Wat, ken je Ruel niet? Echt niet? Nou vooruit, zo vreemd is dat niet. Ruel van Dijk (ja, een Nederlandse vader) is zestien. Hij heeft nog geen debuutalbum, is op geen enkel Nederlandse festival te zien geweest en zijn muziek is niet op de Nederlandse radio te horen. Toch zou je dat niet zeggen als je bij zijn show in de Tolhuistuin in Amsterdam bent. Niet alleen puilt de zaal uit, de beleving binnen is absurd. 95 procent van het publiek bestaat uit meisjes tussen de 13 en 17 jaar, en ze kennen elk liedje dat Ruel speelt van voor tot achter. Achtergrondzangeressen? Heeft Ruel niet nodig, want ook de koortjes zingen ze woord voor woord. En na afloop van de show gaan de shirts a 40 euro als warme broodjes over de toonbank. Het voelt niet alsof we te maken hebben met een beginnend succesje, maar als een gevestigde artiest.
Ruel blijkt de volgende dag in het kantoor van zijn platenmaatschappij niet alleen een ongelofelijk knappe jongen, maar ook een slimme. Dat laatste bewees hij bijvoorbeeld door het eerste aan het begin van zijn carrière goed te verbergen. Vanaf zijn twaalfde werkt Ruel achter de schermen met songwriters en producers. Hij debuteert in 2017 als gastzanger bij de Australische artiest M-Phazes, een songwriter die achter de schermen bekender is dan ervoor. Zijn vader - die in radioreclames doet - ritselde het contact. Maar niemand weet dat nog hoe hij eruit ziet.
‘Ik zong op M-Phazes’ single ‘Golden Years’, maar zette geen foto’s op mijn social media, gaf geen interviews, trad niet op. Niemand wist wie ik was, en dat wilde ik ook graag. Ik was veertien jaar, en ik wilde niet dat het daar over zou gaan. Ik wilde geen tienerster zijn. Music first, dat was het belangrijkst. Pas een paar maanden later konden mensen mijn gezicht zien, toen M-Phazes een sessie bij het Australische radiostation Triple J deed. We deden daar zijn single en een cover van Jack Garratt. De sessie werd in de eerste 48 uur meer dan een half miljoen keer bekeken.’
Een beetje indieband doet er zomaar drie, vier albums over om erkenning en publiek te vinden. Jaren ploegen in de marge, voor een handvol liefhebbers, het hoort er allemaal bij. Popsterren daarentegen komen vaak totaal vanuit het niets. Als een komeet schieten ze de lucht in, alsof het geen enkele moeite kost. Maar het verhaal van het Australische mega talent Ruel laat zien dat dat vaak maar schijn is.
Geen gezicht
Een echt reveal moment dus, en toen stond het wonderkind Ruel meteen op de kaart. Dat wil zeggen: in Australië. Vrijwel direct lanceerde hij zijn eerste eigen single ‘Don’t Tell Me’, die door Elton John gedraaid werd in zijn radioshow op Apple’s Beats One en even later in een commercial voor dat radiostation. ‘Grote sterren als Neymar en Serena Williams stonden daarin op mijn liedje te dansen.’ Het zijn belangrijke momenten in de carrière van de jonge Australiër, maar het brengt je niet meteen naar de top. Dat wilde Ruel ook niet, omdat hij zelf het gevoel had nog niet klaar te zijn. ‘Ik was echt nog een kind.’ Eindeloos spijkerde hij zichzelf bij met vocal coaches en performance trainers. En ondertussen: schrijven, schrijven, schrijven. ‘Halverwege 2018 dacht ik: nu ben ik er klaar voor. Dat was het moment dat ik mijn eerste EP uitbracht. Ik noemde hem niet voor niets Ready’.
Dat Ruel lang achter de schermen wachtte is wel te begrijpen als je zijn muziek hoort. Je hoort hoe hij zich optrekt aan volwassen artiesten als James Bay, James Morrison en zelfs af en toe James Blake. ‘Veel Jamesen’, lacht hij. Zijn vader draaide veel oude soul en nieuwere artiesten als Amy Winehouse en Alicia Keys. Ook dat hoor je, al hoor je ook waarom dit muziek is die vooral bij tienermeisjes aanslaat. Want hoe serieus Ruel zijn eigen muziek ook neemt, het is wel degelijk popmuziek van en voor zestienjarigen. Maar dan wel van het type waarbij fans en artiest een paar jaar met elkaar kunnen optrekken, in plaats van een hap-slik-weg-snoepje van de week.
