Daar is eindelijk de langverwachte opvolger van Lobi Da Basi (2014). Zes jaar hebben we op Lichthuis moeten wachten. Zet 'm aan en lees verder, dan gidst Typhoon je zelf door de nummers, de vele referenties en de emotionele rollercoaster die zijn leven de afgelopen zes jaar was. Het is een reisverslag met diepe dalen maar (spoiler alert!) een onmiskenbaar happy end.

1. Oud Licht

'Verliefd op de potentie, maar we zijn beiden zo moe.'

Openingsnummer ‘Oud Licht’ gaat over een verbroken relatie óf de reis die je binnen een relatie doormaakt. Typhoon en zijn lief hebben elkaar pijn gedaan, maar hij klinkt niet verbitterd. Nee, hij bedankt haar juist. Glenn: ‘Je kunt in de pijn blijven hangen, maar je kunt ook zeggen: “Door alles wat er is gebeurd ben ik nu de persoon die ik ben, en jij bent wie jij bent. Daar bedank ik je voor.” Oorlogen, vetes, ruzies, ze beginnen vaak met elkaar “niet zien”. Ik probeer nu verder te kijken. Wat kan ik hiervan leren? Wat kan ik hieruit halen? Het is een stukje verzachting. En in die zin gaat het nummer verder waar ‘Liefste’ van Lobi Da Basi is gestopt.'

‘Het nummer is echt begonnen bij de muziek, het is ook het eerste nummer dat we hebben gemaakt voor Lichthuis. Dries Bijlsma [Typhoon’s vaste producer] liet het me horen. Het klinkt als de introductie van een film, van een reisverslag. Luister naar die fusion rock gitaren! Ook muzikaal zit er een overwinning in op de pijn. Ik koppel mijn muziek vaak aan kunstwerken, een referentie voor deze was Lucy In The Sky, een prachtige film met Natalie Portman.’

Oud licht.
Je zegt me dat er niets meer is.
Je kwam met de wolken en gaat weg met een rubberbootje.
Het is niet wie of wat je bent, ik vind je het leukst in de tussenpozen, 
maar inmiddels drijft de stad af van het vaste land.
Ik zie het zinken
door de dampkring en verdrinken.
Je kwam met de wolken, wilde weg, besloot te blijven,
maar ik wist niet wat ik zag:
ik had wat langer moeten kijken.

Kijk omhoog
Ik kijk omhoog.
En dat terwijl je voor me staat.
Ik ben veel te laat,
maar de nacht die is nog jong.
Kijk omhoog,
Ik kijk omhoog.
Nu dat je zo binnenkomt,
voelt de afstand toch te groot. 

We dansen samen in een baan om de aarde,
te ver voor waar we gaan, 
te licht voor waar we waren.
Ik kende je al
toen de wind er nog niet was,
je aan vuur nog niet kon branden,
spraken met een oogopslag,
toen Mars nog onbewoonbaar was
en Jezus al terug.
Verleden, heden, toekomst,
leer me houden van, of vlucht.
Wie ik ben in deze tijd als ik niet zoek,
die oneindigheid van opties heeft een prijs
en is een vloek. 
Alsof m’n woorden nog iets doen,
verliefd op de potentie, maar we zijn beiden zo moe.
Eindelijk ben ik daar dan, waar je mij al had gezien,
maar net te laat,
ik hoor je, maar voel de windrichting niet. 

Kijk omhoog
Ik kijk omhoog.
En dat terwijl je voor me staat.
Ik ben veel te laat,
maar de nacht die is nog jong.
Kijk omhoog,
Ik kijk omhoog.
Nu dat je zo binnenkomt,
voelt de afstand toch te groot. 

Maar die ochtend komt, de dageraad.
Blijf reiken naar de sterren zie hoe traag het soms gaat.
Ik bedank jou.
Ik bedank jou.
‘k wil niet meer vechten met die stemmen in mijn kop.
Het is veel te lang geleden, 
ik heb veel te ver gezocht,
ik bedank ons allebei.
Ik bedank jou. 

Oud licht.
Pas toen ik je zag, was je weg. 

2. Alles Is Gezegend

'Ik was zo moe dat de duisternis kwam, zat in m’n vecht- en vluchtmodus, ik wilde niet huilen als man.'

‘Alles Is Gezegend’ is een jubelende gospeltrack. Typhoon kwam uit een diep, duister dal, zingt hij, maar met hulp van therapie en zijn geloof wist hij er weer uit op te krabbelen. ‘Freez kwam met de akkoordjes aan, ik begon uit het niets “alles is gezegend” te neurieën, en had er verder wat fonetische dingetjes op gezet. Toen kwam Freez met die eerste verse. Dat was zo’n magie voor me. Deze track is de pijn, de zoektocht en het antwoord in een. Dat klopt met de fase waarin ik zat: net weer opnieuw in mijn geloof, nog steeds herstellende van de burnout. Er zijn nog veel tranen nodig om te ontladen, maar ook om te vieren.’

