52 weken op rij nieuwe muziek. Dat beloofde Underworld een jaar geleden. Elke week minstens een liedje. Of ze dat achteraf nog steeds een goed idee vinden? Reken maar. We treffen een smoorverliefde Karl Hyde. Smoorverliefd op zijn band Underworld, maar vooral op de man die hij nooit genoeg liefde gaf: Rick Smith.

Wat de mooiste dag van zijn jaar was? Simpel, elke dag die hij met Rick doorbracht. Dat zegt Karl Hyde op een doordeweekse dag in Amsterdam. In alle eerlijkheid - en dat is niets persoonlijks - is dit niet zo'n goede dag, want Rick is de boxset aan het afmixen in de studio in Engeland. Ja, zelfs interviews doen voelt als een geweldige teamklus, en dat terwijl ze elkaar vroeger constant vliegen afvingen of zich ergerden aan de antwoorden van de ander. En ja, Karl praatte altijd een beetje te veel.

Het is bijna geestig om te horen hoe Karl Hyde praat over zijn compagnon, de man met wie hij al meer dan dertig jaar Underworld vormt. Begin jaren negentig braken ze door dankzij iconische albums als dubnobasswithmyheadman en Second Toughest In The Infants, ze groeiden uit tot een van de allergrootste festival acts van de laatste twintig jaar. En toch, denkt Karl Hyde, gebruikten ze verre van hun volledige potentieel. Zeker de laatste twintig jaar niet, de jaren nadat de nieuwigheid van Underworld af was.

'Waarom maakte ik muziek met Brian Eno? Waarom moest ik zo nodig met een andere band op tour? Waarom wilde ik een expositie in Tokio en schreef ik elke dag stukjes voor mijn persoonlijke blog? Allemaal energie en tijd die ik niet stak in Underworld. Allemaal frustratie omdat ik het gevoel had dat ik iets niet kwijt kon. Ondertussen werkte Rick aan de openingsceremonie van de Olympische Spelen, een film met Danny Boyle, een theaterstuk. Toen we samen aan het Underworld album Barbara, Barbara begonnen, besloten we voor het eerst in onze geschiedenis een goede band met elkaar te hebben. Ik begon langzaam te beseffen dat Rick de man was met de visie, met de ideeën. Ik moest eindelijk naar hem gaan luisteren.'

'Dat de puristen ons niet trokken interesseerde ons niets'

Wacht, beweert Karl Hyde nu dat hij en Rick Smith, het onverwoestbare duo Underworld, nooit een echt goede band met elkaar hadden? Jazeker, dat verklaart hij hardop. 'In alle eerlijkheid, nee, de meeste van onze veertig jaren samen konden we het niet echt met elkaar vinden. Maar Rick zei dan vaak: we hoeven elkaar niet aardig te vinden om goed met elkaar te kunnen werken. We hebben zoveel van onze helden uit elkaar zien gaan omdat ze elkaar niet meer mochten. Nou en?! Wat heeft dat er nou mee te maken?! Dat jullie onenigheid hebben maakt jullie juist zo fantastisch. Zonder die wrijving zouden jullie fucking saai zijn! Wij sloegen elkaar heus niet de hersens in, we waren gewoon collega's.'

En toch, op een dag viel het kwartje, vertelt Hyde. Ze hadden weer eens ruzie. Of nou ja, onenigheid is een beter woord. Het ging over een of ander detail in een contract, ergens tijdens een tour. 'Wat wil ie nou toch?!', dacht ik, zegt Karl Hyde. 'Ik word gek van die vent! Maar toen zei ik tegen mezelf: wat nou als ik mijn ego opzij zet - en ik had nogal een ego - en het probleem eens op een andere manier bekijk? Het werd een levens-veranderend moment voor me. Ik heb tegen Rick gezegd: vanaf nu ben jij de regisseur van Underworld. Iedereen moet vanaf nu naar jou luisteren. Vooral ik. En iedereen die zich daar niet aan wil conformeren, die kan opdonderen. Rick zat met open mond te luisteren terwijl ik maar door ratelde en zei: "What took you so long!"'

Veertig jaar zijn die twee dus al samen, waarvan 33 jaar als Underworld. Een slimme berekening leert dat er dus wat loze jaren vooraf gingen aan de doorbraak. Die kwam namelijk pas in 1994. Voor Underworld zaten ze ook nog samen in een band genaamd Freur. Dat was een soort new wave popband met funkinvloeden. Karl en Rick waren er ten volle van overtuigd dat ze rijk en beroemd zouden worden. Ze scoorden in 1983 ook een klein hitje met het nummer 'Doot Doot', maar achteraf herinnert Karl Hyde zich de jaren tachtig als één grote mislukking. 'Maar het was een belangrijke tijd, waar we veel van geleerd hebben. Namelijk dat je niet moet proberen na te maken wat een ander al met succes doet. Dat probeerden we dan, en dat mislukte. Dan werden we weer gedropt door de platenmaatschappij en begonnen we weer wat te klooien. Rick zei op een gegeven moment: de muziek die we tussen onze record deals in maken is veruit het meest interessant. Laten we omarmen dat we een elektronische act zijn. Hij haalde er dj Darren Emerson bij, die de connectie legde met de house en techno wereld. Als we al die keren niet op onze bek waren gegaan hadden we bij het eerste succes waarschijnlijk de grote zakken geld aangepakt die labels op tafel zetten. Dan was het alsnog slecht met ons afgelopen. Het belangrijkste was dat we onszelf waren. We probeerden niet Richie Hawtin of Jeff Mills te zijn. Dat de puristen ons niet trokken interesseerde ons niets.'

'Zeg, ben jij dood ofzo?!'

