Met soppende schoenen en een grote glimlach sjokken de 750 bezoekers van Draaimolen Festival even na elf uur naar de uitgang. Het slot van het festival viel letterlijk in het water, maar figuurlijk was dat zeker niet het geval. En dat is een ongelofelijk verademing na alle afgelastingen de afgelopen anderhalf jaar. Het mocht weer, en we kunnen het nog.

Lowlands voor 750 mensen, dat is ondenkbaar, onmogelijk. Het kan niet uit, en het gaat recht in tegen alles waar Lowlands voor staat, een massale viering van de popcultuur. Maar Draaimolen in Tilburg is een ander verhaal. Het dancefestival stond de laatste jaren al bekend als intiem en laagdrempelig, een festival voor en door liefhebbers. Bekende dj's als Blawan en Job Jobse kregen er een curatorrol en lieten er nieuwe gezichten zien. Ingegeven door de omstandigheden schakelde Draaimolen al terug in intimiteit: van een man of 10.000 naar 1.400, van een terrein vol grote en kleine stages naar één plek waar alles moest gebeuren. Dus toen de limiet op 750 kwam te liggen was het voor Draaimolen niet eens zo'n grote stap. En zo is er nu This Is Not Draaimolen Festival. Draaimolen, maar ook weer niet. Nee, geld zal er dit jaar niet verdiend worden, maar we staan hier wel mooi, op zo'n beetje het enige dancefestival dat wel door gaat. Doorzettingsvermogen is key bij de organisatie, en dat zal het ook bij het publiek zijn.

Om die intimiteit nóg meer te versterken voerde Draaimolen twee huisregels in: geen foto's en filmpjes met je telefoon, en iedereen voor 15.00 uur binnen. We kunnen de verplichte groepsselfie dus skippen. De inloopuurtjes kunnen we gebruiken om de strategie voor de dag te bespreken en nou eens echt bij te praten over die relatie die stuk liep in de coronatijd. Wat die strategie betreft: de Spanjaard Héctor Oaks laat weinig keuze. De Bassiani resident staat hier onder de naam Cadency, maar hij lijkt niet echt op zoek naar cadans. Hij is net zo'n rauwdouwer als dat-ie eruit ziet, als een punker met een platgeslagen rode hanekam.

Hector Oaks was een van die dj's die al vrij vroeg in de coronacrisis kansen greep waar het kon, in landen waar het weer mocht. Dat werd hem niet door iedereen in dank afgenomen, want binnen de clubscene heerst ook de gedachte dat opportunistische dj's de crisis alleen maar verlengen. Maar Oaks had daar kennelijk lak aan. Of zoals hij het zelf zegt: ‘Mensen hebben het moeilijk met alle regels, ze worden onderdrukt. Ik weet hoe ik platen op zo’n manier moet mixen dat mensen in extase komen, en dat heeft een helende werking.’ De Berlijnse Spanjaard zat natuurlijk ook op een high van boekingen over de hele wereld. Hij draait al jaren en jaren, maar met name de doorbraak van de Georgische club Bassiani stuwde zijn naam internationaal omhoog. Die club stond sowieso al hoog aangeschreven, maar door een grootscheepse politie-inval werd Bassiani ook nog eens dé rebellenclub van de internationale queerscene. Met Oaks dus als boegbeeld. Als Cadency draait hij funky house en techno, afgewisseld met gemene wave en elektro. Veelal van vinyl, maar zonder al te veel aandacht te steken in de edele kunst van het mixen. Hector Oaks is aan het smijten met zijn ruwe platen. Hij heeft zich voorgenomen: ik gooi mijn schouder er vol in en ga deze dag aan het rollen brengen. En dat lukt.