Vandaar ook dat koor, de handclaps, het gevoel dat je in een euforische kerk op de banken staat te joelen. ‘Hiphop bouwt verder op een hele rijke zwarte spirituele traditie, waar gospel en blues essentieel onderdeel van zijn. Ik heb veel onderzoek gedaan naar die roots, het klopt helemaal dat ik dit nu belichaam en uitdraag. In Nederland heb je zeker ook zulke gospelkerken. Ik ben zelf bestuurslid van Saturday Evening Church, dat een keer in de maand in Almere plaatsvindt. En ik kom vaak in De Rots in Zuid-Oost, daar voel je die vibe ook. Maar op de Veluwe heb ik dat niet meegemaakt.’ Hij lacht. ‘Hier doen ze aan een hele andere manier van geloofsbeleving!’

(Freez)
Wat nou als alles ertoe doet,
zijn wij hier dan toch voor niets geweest?
Ik weet allang niet meer,
maar dat’s precies genoeg.

Alles is gezegend,
misschien komt alles goed 
en alles heeft een reden,
al weet ik vaak niet hoe.
Oh oh oh oh heeeey.
Ik weet niet wat we doen,
maar het lijkt genoeg.

Ik deed een hoop dingen fout, vergeef me oh Heer.    
Ter verdediging: ik handelde uit noodweer,
voelde me onoverwinnelijk en loog weer,
maar dat nooit meer.
M’n mama zei me: maak je los van je ketting, ahuh.
Voel je vrij en tel je blessings. Oké.
Ik ben druk, maar bel m’n vader van de week
en zeg dan dat ik meer van hem houd dan dat ’ie weet.
Bij m’n demonen op de sofa, ze vragen wil je thee?
Ze weten dat ik eerst ergens anders ben geweest,
want ik ben niet alleen. 
Ik tel de stappen in het zand 
en het strand roept de zee.

Alles is gezegend,
misschien komt alles goed.
En alles heeft een reden,
al weet ik vaak niet hoe.
oh oh oh oh heeeey.
Ik weet niet wat we doen,
maar het lijkt genoeg

Ik was zo moe dat de duisternis kwam,
zat in m’n vecht- en vluchtmodus, ‘k wilde niet huilen als man.
Nog steeds even onbevangen, maar de onschuld kwijt.
Vraag maar: wat wil je weten over schaamte en spijt,
wie wil je zijn op het hoogtepunt van het feest?
‘k was verslaafd aan het zoeken, ben er denk ik nooit geweest.
Maar vandaag met een kroon op mijn hoofd: ik leef. 
Ik dank God want ik ben er nog steeds. 
Ik was al thuis vanaf het prilste begin, 
en het laatste wat me rest,
is een duik in de volledigheid uit het adelaarsnest.
Bij storm of windstilte, ik hoor je stem.
Oog in oog met iemand die me door en door kent.

Alles is gezegend,
misschien komt alles goed.
En alles heeft een reden,
al weet ik vaak niet hoe.
oh oh oh oh heeeey.
Ik weet niet wat we doen,
maar het lijkt genoeg

(Freez)
Zelfs wanneer ik kijk naar wat ik mis.
Zolang we gewicht geven aan licht.
Ik heb nachten dat ik denk: man wat heeft het voor zin?
Maar de ochtenden zijn blind en vergevingsgezind,
Dus ik blijf dat rondje lopen tot ik weet waar het begint.
 

3. Ogen Dicht

'Gesloten prullenbak, lippen op elkaar die woorden binnenhouden. Zo van ‘’zeg het maar’’, je voelt je hier niet veilig hè?'

Het was tijd voor Typhoon om de Lobi te herdefiniëren, zei hij eerder al over ‘Ogen Dicht’. Want liefde bestaat niet alleen uit rozengeur, stomende seks en verse croissantjes op bed. ‘Het gaat over de dans van giftigheid in een relatie. Verstrengeling in plaats van verbinding. Als je niet uitkijkt, kun je daar jaren in blijven zitten, omdat je zo gewend bent geraakt aan de ongezonde dynamiek. Mooi voorbeeld: toen ik mijn verloofde van nu voor het eerst tegenkwam, was er een periode dat we weer uit elkaar waren, we waren gestopt met daten. We zaten beiden op veiligheid van de ander te wachten, maar die veiligheid gaven we elkaar niet. Pas na die break hebben we duidelijk de keuze gemaakt: “We gaan voor elkaar.”

Maar zo ver is het nog niet op dit punt van het album: in ‘Ogen Dicht’ worden boze woorden ingeslikt en wordt gekibbeld om stupiditeiten. Tot écht knallende ruzie komt het niet. ‘Ik ben conflictvermijdend. Ik word niet snel boos, en als we ruzie hebben kost het mij echt effe de tijd om weer bij te komen. Dit nummer gaat voor mij niet over ruzie, voor mij is het een koude oorlog die je uitvecht.’