Een echte raver is Karl Hyde ook nooit geweest, vertelt hij. Tot zeven uur 's ochtends wild dansen op de dansvloer kan hij niet. 'Bij een concert of rave sta ik altijd stil, dat is de enige manier waarop ik alles in me op kan zuigen. Iemand heeft me wel eens aangesproken bij een concert waar iedereen volledig uit zijn dak ging. "Zeg, ben jij dood ofzo?!" Als ik optreed komt alles wat ik in me opgenomen heb naar buiten. In mijn bewegingen zie je James Brown en Cameo, je ziet de podiumdansers van Welcome To The Future hier in Amsterdam, je ziet de dansjes van kids op straat.'

Het is zo langzamerhand een masterclass in inspiratie aan het worden, dit gesprek. Want dat is waar het nieuwe Underworld project Drift over gaat: het kanaliseren van inspiratie. Optimalisatie van inspiratie is: luisteren naar de regisseur. En ook: time management. En talent, aanleg? 'Nee, inspiratie is een mindset, je moet de knop omzetten, iedereen kan het.' Het is ook: durven terug te kijken. Iets dat Karl Hyde naar eigen zeggen nooit wilde. 'Ik wil altijd vooruit. Iemand kwam met het idee om onze back catalog te categoriseren in verschillende werelden. De bangers, de jazz, de ambient. Categoriseren? Ga weg, hou mij er buiten. Maar door het Drift project ben ik gaan beseffen dat Underworld ons levenswerk is. Terugblikken is niet erg, omdat alles wat we nog gaan maken verbonden is met wat we al gemaakt hebben. Als je elke week iets moet maken is het niet per se altijd banging techno, en dat is niet erg. We hebben ook fans die 'Born Slippy' überhaupt geen leuk nummer vinden. Rustige nummers die we het afgelopen jaar gemaakt hebben, staan in connectie met eerdere composities voor musea of films, die horen ook bij ons werk.'

Inspiratie optimaliseren is ook het najagen van vrijheid. Maar dat is misschien wel het meest complexe element van het geheel. Want wat is vrijheid en wat doet het precies voor je creativiteit. Ja, het loslaten van het albumformat is een vorm vrijheid (wow, je kunt gewoon de doelpalen verplaatsen!), maar er staat zelf opgelegde tijdsdruk tegenover - er moet elke week iets uitkomen. En die beperking werkt dan weer als een stimulans. Op een periode van vrijheid in de geschiedenis - de sixties - volgt de uitverkoop ervan. 'De jaren zeventig waren vreselijk. De bevochten vrijheid werd in pakjes verkocht en daarmee waardeloos.' In een gezamenlijk project met Iggy Pop van twee jaar terug bezingt de zanger de verdwenen ongeremdheid uit zijn jeugd. Vroeger, toen je nog mocht roken in het vliegtuig en ongestraft de stewardess kon versieren. Het is een sneer naar de truttigheid van nu, maar tegelijk druipt de ironie er vanaf. Karl Hyde beseft in elk geval dat onvrijheid ook als motor van creativiteit kan leiden. De werkloosheid en woede van eind jaren zeventig leidde tot de punk, zoals het zwaard van de Brexit boven het hoofd van jonge Engelen nu al zorgt voor een nieuw soort energie in de Engelse popmuziek. 'Onvrijheid geeft je een groter besef van waar je eigenlink naartoe zou willen.'

'Don't go out, they got robbers'

Rick en Karl gingen aan de slag. Ze maakten in die 52 weken meer muziek dan ze in het hele nieuwe millennium bij elkaar hebben uitgebracht. Ze brachten bangers uit die zo de liveset in kunnen, zoals 'Border Country' (met Ø [Phase]) en 'Listen To Their No'. Ze maakten kalme nummers als 'Doris', 'Dune' en 'Molehill'. Er is ruimte voor energie en voor melancholie. Rick schoot voortdurend nieuwe ideeën, en Karl keek dan in een van de opschrijfboekjes die vol staan met woorden, zinnen, observaties, of er teksten waren die zich voegden naar de compositie.

Ze maakten muziek in de vertrekhal van Schiphol, in Brussel tijdens het touren, in een hotel in Mexico. 'Daar gebeurde iets moois', vertelt Karl. 'We zouden daar spelen op een festival met onder meer Björk en MIA. Op de dag dat het plaats zouden vinden, was er ineens heel heftig weer, en het stond op het punt afgelast te worden. Toen zijn we met alle artiesten bij elkaar gaan zitten. Luister, wij hoeven nergens heen, laten we het festival morgen doen. Dat kan nergens in de wereld, maar daar lukte het. We dachten: is dit hoe ze het in de sixties deden? Hoe dan ook: hadden wij mooi de tijd om nog een nummer te schrijven.'

Het belangrijkste resultaat van die trip naar Mexico is 'Toluca Stars' een rustig voort-meanderend nummer van meer dan tien minuten, waarin Karl Hyde mijmert dat mensen hem aanraden 's nachts buiten te gaan wandelen. They got robbers. 'Ik heb het uiteindelijk toch gedaan en het was een fantastische ervaring. Ik ben alleen maar aardige mensen tegen gekomen. 'Toluca Stars' is ook alles behalve de omschrijving van een nachtmerrie. Het is een teder en mooi nummer.'

En verdomd, wat maakt dit project Karl Hyde enthousiast. Nooit was Underworld productiever en geïnspireerder, nooit zat de zanger creatief zo lekker in zijn vel. 'Normaal als we een album uitbrachten stonden er twee, drie tracks op die op de setlist passen. Dit jaar hebben we vier shows in de Sydney Opera House gedaan met steeds andere nummers. We zouden zelfs de hele setlist kunnen vullen met nieuwe tracks. Dat is toch geweldig?!'