Buma/Stemra zou eigenlijk het saaiste bedrijf ter wereld moeten zijn. Het incasseert geld bij concerten, bij cafeetjes, sportkantines, kinderdagverblijven en radiozenders die muziek afspelen, en verdeelt dat geld vervolgens onder liedjesschrijvers. Administratief klusje, leuk voor muzikanten, totaal oninteressant voor de gewone muziekliefhebber, zou je zeggen. Toch is de auteursrechtenorganisatie al jaren in het nieuws. In de berichtgeving gaat het vaak over salarissen en dure golfabonnementen, want dat is lekker sappig, maar aan de werkelijke achtergronden van al het geruzie komen we maar weinig toe. Ga er even voor zitten, want we gaan een poging doen om uit te leggen hoe het zo ver kwam dat de Fries met die illustere naam naar huis gaat met een heleboel geld dat eigenlijk toekomt aan muzikanten.
Laten we meteen een paar jaar terug gaan in de tijd. Tien jaar terug om precies te zijn. Het is oktober 2009, vier jaar na de oprichting van YouTube. Al een paar jaar kijken muzikanten en andere rechthebbenden knarsetandend toe hoe het internet hun businessmodel totaal naar de knoppen helpt. Op Napster, Kazaa, The Pirate Bay en al die andere sites kun je hun werk volkomen gratis downloaden. En dan zijn er anno 2009 ook nog allemaal legale platforms die hun gebruikers zonder betaling liedjes laten afspelen. Hyves, Facebook, en de allerergste: YouTube. Dat moet anders, vindt men bij Buma/Stemra, en dat is natuurlijk geen gekke gedachte. Alleen: de uitvoering gaat totaal de mist in. Buma/Stemra lanceert een soort YouTube-tax, met een rekenmodel waar werkelijk niets van klopt.
Financieel directeur Wieger Ketellapper vertrekt na ruim twee jaar ‘ziektewet’ met een grote zak geld bij Buma/Stemra. Leuk voor hem, zou je denken, maar eigenlijk is hij een van de vele verliezers van een bestuurlijk drama dat zich bij de auteursrechtenorganisatie afspeelde. Het werd een gevecht over bonnetjes, maar waar gaat dit geruzie nou echt over?
Monopolie
We pakken het rekensommetje er nog even bij, want het is zo dom dat het meteen duidelijk maakt hoe zoekende de organisatie was. Buma/Stemra legde de rekening bij de gebruiker, en bepaalde dat die voor iedere 6 embedded files de rechthebbenden 130 euro schuldig is. Per 30 embedded files moet 650 euro worden afgerekend. Dat geldt niet alleen voor commerciële sites, maar ook voor persoonlijke blogs zonder inkomsten. Een simpele rekensom: stel, je hebt een muziekblog, waarop je elke dag een videoclip publiceert, afkomstig van YouTube. Binnen de definitie van Buma/Stemra wordt dat beschouwd als illustratie, en dat valt binnen het segment Achtergrondmuziek. 365 clips per jaar, gedeeld door 30, maal 650 is 7908 euro. Voor je blogje! Een absurd hoog bedrag. De opwinding was groot, en vooral het feit dat GeenStijl zich ermee ging bemoeien had veel impact. Het blog was namelijk de eerste die Buma/Stemra neerzette als een poenerige club - met peperdure tv’s in de lobby van hun peperdure kantoorpand.
Laten we dat nog even parkeren en de ogen op de bal houden: dat Buma/Stemra de inkomsten uit ‘online’ wil vergroten is heel begrijpelijk. Er wordt immers op internet heel veel muziek gebruikt. Neem alleen al Facebook: het grootste social media platform ter wereld weigerde jarenlang geld af te dragen aan rechthebbenden. Zij waren per slot van rekening niet verantwoordelijk voor wat hun gebruikers hadden geupload. Probeer daar maar eens grip op te krijgen als collectief beheersorganisatie uit Nederland. Want ja, Buma/Stemra is een vereniging die tienduizenden songwriters vertegenwoordigt, maar dat is lang niet genoeg om zomaar met je vuist op tafel te kunnen slaan bij de internationale grootmachten. Wat is de juiste strategie, dat is de grote vraag. Want tot op heden is digitaal nog altijd de kleinste van de vier peilers waar Buma/Stemra op rust.