Gesloten prullenbak,
lippen op elkaar die woorden binnenhouden
zo van ‘’zeg het maar’’,
je voelt je hier niet veilig hè?
Bom op m’n tong,
ik vertik het om te zwijgen.
Ben een positieve peinzer,
maar dat optimisme
lijkt zo langzaamaan op masochisme.
Walvis in een vissenkom,
altijd als het misgaat, is het om iets stoms.
Altijd als ik chicks online like, bel je op,
hoezo altijd die bevestiging van buiten nog?
Soms doe ik domme dingen, ’t is een barre tocht,
dus een uiting van bewondering voor jou,
voor het zonlicht en het goud, ook als het minder wordt,
stiller wordt.
Je zou kunnen gaan, zodat je er niet meer aan herinnerd wordt. 
Je kan het niet maken, ’t kan ook niet kapot,
het kan niet uit, het kan niet op.

Je laat me niet los,
je kan me niet zien.
En al ben ik ver
en houd je je sterk,
meer dan ik verdien. 
Hey hey, kijk goed
er is zoveel meer,
maar zo weinig tijd,
dus ik spring want het is
in een ogenblik weer voorbij.

Eind goed al goed,
Salomon’s stempel in de tempel van Doom. 
Ik blijf thuis mierzoet.
En alles wat ik ben, is wat ik doe en wat ik voel.
Wie neemt wie geeft,
som het dan maar op
alles wat ik niet deed. 
Daken in het stof,
maar we leven nog.
Ik hou van je details, 
ik krijg de film plus de making of. 
Minimale middelen, stress maakt je razend,
boos en gekwetst, maar ’k vind het sexy als je daar bent. 
Ik kan het niet maken, maar ’t kan ook niet kapot,
het kan niet uit, het kan niet op.

Je laat me niet los,
je kan me niet zien.
En al ben ik ver
en houd je je sterk,
meer dan ik verdien. 
Hey hey, kijk goed
er is zoveel meer,
maar zo weinig tijd,
dus ik spring want het is
in een ogenblik weer voorbij.

Controle
ik spring met mijn ogen dicht.
Controle
In het niets en het is een ogenblik,
ogenblik voorbij. 
 

4. Botoman

'Maar ben die lobi man ooktu, bouw bruggen en ontwricht ze na encounters met skowtu. M’n ma zegt: "Geef ze geen reden, geen reden Glenn." Ergens klinkt een stem: "Glenn, fok ze op en wees een vent."'

Op zijn vorige album Lobi Da Basi onderzocht Typhoon zijn Surinaamse afkomst, op ‘Botoman’ gaat hij verder. ‘Het is een ode aan de helden van het Surinaamse binnenland. Dat zijn de schippers die op Messiaanse wijze door het water kunnen varen en precies weten waar de rotsen liggen. Op kleine bootjes staan hele koelkasten, auto’s, alles. Jungle powerplay is het. Ik vond het mooi om ze te eren, en tegelijkertijd de veerman uit de Griekse mythologie mee te nemen.’

Muzikaal doet het wel denken aan SAULT: er klinkt afrobeat, maar dan wel in een moderne producties én met fraai strijkersarrangement. ‘Coen Witteveen, mijn saxofonist, produceert ook beats en kwam hiermee. Ik ging er direct hard op. Dries heeft hem uitgeproduceerd, ik kende deze combinatie met snoeiharde hiphop niet, en er zit een arrangement in waar je u tegen zegt. Ik vind het lekker dat ik hier effe echt… RATS! BAM!… aan het rappen ben. Er zit een snoeihard rijmsalvo in. Ik ben deze plaat meer gaan zingen, maar het was belangrijk dat ik ook nog zou blijven rappen.’

‘De plaat is afgerond in coronatijd, dus ook in de tijd dat Black Lives Matter in Nederland is opgekomen. Ik wilde me uitspreken over de angsten, de boosheid. Ik ben nog nooit zo ver gegaan in een nummer, dat voelde goed. Het is heel mooi dat we ons kunnen uitspreken, dat je je eindelijk gehoord voelt, dat er ruimte voor is. Maar het is ook een hele stressvolle, angstige periode, je rakelt allerlei pijnlijke dingen op waar je het bijna niet over hebt. Dat doet wel wat met je. Deze week komen er weer allerlei interviews uit waarin ik me ook uitspreek. Ergens… ergens wil je het er niet voortdurend over hoeven hebben, je wil peace of mind, maar je realiseert ook hoe belangrijk het is dat je wél actief blijft. Er is nog heel veel werk te verrichten.’

