Het festival
Lente Kabinet is het inmiddels al lang niet meer kleine zusje van het Dekmantel Festival in het voorjaar. Twee dagen staan er in recreatiegebied 't Twiske in Amsterdam Noord verspreid over verschillende podia dj's en dansbare live-acts.
Het hoogtepunt
Zaterdag: Cera Khin gaat er met twee benen, gestrekt in. Van keiharde rave eindigt ze met alleen maar hardcore.
Zondag: Wanneer de ergste druppels zijn gevallen, weet Lena Willikens het toch nog te laten exploderen met die gestoorde Bruce-track op Hessle Audio, bizar uit elkaar barstende breaks en oldschool electro
De ontdekking
Zaliva-D door Hugo van Red Light Radio aangekondigd als zijn favoriete boeking van het festival, en dat begrijp je direct. Uit haar laptop en midi-controller trekt ze trage, industriële grooves met tribale drums, langgerekt gegil en Zuid-Aziatische samples van onheilspellende snaarinstrumenten.D e kicks klinken dof en galmend, als een reus die door een gigantische grot zwalkt, dreigend in de verte.
De teleurstelling
Super goed, dat statiegeld op de bekers. Wel jammer dat het praktisch dezelfde dunne bekers zijn die normaal achteloos worden weggegooid. En zo kom je er telkens net te laat achter dat je weer eens een beker in de prullenbak hebt gegooid, in plaats van keurig bij de bar ingeleverd.
Het contrast tussen de twee festivaldagen kan bijna niet groter: terwijl de zaterdag baadt in een lentezonnetje komt het festival maar moeilijk op gang. De zondag rijgt dan weer de hoogtepunten aan elkaar, terwijl de regenbuien overtrekken. Maar het zijn op beide dagen de artiesten die de hardste keuzes maken die het meest indruk maken.
De jaarlijkse Lente Kabinet-karavaan trekt weer door Amsterdam-Noord. Op de pont pik je iedereen die gaat er al zo uit, iets later al helemaal als er honderden fietsers zoeken naar handige bordjes die de route aangeven. Zo nu en dan haakt er iemand opgelucht aan, na een poos de weg kwijt te zijn geweest, een snelle picknick of een sanitaire stop in de struiken. Als je de stad echt uit bent is het het mooist, door het enorme recreatiegebied vol sloten en groen slingert bijna eindeloze stoet zich voort. Nee, Lente Kabinet is al lang geen klein festivalletje meer, met een stuk of tienduizend bezoekers per dag.
Terwijl het later op de dag op veel plekken verstikkend vol voelt, kan een fris lentewindje nog tussen de dansers waaien bij Lamellen. Het Amsterdamse duo heeft net een EP uit op Dekmantel, vol vrolijk kabbelende balearic. Live zoeken ze veel meer de italo-kant op, met rubberen bassen en soms net wat lullige hooks die klinken als een midi-accordeon en tóch onweerstaanbaar zijn. Zo en nu dan is het net te lang kaal opbouwen, maar als uiteindelijk de schuif vol open gaat klimmen mensen spontaan op elkaars schouders.
Laten we eerlijk zijn: de eerste dag van Lente Kabinet 2019 was er niet een die we snel zullen herinneren. Lange tijd is het zoeken waar het gebeurd. Een live-act als Gaika slaat helemaal dood in een lege tent, bij de tig-koppige jam-sessie van het Italiaanse Nu Guinea is het gezellig druk, maar blijft het bij een tamme borrel doordat een wedstrijdje weinig opwindende solo’s een echte groove in de weg zitten. Er is gelukkig een dj die niet pikt dat het zo lang opstarten is vandaag. Cera Khin gaat er met twee benen, gestrekt in op Lente Kabinet. ‘Sharp Like a Razor, Cut You, Fuck You Up. Make You Bleed’, schreeuwt een mc over keiharde Britse rave track. Vanaf daar wordt het alleen maar harder, net zo lang tot het hele publiek voor de kleine Red Light Radio-podium haast de kleren van het lijf scheurt op de allerhardste vroege hardcoreplaten. Tuurlijk, het is eigenlijk veel te vroeg om zo te keer te gaan, maar wat fijn dat eindelijk iemand flink gas geeft.
Afgezien van het Red Light podium waar de zon zelden schijnt, is Lente Kabinet op zaterdag een festival waar vrolijke muziek overheerst en het best werkt. Barbera Boeing strooit obscure italo-hits bij het schattige mini torentje, als nieuwe superster Peggy Gou het hoofdpodium afsluit wordt er het hardst gejuicht bij haar nieuwe tandeloze feelgood single: je ziet overal gebeuren. In de grootste tent van het festival, de Tweede Kamer, heeft Daniel Wang het best door wat de mensen willen, en hij gaat er schaamteloos voor. Van bewerkingen van Tchaikovski tot een mierzoete liefdeverklaring van Carol Douglas, zijn disco zit vandaag ver over de kitsch grens en is onweerstaanbaar. Geregeld pakt hij zelf de microfoon om mee te zingen, alvast aan te kondigen welke plaat hij over een paar minuten gaat draaien, of gewoon even de hele geschiedenis van Romeo en Julia uit te leggen. Als hij de microfoon neerlegt en zijn platen even met rust kan laten, klimt hij op de dj-booth om zijn beste robot-move eruit te gooien. Meer een theatrale en interactieve radioshow dan een set, maar als je er aan over kan geven onwaarschijnlijk leuk.