En dat was nieuw voor Buma. De organisatie heeft een door de overheid gegeven monopolie om auteursrechtengelden te innen namens alle aangeslotenen. Dat is zo geregeld om te voorkomen dat iedere muzikant zelf zijn hand op moet houden bij de grote radiostations. Gezamenlijk hebben de auteurs en componisten meer macht, en ook administratief is het veel efficiënter dan ieder voor zich. Dat wil zeggen: dat was het. Met de Nederlandse radiozenders zijn deals gemaakt: zij betalen een vast bedrag en leverden altijd playlists aan met gespeelde muziek. Tegenwoordig gaat het zelfs nog makkelijker, want met digitale fingerprinting systemen worden de radiozenders automatisch gescand. Dit soort systemen wordt ook ingezet op grote dance festivals. En voor gelden die niet makkelijk een op een te verdelen zijn bedachten de beheersorganisaties een truc: referentiemateriaal. Niet van elke kroeg weten we precies welke liedjes er gedraaid worden, maar we weten wel welke liedjes populair zijn in kroegen. Het is een systeem waarop altijd wel wat te mekkeren valt - zeker als je een kroegbaas of clubeigenaar bent - maar dat op zijn minst te verdedigen valt vanuit de ambitie dat makers betaald moeten krijgen voor hun gebruikte werk. Ja toch?
Stelletje graaiers
Maar nu het internet. Dat maakt gebruik van muziek ineens een stuk ingewikkelder. Ineens heeft Buma te maken met grote, buitenlandse bedrijven die diensten aanbieden aan Nederlandse gebruikers. En die Nederlandse gebruikers, die bouwen eigen platforms binnen die grotere contexten, waarbij soms nauwelijks meer te zien is of iemand nu een amateur of een prof is. En ALS er al data binnen komt bij Buma/Stemra - zoals van Spotify - is die veel en veel complexer dan de playlists van radiozenders. Op dit moment komt elk kwartaal bij Buma een bestand binnen met letterlijk miljoenen en miljoenen afgespeelde liedjes. Data die het netwerk van de organisatie letterlijk lam legt. Data ook die vaak foutief of incompleet is. Spotify communiceert per slot van rekening primair naar zijn gebruikers wie een liedje uitvoert, niet wie het geschreven heeft. En dat is nu precies wat Buma/Stemra wel moet weten. Zie je de stoom al uit het hoofdkantoor in Hoofddorp komen?
De frustratie over het oprukkende internet is een van de bepalende factoren geworden achter de schermen bij Buma/Stemra de laatste jaren. De beruchte YouTube-tax uit 2009 was daar niet zozeer het startpunt van, maar wel het meest zichtbare element. Maar nog belangrijker is: het was ook de eerste keer dat Buma publiekelijk neergezet werd als stelletje graaiers. Niet de muzikanten voor wie ze het geld inzamelden, maar de ‘oude mannen’ aan de top, die ondanks een vorstelijk salaris helemaal niets begrepen van het internet.
Om nog meer te begrijpen van Buma/Stemra moet je snappen hoe de organisatie aan de achterkant geregeld is. Wettelijk is vastgelegd dat de auteurs en componisten zelf verantwoordelijk zijn voor het collectief beheer, en dus vormen zij zelf het bestuur van de organisatie. De precieze vorm daarvan is de afgelopen jaren een paar keer overhoop gegooid, maar grofweg komt het erop neer dat auteurs/componisten tweederde van de stemmen hebben, hun uitgevers een derde. Dit moet je even goed beseffen: uitgevers werken in opdracht van auteurs, maar ze hebben niet altijd dezelfde belangen. Jan Willem Hotslag, voormalig voorzitter van toezichtsorgaan CvtA, zegt daarover: ‘Uitgevers en auteurs zitten aan elkaar vast. Het gaat vaak om kleine clubs waar op basis van vertrouwen gewerkt wordt, tot er iets mis gaat. Dan heeft iedereen ruzie met iedereen. Vergelijk het met de arbeidsmarkt: werknemers zijn verenigd in het FNV of CNV, terwijl de werkgevers zich aansluiten bij VNO/NWC. Hier zie je die maatschappelijke spanning in een organisatie.’