Botoman, schipper mag ik overvaren
of kan je op z’n minst de route aan me openbaren?
Ik ben een Srananman, pure chocolade,
mi no é taki langa langa tai mi sa yu wani, kom ter zake.
Uit het juiste hout gesneden, het binnenlandse water,
generaties van ervaring, vraag het aan mijn vader,
en zijn vader en zijn vader, die zei dat zijn vader
moest vechten voor vrijheid,
maar goed dat zijn zijn daden.
Geen borstklopperij, eerder een humbele buiging,
in de hoop dat ze kijken en trots op me zijn.
Één halve hectare, zitmaaier en een boerderij,
pa bedankt, maar zeg me waar zouden we zonder mama zijn?
Botoman botoman,
ik heb de hele dag gewerkt,
m’n voeten doen me pijn, maar ‘k heb een show dus houd me sterk.
M’n dame die me vraagt naar nieuwe liedjes van m’n plaat
want praten doe ik niet, en zij wil weten hoe het met me gaat.

De reis duurt te lang om te twijfelen of het kan.
Wij gaan en zien wel.
Wij gaan en zien wel. 

Ze willen weten wat ik vind. 
Botoman, schipper mag ik over?
Ik moest weg, ben hier gekomen
stress fokte mijn hoofd op.
Zwarte man in een witte wereld, in een wirwar van succes.
Ik wilde het goed doen voor m’n familie,
voor m’n gemeenschap en mn fans.
Maar ben die lobi man ooktu,
bouw bruggen en ontwricht ze na encounters met skowtu.
M’n ma zegt: geef ze geen reden, geen reden Glenn.
Ergens klinkt een stem: ‘Glenn, fok ze op en wees een vent’.
Botoman, ik ben een lover en een fighter,
soms ijdel, soms trots 
maar zit op een lijn met tijd en God. 
Ik ben klaar met het leven in angst,
klaar met lachen om mezelf onschadelijk te maken.
Fok de fame, fok de vragen. 
Ik ga op reis en neem mee alleen één pen en een notitieblok.
Ben aan de overkant, maar ‘k zie je nog.
Deuren worden dichtgeslagen, maar zitten niet op slot. 
Ik bedoel, de stad kan soms branden, maar gaat niet kapot.

De reis duurt te lang om te twijfelen of het kan.
Wij gaan en zien wel.
Wij gaan en zien wel. 

 

5. Voor Het Eerst

‘Ik wil je gelukkig maken en je zo vaak mogelijk laten komen. Da’s m’n trouwgelofte voor het altaar tussen de bomen.’

Sinds vijf weken is bekend dat Glenn verloofd is met fotograaf Marie Broeckman. In ‘Precies Op Tijd’ staat–ie nog niet in pak gestoken op het altaar, maar hij zit er wel al op een knie over te dromen. ‘Ik neem een voorschot. We zijn er nog niet helemaal, maar dit is wel wat ik voor me zie. Daarom zit die speelsheid erin. Ken je ‘Dubbelspel’ van Duvel? Daar zit een keiharde rap in. Zoiets wilde ik doen. Ik kom veel te tof in een gigantisch romantisch liedje, hahaha. Het is heel playful met verwijzingen naar hiphop, het boek Sidharta van Herman Hesse en de film Big Fish. Die film heeft zoveel voor me gedaan, het zegt zoveel over de verbeeldingskracht, de kracht van de liefde, de kracht van verhalen vertellen.’

Dag 1 van het begin.
De cirkel is rond, de cirkel is niets
en alleen vanuit het niets kan pure vorm ontstaan.
Je ontkomt er niet aan,
maar er is nooit niets,
nooit helemaal niets.
Er is altijd iets dat niets ziet,
ik geef me over.
Wij verlichten de ruimte,
een sterk echtpaar in de maak als je ’t mij vraagt.
Tijd vraagt niet veel:
geduld, liefde, doorzettingsvermogen
en de rest is bijzaak.
Want als ik elke keer dat ik me druk maak
om wat anderen van me denken,
om zou zetten in centen,
zou ik fulltime onzeker zijn.
Ontstijg de laatste paar twijfels, ik geloof je.
Ik ben nog nooit zo flink geweest,
ik geef me over.

Aan de overkant wacht goud.
De rivier nog soms te koud.
En we vliegen voor het eerst.
Maar net op tijd.
Precies op tijd. 

Ik wil de liefde bedrijven met het bos,
harde seks met de zee,
lepeltje lepeltje met God,
chicks vinden me vreemd.
Ze gooien verwijten naar m’n hoofd,
maar die komen niet aan.
Tegen de tijd dat ze mij begrijpen,
ben ik hier ver vandaan.
Ik geef me over.
Ik heb alle vrouwen al wel eens gezien.
Elk lichaam al aangeraakt,
naar elke glimlach gestaard.
Elke bil bewonderd,
maar daar is er maar een van mijn bruid. 
Ik was thuis in vele havens, maar had nergens een huis. 
En hoe fris een nieuwe ontmoeting ook is,
het is meer van hetzelfde.
Prachtig, maar een fractie van jou.
Een puzzelstukje.
Een onder constructie verlaten pand tijdens de bouwvak.
Ik hou van jou, ik heb alles al.