Zijn opvolger Mama Snake heeft een heel andere stijl te pakken. De sigaret van de Deense valt bijna uit haar mondhoek door de gulle glimlach die ze ons gunt bij de eerste track. Ah, gaan we trance? Zeker, zij het vooral in de ritmes, met de cheesy vocalen en grote melodieuze breaks is Mama Snake zuinig, maar ze voelt goed aan dat het veld nu wel even toe is aan wat vriendelijkers. Veel mensen zijn nu in full knuffel mode. Ze vergeet overigens niet dat ook doorpakken nu belangrijk is. In tegenstelling tot de dj’s voor haar bouwt ze daar subtiel aan. Track voor track, laag voor laag voert ze de druk op, tot haar set zo stoer geworden is dat ze op driekwart van haar set geheel geloofwaardig 80's toverbal ‘Orinoco Flow’ van Enya in kan mixen, vakkundig bedolven onder een spervuur van technopercussie. Dan moet je van goede huize komen. Zelfs met de punten aftrek voor haar Linkin’ Park slot tekent Mama Snake voor een van de beste sets van de dag. Ze heeft dan ook de mooiste spot, bij het vallen van de avond, en vóór de wolkbreuk.

Volvox en VTSS na haar krijgen de volle laag. Ze zijn voortvarend van start gegaan met hun missie om dit festival naar een piek te draaien. Vanaf de eerste plaat draaien ze net wat gemener en vinniger dan Mama Snake, techno met rake klappen maar ook korte vocale chops met hiphop feel. Ze zijn een gelegenheidsduo, deze twee. Volvox maakte de laatste jaren naam als een van de sleutelfiguren uit de Discwoman crew, een New Yorks boekingskantoor dat alleen maar vrouwen boekt. Een van haar hoogtepunten in Nederland was een vlammende Boiler Room met Umfang. VTSS komt uit de Poolse underground. Er zitten dus vele kilometers tussen, maar deze back to back voelt als een totaal logische match van twee dj’s met dezelfde spirit. Ze brengen hier een rauw rave gevoel dat niet te stoppen is door een regenbui.

En wat voor een regenbui. Gedurende de dag viel er af en toe een spat, maar dat was zo weinig dat je een half uur later al weer prima in de bosrand kon chillen. Dat is om tien uur wel anders, als plotseling een millimeter of 50 over het terrein uit gestort wordt, donder en bliksem. Het is werkelijk niet normaal. Als je even niet op je Buienalarm had gekeken om op tijd bij het overkappinkje te belanden, dan was je meteen zeiknat. Gek genoeg leidt het niet tot een enorme uittocht. Het is óf de bui uitzingen op je schuilplaats, of volop door raven, naar huis gaan is nog geen optie. Zelfs als de muziek er eventjes uit knalt geeft Draaimolen niet op, en als het een half uur later weer droog is sturen Volvox en VTSS de avond met een soort ‘techno in galop’ schreeuwplaat naar een hoogtepunt. 

Dan vraagt Draaimolen headhoncho Milo van Buijtene om de microfoon. Hij oogt wat nerveus, niet bepaald een volleerde Rocco Veenboer. Maar als de schuif van de microfoon gevonden is blijkt waarom. Hij is hier niet om nog één applausje te vragen voor Volvox en VTSS of om te schreeuwen dat we allemaal geweldig zijn en dat dit hier toch is waar we het allemaal voor doen, maar… om te vertellen dat met mogelijk meer zwaar onweer op komst iedereen naar huis moet. Een donderslag bij heldere hemel kunnen we het niet noemen - het water klotst nog over de randen van onze schoenen - en toch is het een verrassing, want het ergste leek voorbij. Er volgt geen gejoel of gefluit, en met een licht mokkende gelatenheid sjokt iedereen vrijwel direct naar de uitgang. Natuurlijk hadden we graag geweten welke tunes Job Jobse in de lockdown ontdekt heeft (al was Milc Inc's 'Walk On Water' vanavond ook op zijn plek geweest), maar het is wat het is. Niemand hoeft zich vandaag bestolen te voelen.