Bestuurlijke capaciteiten
Vertrouwen, dat is ver te zoeken bij Buma/Stemra. Zeker na de publicitaire blunders rond de YouTube-tax. Zo stond Buma/Stemra ongelofelijk voor lul toen GeenStijl nota bene op een persconferentie niet mocht filmen. Ook ontstonden er publieke relletjes tussen auteurs en hun uitgevers, die erop wezen dat vertrouwen ver te zoeken was. Meest gênante geval was het moment dat songschrijver Rob Bolland door de politie verwijderd werd uit het pand van Buma. Hij kwam verhaal halen over geld dat hij tegoed meende te hebben van uitgever Willem van Kooten. En zo zijn er meer open brieven en scheldkanonnades geweest die op sociale media rond gingen.
Waarom is dit nu zo’n issue onder auteurs? Zij hebben immers een tweederde meerderheid binnen het Buma-bestuur, dus je zou zeggen dat uitgeversbelangen altijd het onderspit delven. Het ingewikkelde is: sommige auteurs zijn zeer afhankelijk van hun uitgevers, die ze bijvoorbeeld aan opdrachten helpen voor films of reclames. Da's een behoorlijke big deal in een klein land waar leven van je liedjes alleen niet zo eenvoudig is. Sommige auteurs hebben bovendien meerdere petten op, en bovendien zijn uitgevers het vaker met elkaar eens dan auteurs. Uitgevers zijn per definitie industrie-professionals, terwijl auteurs/componisten niet hun manager mogen afvaardigen naar de Algemene Ledenvergadering of het bestuur van Buma/Stemra. En dan hebben we het nog niet eens gehad over het wantrouwen in elkaars bestuurlijke capaciteiten dat heerst onder de verschillende vertegenwoordigingen van auteurs.
Nu is het goed om te weten dat het monopolie dat Buma/Stemra heeft voor het innen van auteursrechtengelden bij concerten, radio en tv, niet geldt in het digitale domein. Dus wat doen grote uitgevers: ze besluiten het zelf te gaan doen. Niet zo gek natuurlijk, want die uitgevers zijn vaak internationale bedrijven, soms onderdeel van de majors, de machtsblokken waar Spotify en YouTube wel naar moeten luisteren. Ze hebben een interessantere onderhandelingspositie dan een relatief kleine speler als Buma/Stemra, dat ook nog eens moet concurreren met auteursrechtenorganisaties uit omringende landen. Dit is een enorme bedreiging voor Buma/Stemra, want hoe minder repertoire ze vertegenwoordigen, hoe minder machtig ze in het grote online spel zijn. Pikant detail: uitgevers regelen hun online zaakjes in toenemende mate zelf, maar ze kunnen wel in het bestuur van Buma meekijken en -beslissen over de koers van de collectief beheersorganisatie. Wederom: dat maakt het vertrouwen niet groter.
Balkenendenorm
Intussen werd Hein van der Ree de kop van jut in de media, de directievoorzitter met een salaris van zo’n 4,5 ton per jaar. Van der Ree was een hardliner, met veel ervaring in de muziekindustrie en een goed netwerk in Engeland. Van zijn eigen bedrijf moest hij afstand doen toen hij aantrad bij Buma/Stemra, maar daar stond dan wel dat riante salaris tegenover. Dat wilde Van der Ree niet inleveren, ook niet toen het ministerie Buma/Stemra onder de Balkenendenorm plaatse; 180.000 euro inclusief auto, pensioen, vakantiegeld, alles. Van der Ree stapte uiteindelijk op, en zijn vertrek was het begin van de meest rumoerige tijd.