Aan de overkant wacht goud.
De rivier nog soms te koud.
En we vliegen voor het eerst.
Maar net op tijd.
Precies op tijd. 

Ik wil je gelukkig maken 
en je zo vaak mogelijk laten komen.
Da’s m’n trouwgelofte voor het altaar
tussen de bomen.
Vlak op het strand waar iedereen ons opwacht.
Uitgezwaaid door onze gasten
verdwijnen we in de nacht.
Uitdijend universum?
Mijn wereld wordt kleiner,
vreugde scheppen in plus liefde maken me wijzer.
Ik ben liefde,
ongelimiteerd, wat niet betekent meer meer,
maar meer zo van het wordt allemaal een beetje effectiever.
Ik geef me over.

6. Alles ok ft. Roos Rebergen

‘Misschien gaat het iets te snel, maar ik voel die liefde wel. Misschien krijg ik spijt, misschien win ik tijd, als ik iets niet vertel.’

Denk nou niet dat de plaat na ‘Precies Op Tijd’ een kleffe bedoening wordt. Als Lichthuis een film is, is dit het moment dat het opeens spannend wordt. De ring zit amper om de vinger, of de twijfel slaat toe in een bossa nova-tune met Roos Rebergen (Roosbeef). ‘We voelen weerstand. We weten wat de bestemming is, maar zijn daar nog niet helemaal klaar voor met lichaam, geest en ziel. Die vertwijfeling mag er zijn.’

'Ik ben zo’n fan van de platen van Roosbeef, al sinds ‘Boerderij’ ben ik verknocht aan haar muziek. Ze is een taalkunstenaar maar schrijft ook de prachtigste melodieën. In 2009 zijn we samen in Zuid-Afrika geweest, toen zijn we echt vrienden geworden. Sindsdien hing altijd al de belofte in de lucht dat we een nummer zouden maken. Dit is ‘m geworden.’

Diepe dozen,
we zijn verkleurd.
Potten en pannen staan voor de deur,
in de gang.
Niets te roken
en het is eigenlijk te vroeg
voor de wodka op het aanrecht
en de vraag of ik nog voel.

Is alles oké? 
Is alles oké?
Is alles oké met ons?

(Roos)
Laat mij het woord doen,
oh luisterend oor.
Valse wimpers,
heeft je moeder ons al door?
Zal ik nog komen, ben je alleen?
Je ruikt zo anders en klinkt zo vreemd. 

Is alles oké? 
Is alles oké?
Is alles oké met ons?

Misschien gaat het iets te snel,
maar ik voel die liefde wel.
Misschien krijg ik spijt,
misschien win ik tijd, als ik iets niet vertel.

Voorspel mijn toekomst.
Je kwam te vroeg.
Ik wil je niet delen,
zoals iedereen dat doet.
Kap niet mijn vleugels,
bind mij niet in.
Houd ons niet tegen,
het heeft geen zin.

Is alles oké? 
Is alles oké?
Is alles oké met ons?

7. De Stad ft. Wende

'Hier in de stad komt de maandag te vroeg en het salaris te laat, lest de regen de dorst van de stenen op straat. Dicteert het deurbeleid dat je aan bent en op dreef. Wie prikt de ballonnen stuk op het hoogtepunt van het feest?'

Over boerderijen gesproken: Typhoon heeft het stadse leven achter zich gelaten en woont al drie jaar met zijn aanstaande vrouw in een pittoreske boerderij nabij Zwolle. Als je ‘De Stad’ luistert, begrijp je direct waarom: er breekt ergens glas, iemand brult “ben je gek geworden?!” en het nummer jakkert manisch voort. Want wil je in de stad overleven? Dan moet je blijven lopen, blijven rennen, zo zingt Wende Snijders. Ze haalt ook het theatrale in Typhoon naar boven. ‘Het gaat over de heftigheid van de stad, over mijn haat-liefde-verhouding ermee. Ik ben niet voor niets op een boerderij gaan wonen. Ik zing dat de stad niet meer om mijn grappen kan lachen: ik zie dat het een mooi leven is, maar het is niet meer voor mij. We zijn uit elkaar, maar let’s stay friends. In de rust vind ik de meeste inspiratie, maar soms is het ook wel jammer dat het platteland geheel prikkelvrij is. Dan ga ik naar Zwolle, Rotterdam of Amsterdam: om me cultureel te voeden, om reuring op te zoeken.’

Hij schreef het nummer met Wende Snijders, maar maakte een van de eerste opzetjes ook met de introspectieve Vlaamse jazzpianist Jef Neve. ‘Het is voor mij een moderne chanson meets terror. De chanson is de Franse – en daarmee ook een beetje de Nederlandse – blues. Ik ben een enorme liefhebber van Ramses Shaffy, Liesbeth List, Charles Aznavour. Je hoort het verlangen van de chanson, het aantrekken en weer wegstoten van de stad.’