Toen hij zichzelf eenmaal bloot gegeven had kwam ie terecht in die fascinerende dynamiek tussen tienerfans en hun idool. Een fenomeen dat we al kennen sinds The Beatles, die ongenadige honger. In tijden van social media is die honger groter dan ooit, want een artiest voelt dichtbij en benaderbaar. Hoe belangrijk het is daar een gezonde balans in te houden merkte Ruel bij zijn eerste headline show in Sidney. ‘We hadden niet verwacht dat de fans zo wild zouden zijn. Ik had iets leuks bedacht: halverwege de show zou ik mijn band in de spotlights zetten, en dan zouden ze een aantal solo’s spelen. Ik zou vermomd naar de achterkant van de zaal gaan, om vervolgens daar het liedje te vervolgen. Al zingend zou ik terug naar voren lopen, maar dat ging helemaal mis. Fans scheurden me bijna uit elkaar. Ze betastten me, rukten aan mijn kleren. Midden in de zaal kwam ik helemaal vast te staan en moest ik de show stil leggen. De security moest me uiteindelijk over zeven meisjes heen het podium op tillen. Dat doen we dus nooit meer.’
Tekst gaat verder onder de player.
Een plak vinyl
Die afstand houdt hij ook op sociale media, het belangrijke knooppunt tussen artiest en fan. Een gemiddelde foto die Ruel op zijn Instagram zet krijgt tussen de 100.000 en 300.000 likes, terwijl hij ‘maar’ 612.000 volgers heeft. Oftewel: de betrokkenheid is gigantisch. Vroeger antwoordde Ruel elke fan persoonlijk, maar daar kan hij inmiddels allang niet meer aan beginnen. Niet alleen uit tijdsoverwegingen. ‘Ik vind het altijd een beetje ongemakkelijk om te weten dat fans screenshots maken en doorsturen aan al hun vrienden. Ik wil een gesprek aangaan met jou, niet met jou en iedereen die het doorgestuurd krijgt. Maar voor een foto op straat of op het vliegveld maak ik altijd tijd. Mijn werk is toch het grootste deel gewoon fysiek: zingen en met mensen praten.’
Het is diezelfde honger die ervoor zorgt dat de zaal in de Tolhuistuin vol staat met jonge fans die elk woord uit zijn liedjes kennen. Fans die hun eigen weg gevonden hebben naar muziek die nog vrijwel nergens te horen is. Het is een parallel universum dat we ook zagen bij iemand als Billie Eilish, de grote internationale doorbraak van 2019. Ook zij had al een compleet leger aan trouwe fans verzameld voor de rest van Nederland zich afvroeg waar zij ineens vandaan kwam. Nog zo’n voorbeeld: de Amerikaanse zangeres Hayley Kiyoko verkocht in Nederland lachend 2.000 tickets terwijl niemand haar muziek op de radio draait. Het is een nieuwe generatie popartiesten die ‘onder de radar blijven’ mainstream maakt, hoe tegenstrijdig dat ook klinkt.
In het geval van Ruel heeft dat ook alles te maken met het feit dat hij nog geen album uitgebracht heeft. Dat is traditioneel toch het moment dat media over je gaan schrijven, dat de platenmaatschappij serieus werk van je gaat maken. Radiozenders spelen zelden tot nooit een pro-actieve rol. Wordt je plaat in Hilversum niet geplugd, dan bestaat ie niet. Voor Ruel is dat ideaal. Hij kan in de luwte zijn fanbase opbouwen, ervaring opdoen en zijn echte kruit nog even droog houden. ‘Alles wat ik tot nu toe uitgebracht heb noem ik een project. Vier, vijf liedjes. Maar ik wil absoluut een album maken, ondanks dat ik weet dat maar weinig mensen er tegenwoordig nog echt voor gaan zitten. Maar uiteindelijk wil elke artiest dat, ik ook. Een bundels songs om op terug te vallen. Een plak vinyl om vast te houden.’