Na een net te lange revival waar cratediggers de festivals domineerden, weet inmiddels iedereen wat voor muziek van Oost tot West-Afrika gemaakt werd van de jaren zeventig tot de vroege nineties. Maar stom genoeg worden op dansfestivals hedendaagse artiesten van het enorme continent grotendeels overgeslagen. Van gemeen loeiende bassen tot dwarse ritmes die tegen elkaar in beuken, en van zwaar gepitchte house classics tot een verdwaalde r&b vocal (en een nog meer verdwaalde toeschouwer die met een stofzuiger over zijn schouder loopt): de Ugandese Kampire breekt het derde podium zo hard af dat je alleen maar hoopt dat festivals wat meer buiten Europa en Amerika gaan kijken voor hun boekingen. Haar Nyege Nyege-collectief is alvast een goed startpunt voor wie meer in haar hoek wil horen.
De zondag
Zou het het weer zijn? De tweede dag raast er al vroeg een onheilspellende rukwind door ’t Twiske, en vanaf het avonduur klatert de regen steeds harder neer. Dan is het juist de duistere muziek die naar de dansers lonkt zoals een volle honingpot hongerige beren aantrekt. De liveacts – waar Lente Kabinet elk jaar zwaarder op inzet – blijven ook vandaag een beetje mat. De 76-jarige highlife-saxofonist Orlando Julius moet wel heel erg leunen op zijn band, de Maastrichtse act Yin Yin weet de Derde Kamer-kas ook nog niet helemaal warm te krijgen. Nog effe buiten de vraagtekens die je kunt zetten bij een Nederlandse act die met rijsthoedjes pronkt op een bandfoto en zich een Thaise surfrockgroep noemt, is er al een aardige hype rondom het vijftal. Ze spelen surfrock met psychedelica en drumcomputers, gong, congas en bongos. Het swingt al wel maar ze hebben nog niet de tunes die Nederexotica-acts als Jungle By Night, Altin Gün en The Mauskovic Dance Band wel al hebben. Goed, het is nog vroeg in hun carrière dus dat kan nog komen.
De eerste revelatie van de zondag, dat is Zaliva-D. Hij wordt door Hugo van Red Light Radio aangekondigd als zijn favoriete boeking van het festival, en dat begrijp je direct bij de muzikant uit Bejing (eigenlijk een duo, maar de vj ontbreekt op het podium). Uit zijn laptop en midi-controller trekt hij trage, industriële grooves met tribale drums, langgerekt gegil en Zuid-Aziatische samples van onheilspellende snaarinstrumenten. De kicks klinken dof en galmend, als een reus die door een gigantische grot zwalkt, dreigend in de verte. Af en toe pakt hij de mic erbij om mee te krijsen terwijl zijn mutsje helemaal over zijn ogen zakt. Hoe je precies op de maatwisselingen van 5/4 naar 4/4 naar 6/8 moet dansen, dat lijkt niemand zeker te weten. Maar je kunt er keihard op heen en weer slingeren, zie je overal om je heen.
Nog zo’n openbaring is Violet, een dj die haar eigen label runt in Lissabon en verrassing op verrassing stapelt op het Red Light Radio-podium. Ze had gerust twee uur kunnen vlammen met de 130bpm nineties raveplaten en straffe wave – zo opent ze –, maar halverwege trapt ze plotsklaps op de rem. Vanuit een kale drumtrack en een verknipte Azelia Banks-plaat (!) komt ze dan uit bij Zuid-Afrikaanse gqom – opzwepende bassmuziek – en Portugese batida vol polyritmes, om uiteindelijk af te sluiten met een loeiharde edit van Destiny’s Child. Zo’n avontuurlijke switch die ook HELEMAAL mis had kunnen gaan getuigt van lef, en het is precies het type dj-set waar je op hoopt op Lente Kabinet. Sensationeel.
Düsseldorfer dj Lena Willikens is ook zo’n eigenzinnige dj – gevormd door de kleine toonaangevende club Salon des Amateurs – die zich al een paar jaar heeft bewezen op het Dekmantel Festival en nu kan doorpakken als afsluiter op de Red Light Radio-stage. Eén probleem: de regen komt inmiddels met emmers naar beneden klateren. Het is een beetje een sneu gezicht, hoor. Terwijl zij de boel aan de gang probeert te krijgen met een acid-plaat van LFO, rennen de mensen naar de bosjes om daar onder hangmatten te schuilen.
Ze rennen naar Job Jobse, die in de overdekte Tweede Kamer staat te vlammen, of naar de Haagse held I-F die in de Derde Kamer opent met De Ambassade en vervolgens nog gemener en harder draait dan anders, om uiteindelijk toch weer bij mierzoete italokrakers én een hit van Jackson 5 uit te komen. Die hij natuurlijk keihard op z’n I-F’s staat mee te brullen.
Maar goed, Lena Willikens lonkt. Wanneer de ergste druppels zijn gevallen, weet ze het toch nog te laten exploderen met die gestoorde Bruce-track op Hessle Audio, bizar uit elkaar barstende breaks en oldschool electro. Het is weer volstrekt anders dan haar eerdere Nederlandse festivalsets. Waren die nog industrieel traag en weird housey, dit is echt een peaktime set waar je hoofd nog de halve nacht van nagalmt. Natuurlijk wordt Willikens dan op de schouders getild voor haar laatste plaat. En dan maakt het niet meer uit dat je broek aan je benen plakt, je spieren verstijven van de nattigheid en je poncho in een benauwde broeikas is veranderd. De watjes zijn naar huis, de volhouders staan hossend en springend voor het podium en reageren zelfs op de meest avontuurlijke platen extatisch. Juist de regen zorgt voor een ongekend kameraadschap: een laatste magische moment van Lente Kabinet.