Hier in de stad,
komt de maandag te vroeg
en het salaris te laat,
lest de regen de dorst van de stenen op straat.
Dicteert het deurbeleid dat je aan bent en op dreef.
Wie prikt de ballonnen stuk op het hoogtepunt van het feest? 

Hier in de stad,
lijkt kleur bekennen toch de sleutel tot succes,
grijpen goudzoekers de macht
en bouwen tempels op de berg.
Soms beminnen we elkaar door wat afstand en een beetje
net genoeg om niet alles te hoeven weten. 

Hier in de stad
lijkt de hemel lager,
maar ze voelt verder af. 

Hier in de stad,
waar de weerwolven nog lijken op jonge honden in een kennel. 
Wie valt op, wie wordt eruit gepikt, wie straalt nog,
wie gaat los en stopt net voor het allerlaatste zetje?
Energieën liegen niet en tralies doen iets met je. 

Hier in de stad,
leer ik geduld,
dromen worden onthuld.
Ik troost haar als ze huilt en die belofte maakt schuld.
Laat ze me zo af en toe geloven dat ik vlieg
en word ik beroofd in daglicht door haar verdriet. 

Hier in de stad
lijkt de hemel lager,
maar ze voelt verder af. 

(Wende)
Hier deze stad bouwt stap voor stap,
breekt alles af, blijft niets bestaan, 
maar wie niet waagt, wint nooit, dus ga.
Blijf lopen, blijven rennen.
Hier deze stad telt af tot tien.
En wie niet weg is, kom we gaan. 
In deze stad ben je zo af.
Blijf lopen, blijven rennen. 

Hier in de stad,
sleep ik de zon achter me aan als een kind dat niet mee wil,
langs boetiekjes met een bakfiets vol grasland en bomen. 
Ik wil je graag geloven, ver boven alles alles uit,
maar ik zie je licht branden, heb aangebeld, maar niemand thuis. 

Hier in de stad. 
De buren zullen denken, geroddel in de buurt.
En de voetstappen die zich haasten naar een volgend avontuur,
dansend door de brede poort, de smalle wordt bewaakt,
daar ben je kwetsbaar, je wilt niet worden geraakt. 

Hier in de stad
lijkt de hemel lager,
maar ze voelt verder af. 

En ja ze lacht, ze lacht, ze lacht niet meer om mijn grappen.
Ze lacht, ze lacht, ze lacht naar de hele wereld maar niet naar mij.
Ze lacht, ze lacht, ze lacht en als ik vraag “wat is er’’?
Dan zoekt ze naar woorden en kijkt ze naar mij en zegt “niets hoor,
’t is niet belangrijk’’.

(Wende)
Hier deze stad bouwt stap voor stap,
breekt alles af, blijft niets bestaan, 
maar wie niet waagt, wint nooit, dus ga.
Blijf lopen, blijven rennen.
Hier deze stad telt af tot tien.
En wie niet weg is, kom we gaan. 
In deze stad ben je zo af.
Blijf lopen, blijven rennen. 

Hier in de stad
lijkt de hemel lager,
maar ze voelt verder af. 

 

8. Niemand Kan Blijven

'Ik wil hier nooit meer heen. God S.O.S, S.O.S, amen.'

Wanneer Glenn in augustus 2018 met twee vrienden gaat wandelen in de bergen van Zwitserland, gaat het mis. Hij komt net uit een relatie, probeert de draad op te pakken, denkt dan dat hij al uit zijn burnout is geklommen en heeft niet door dat hij ook met een depressie te kampen heeft. Daar in de bergen slaat hij echt op tilt: ‘Het hoeft allemaal niet meer’, denkt hij. Hij voelt helemaal niks meer. Om vervolgens in zijn boekje op te schrijven: ‘God SOS.’ Het komt allemaal terug in ‘Niemand Kan Blijven’, het meest duistere nummer van de plaat, een doomjazz-song met klagerige viool en ijle koorzang. ‘Ze hebben me echt door dit nummer heen moeten loodsen, ik vond het superzwaar om te zingen en vertolken. Voor mijn gevoel heeft het intermezzo een Tom Waits-achtige feel, een grote inspiratiebron voor Dries, Freez en mij. Niet elk liedje moet drie minuut dertig duren, voor zo’n gigantisch onderwerp hadden we meer tijd nodig. Ik vind het bloedstollend mooi, maar zeg je eerlijk: ik kan het nummer niet altijd luisteren.’

Niets is te veel, 
niets is te groot, 
niets is te mooi, 
niemand kan blijven. 
Liever bij jou.

Er is geen boro pasi naar de hemel, 
geen melodie.
Ik blijf staan, maar iets wil dat ik meeloop,
meer hoor ik niet.
Oh, ik wil hier nooit meer heen,
nee, ik wil hier nooit meer heen.
God S.O.S, S.O.S, amen. 
Ben dankbaar dat ik leef,
nog steeds.
Een drenkeling op zee.
De stilte liegt de leegte voor
een kilte die niemand hoort.

