ’s ochtends druipen nog drie Italianen af, verwonderde blik in de ogen.
Even verderop in de Pandora zit een gast diep in een k-hole te wachten. Al uren zijn daar de modulaire synthfröbelaars van Modulation aan het werk, zelfverklaard amateurs die al sinds 2015 elke twee maanden samenkomen (o.a. in Kytopia en later De Helling) om te jammen en kennis uit te wisselen hoe je die bijna onbeheersbare bakbeesten van modulars kunt temmen. Middenin de Pandora staan een stel tafels tegen elkaar aangeschoven, het ene uur staat er een muzikant piepknor-elektronica te maken, het volgende tovert iemand zachtmoedige droomhouse uit haar synthesizers. ‘Eindelijk weer een baslijn!’, grinnikt de jongen aan de ket, ‘ik heb het gevoel dat mijn hart nu weer begint te kloppen.’
De after-koningen zoals hij zijn in de ernstige minderheid: in totaal kochten zo’n 300 mensen een passe-partout, en zijn er daarvan nu nog 15 mensen in TivoliVredenburg. Verder heel veel frisse vogels die vooral willen zien wat er in de Hertz gebeurt, de kamermuziekzaal van TivoliVredenburg die helemaal aardedonker is gemaakt voor de liveset van upsammy, de nogal intense dansperformance van Alvin Colantes bij Berghain-resident JakoJako, en de show van Hainbach een paar uur later.
Zoals Colin Benders een online community heeft, zo heeft deze Hainbach dat ook. Stefan Paul Goetsch heet-ie eigenlijk, en hij is een Berlijnse ambientmuzikant én YouTuber: via korte begrijpelijke video’s legt-ie uit hoe vergeten synths werken, hoe je met electro-mechanische transmitters muziek maakt, en hoe je een tapemachine kunt inzetten in zijn muzikale straatje. 171k volgers heeft hij, dus in zijn eigen microniche is hij de koning. In de Hertz hangen lange draden tape over twee statieven, af en toe verwisselt hij er eentje, en daar komt een intrigerend gekraak en gepiep vanaf. Zijn ambient doet wel denken aan werk van Stars of the Lid en William Bassinski: traag voortkabbelende baarmoedermuziek, een stemmend orkest in gesprek met de ruis van cassettebandjes, engelenkoren met oneindige lagen galm.
Nog mooier is de liveshow van Out of Place Artefacts even later, de samenwerking tussen Berghain-resident Rødhåd en VRIL. Zaterdagnacht zal die eerste nog een set draaien zoals je van ‘m kent, met z’n tweetjes maakten deze techno-iconen een stel introspectieve ambient techno-platen waar hersenen kietelen belangrijker is dan de vierkwartskick. Luister maar eens goed hoe traag de kicks op 80 bpm voortkruipen, en in het hoog tegelijkertijd razendsnelle patronen klinken. Er gebeurt echt superveel in die ruimtelijke tunes: hier een stuiterende synthmelodie, daaronder diepe subbassen en doffe drums. Zo kan het dat plukjes mensen in kleermakerszit op de grond zitten te luisteren, en anderen erop staan mee te stuiteren alsof het drum ’n bass is.
Flash forward naar uur 30 van de marathon. De tweede nacht van Etmaal is een stuk minder druk bezocht dan de eerste. Kennelijk is de loopy laagjestechno van Rødhåd een stuk minder in trek dan de UK sound van Overmono. De Duitser met de rossige baard stelt evengoed niet teleur. Engelsman Barker brengt zijn gedeconstrueerde techno met net wat meer push dan voorheen, Skee Mask laat de beats alle kanten uit schieten en JASSS trekt de zaal uit elkaar met razende techno en een heftige drum ’n bass track tot besluit. Dan is het aan de captain zelf om de laatste binnen te schieten. Colin Benders heeft voor zijn closing een wat kleinere set-up meegenomen: een kleine bak modulars, maar vooral een drumcomputer waar ie zo’n beetje alles uit kan halen. Het wordt een waar percussie-spektakel, heel snel en heel druk. Aan het begin duikt hij nog wel een paar keer de diepte in - wordt zeer gewaardeerd - maar het laatste half uur besluit hij al zijn energie in de strijd te gooien. Soms komt er iets moois uit, soms is het alleen maar rammen.
Opzij gaan als iemand wil passeren gaat inmiddels niet meer in Pandora, je schoenzolen kleven letterlijk aan de vloer, en het kost serieus kracht om ze elke keer weer op te tikken. De LED-schermen boven de dansvloer veranderen de zaal in een tunnel, en zo voelt de muziek ook. De glowsticks in het haar van het meisje vooraan beginnen hun felheid te verliezen, maar ze zet nog even door. Hoeveel van de 32 uur zou Colin Benders zelf meegemaakt hebben? Zou ie een bedje gehad hebben ergens in de nok of de kelder van TivoliVredenburg, waar ie zich steeds even een halfuurtje op kon krullen? Nog een keer laat hij alles over elkaar heen buitelen, alsof hij de drumcomputer als een emmer omkiepert. Dan is het stil, en de schreeuw van ontlading komt over het gejuich heen.