Niets is te veel, 
niets is te groot, 
niets is te mooi, 
niemand kan blijven. 
Liever bij jou.

Gooi er eentje op de eindigheid
en oké we blijven bezig.
Het is alles op z’n tijd, ja Zijn tijd, dus geleende,
dus ik vrees dat ik mijn hand ga overspelen.
Vergeef me. 
Laat je niet verrassen door de golven, nee.
Spirits slaan me wakker, het komt harder aan dan voorheen.
Ik heb goede moed in bruikleen,
op ’t nulpunt van hoop.
Bang dat ik achterblijf,
angst is één adem groot.
Water, wind, winter, dan niets dan leeg
en deze nacht is niet anders dan die van vorige week.   
Ik was donker, kwam terug, ’k was alles, voelde niets.
Ik bleef niets, wilde niet verder, hoorde jou en voelde iets.
Zo licht en zo eerlijk,
geen leugens meer, leugens meer, dit’s hoe ik bidden leerde. 
Ik hoorde dat je moest huilen om mij.
Ik kom terug en dit keer voor ons allebei. 

Niets is te veel, 
niets is te groot, 
niets is te mooi,
niemand kan blijven. 
Liever bij jou,
liever bij jou.
Voor als we het niet halen
en we maken
vuur op open water.
Even laten zo.

Er is geen boro pasi naar de hemel, 
geen melodie.
Ik blijf staan, maar iets wil dat ik meeloop,
meer hoor ik niet.
Oh, ik wil hier nooit meer heen,
nee, ik wil hier nooit meer heen.
God S.O.S., S.O.S.

Amen. 

9. Walnootboom ft. Paskal Jakobsen

'In de spiegel zie ik jou, plus de eerste grijze haren. Vroegwijs zal ik maar zeggen, ik voorzie de beste jaren.'

Een nummer later omarmt Typhoon het leven alsnog, dankbaar voor wie hij is, met al zijn goede en slechte dagen. Hij kijkt in de spiegel en ziet de eerste grijze haren, maar spreekt vervolgens ook zijn jongere zelf toe. ‘Het begon als een liefdesliedje, maar ik dacht: laat het dan een liefdesliedje naar mezelf zijn. Als volwassen persoon zeg ik tegen mijn jongere ik: je bent goed zoals je bent, ik zorg voor je, je wordt gedragen. We kwamen niet uit het refrein. Ik vroeg Paskal, hij heeft het helemaal thuisgedragen.’

En die walnootboom? Die bestaat echt, hij staat gewoon bij Typhoon in de tuin. ‘Ja, ik ga er altijd voor verstilling en verpozing zitten. Walnootboom was de werktitel, maar ik dacht: fuck it, deze houden we zo. Ik ben telkens naar een nieuwe taal en nieuwe wereld op zoek gegaan. Het zijn reisverhalen, en in een goed verhaal hoort een boom die je iets vertelt, waar je de wijsheid vindt. In Siddharta gebeurt dat, in allerlei religies, en zelfs in de Lion King. Dit is mijn boom.’

(Paskal)
Je bent op tijd
Ga liggen in het gras
Je bent mijn eregast
En nu ik jou gevonden heb…

Je kan groei niet reproduceren,
dezelfde reis niet maken.
Ben dankbaar voor wie ik ben, 
in m’n goede en slechte dagen.
Konden we maar, zo nu en dan over de schutting kijken,
al denk ik dat we ’t zelfs dan niet begrijpen. 

In de spiegel zie ik jou, plus de eerste grijze haren.
Vroegwijs zal ik maar zeggen, ik voorzie de beste jaren. 
Alsof het allemaal nog beginnen moet,
geen zorgen ik neem je mee.
Ik heb je lief, ik heb jou ook nodig en dat is alles wat ik weet. 
Wees niet bang om verliefd te zijn,
wees niet bang om te slagen,
want die angst doet rare dingen met je
en leidt tot sabotage. 
Wees niet bang als je niet zoekt,
als je vindt wat je hebt
en als er wat heimwee binnenkomt. 
Als ik je zeg...

(Paskal)
Je bent op tijd,
ga liggen in het gras.
Je bent mijn eregast.
En nu ik jou gevonden heb,
ben jij precies op tijd.
Voor alles wat er was,
mijn hart, mijn vriend, mijn eregast.
Omdat ik jou gevonden heb.

Wees niet meer bang 
om geen gelijk te hebben,
wees niet bang om te dienen.
Kon je maar zien wat ik zie 
als je lacht of verdriet hebt.
Straf jezelf niet af 
om je lichtheid en geluk,
voel maar, ‘t is de bedoeling 
en dan wat als het niet lukt. 
Wat’s het ergste dat gebeuren kan, 
wees niet bang om te vallen,
wees niet bang voor het succes, 
voor het niets of alles. 
Nooit vergeten hoe we hier liggen onder de walnootboom.
Kijken zonder te willen zien, als in een droom.    

(Paskal)
Je bent op tijd,
ga liggen in het gras.
Je bent mijn eregast.
En nu ik jou gevonden heb,
ben jij precies op tijd.
Voor alles wat er was,
mijn hart, mijn vriend, mijn eregast.
Omdat ik jou gevonden heb.

En alles is als nieuw gemaakt voor ons,
een avontuur speciaal voor ons.
Alles nieuw gemaakt in een melodie
die ik neurie elke ochtend als je wakker wordt.

Diamanten druppels aan de takken
als nieuw gemaakt in een melodie.
Diamanten druppels aan de takken
als parels aan de waslijn, 
niet bang zijn voor het bang zijn.
Diamanten druppels aan de takken
Alles wat nog komt als mijn eregast.
Diamanten druppels aan de takken
Je bent precies op tijd voor alles wat er was.
Diamanten druppels aan de takken.

10. Aanzoek

‘Maar onder deze onrust schuilt een droom, één waarin we samen vliegen in een lichtbaan omhoog. En jij die mijn ring draagt, jij die ons kind draagt.’

De reis van Typhoon komt ten einde. Hij is door een paar diepe dalen getrokken, maar deze film heeft een onmiskenbaar happy end. De droom wordt werkelijkheid, het Lichthuis is er, het huwelijk komt nabij en dan durft Glenn ook al aan een baby-Typhoontje te denken. Het zou cheesy kunnen klinken, maar Typhoon klinkt zo oprecht dat hij er totaal mee wegkomt. ‘Taal is intentie. Ik kijk naar de bron van waaruit ik schrijf, vanuit daar vloeien de woorden. “Ik hou zoveel van je op zoveel verschillende manieren”, zingt ik. Ik kan dat zingen, omdat ik het meen. Dat is de zoete laag, maar voor mij zitten er vijf smaken in die track. Het is umami. Ik heb vrijmoedig gesproken over depressie, over geloof, laat me dan ook vrijmoedig spreken over de liefde zonder dat cynische toontje om maar te blenden met de tijdsgeest.' Hij begint te grinniken. 'Vroeger had ik een schurfthekel aan Titanic. Blugghhh “Never let go, Jack!” Maar naarmate je ouder wordt, en ín de liefde staat… nu denk ik: gewoon gaan, zolang het maar echt blijft.’

Ik herken de man niet die ik hoor, maar ik lijk erop.
Kan af en toe onzeker zijn, maar niets in mij twijfelt nog,
lief en leed, vertrouw me in alles wat ik niet weet.
Stilte voor de storm, m’n hart bonst en mijn ziel spreekt. 
We klimmen op het kronkelpad omhoog,
waar ons lichthuis staat.
We schijnen naar elkaar.
Een plek die geen angst kent en niks meer vraagt
dan te zijn wie we zijn op dit moment vandaag.
Dus oké, ik vind dit doodeng.
Nog maar iets drinken.
Wat een zonsondergang,
hoor me eens volwassen klinken.
Maar onder deze onrust schuilt een droom,
één waarin we samen vliegen in een lichtbaan omhoog.
En jij die mijn ring draagt, jij die ons kind draagt.
We surfen samen op een windvlaag.
Dit is het leven waar ik zo nu en dan van hoorde
en ik snap het niet,
maar jij bent hier en je staat voor me. 

Nooit alleen.
Ik heb een huis gebouwd voor ons, dicht aan zee.
Wind mee. 
Nooit alleen.
Er valt een ster voor elke vlucht die je neemt.
Wind mee. 

Ik zou kunnen zeggen: ’t is ons overkomen, maar geloof dat niet.
Een simpele betovering, al voelt het zo 
ik hoop het niet.
Het is nooit aan ons geweest,
maar ben blij dat je me vond. 
Één moment, één keer duiken, één plons.
En de reden is God, is energie, is dus liefde, 
is verbinden, is kiezen,
is Jezus, is verdiepen.
De tafel is gedekt, de wijn ingeschonken,
ik hou van je, trouw met me!
En lief, wij zijn geen oplossing voor elkaars verleden,
we kennen dalen maar zijn zo volledig.
De bevrijding.
Pijn slijt niet zomaar door tijd.
Maar de wolken brengen schaduw en lucht stuwt de zwaluw.
En als het regenwatert, ben ik daar met regenlaarzen.
Door de plassen en niets anders ervan maken.
Het is mooi, het is rond, ik zie je.
Ik hou zoveel van je op zoveel verschillende manieren.

Nooit alleen.
Ik heb een huis gebouwd voor ons, dicht aan zee.
Wind mee. 
Nooit alleen.
Er valt een ster voor elke vlucht die je neemt.
Wind mee. 

Aanstaande maandag 2 november is Typhoon co-host van 3voor12 Radio. Tune in tussen 21.00 en 23.00.