Zijn opvolger werd Wim van Limpt, een man uit de eigen gelederen. Van Limpt was jarenlang verantwoordelijk voor klantenrelaties, en hij promoveerde over directieleden Wieger Ketellapper en Anja Kroeze heen. Een kapitale fout, denkt Buma-insider Tom Peters, songwriter en producer die naam maakte met het Nederlandse repertoire (Hepie & Hepie, Corry Konings, etc), maar ook al jaren roulerend bestuurslid in allerlei auteursrechtenorganisaties is. Hij noemt Van Limpt ‘wereldkampioen relatiebeheer’ en een ‘eventuele kroonprins voor de toekomst’. Een waardevolle kracht voor de organisatie in de rol waarin hij zat dus, maar nog niet toe aan de troon. Bovendien: ‘In het eerste de beste economieboek staat: als je iemand over het hele management heen promoveert, gaat dat niet goed. Zo iemand moet op zijn minst een tussenstap maken in de directie, en van daaruit een stap naar boven.
Dat het bestuur koos voor Van Limpt is volgens Peters dan ook een negatief gevolg van het instellen van die Balkenendenorm. Hij is van mening dat die salaris-cap een foute beslissing was van staatssecretaris Teeven, die ertoe leidde dat Buma geen topbestuurder kon vinden als opvolger van Van der Ree. In soortgelijke functies bij private bedrijven met een omzet van 200 miljoen kan een CEO per slot van rekening tonnen meer verdienen. Zet daar je reputatie maar eens voor op het spel. Daar komt bij dat in de Buma-Raad van Toezicht redelijk wat jonge mensen zitten die geen door-de-wol-geverfde bestuurders zijn.
Van Limpt werd toch aangesteld, werd direct voor veel geld op training gestuurd, en hij begon de organisatie te reorganiseren. Een flink aantal juristen verdween, voor hen in de plaats kwamen externe krachten met gerichte specialismen, de financiële afdeling werd tegen het licht gehouden en ook het ICT systeem wilde Van Limpt kritisch bekijken. Dat die laatste twee ineens op een vervelende manier met elkaar vervlochten waren schoot Van Limpt in het verkeerde keelgat: Wieger Ketellapper accordeerde miljoenenfacturen van het ICT-bedrijf Accenture, die maar liefst twee jaar vooruit betaald werden. Mocht dat wel, was de vraag? Een klokkenluider deed bovendien een boekje open over Wieger Ketellapper en legal counsel Anja Kroeze. Zij zouden het niet zo nauw genomen hebben met de boekhouding, zowel professioneel als privé.
Het beruchte golfabonnement
Wie is die klokkenluider? Dat weet bijna niemand van de mensen in of rond Buma/Stemra. Het zou gaan om een persoon die inmiddels niet meer bij Buma werkt en die bij zijn/haar afscheid wat zaken kwijt wilde. Daar moet je iets mee als directeur, daar is geen twijfel over mogelijk. Er is ook een klokkenluidersregeling voor, die de bron beschermt en het bestuur verplicht tot nader onderzoek. Boze tongen beweren tegelijk dat Van Limpt nadrukkelijk op zoek ging naar een klokkenluider om in te zetten tegen zijn mede-directieleden, met wie hij vaker conflicten had. Side-note: Ketellapper en Kroeze verdienden bij aantreden van Van Limpt allebei boven de Balkenendenorm en vallen dus onder een overgangsregeling. Om nog maar eens te onderstrepen dat vertrouwen op elk vlak ver te zoeken is. Buma’s omzet ging omhoog, maar de onderlinge verhoudingen kwamen onder hoogspanning te staan.
Er kwam een onderzoek, uitgevoerd door onderzoeksbureau BDO, onder toezicht van advocatenkantoor Nauta Dutilh. De resultaten van dat onderzoek mochten van het Buma-bestuur niet naar buiten, en dat terwijl de aanbevelingen er niet om logen. Zo constateerde BDO dat het ICT-systeem niet goed genoeg was, en ook dat binnen Buma/Stemra een cultuur van schuiven met de boekhouding heerst die misschien niet zozeer strafrechtelijk over de grens ging, maar ook niet wenselijk is. Dat zit zo: Buma/Stemra mag 15% kosten maken om de organisatie draaiende te houden, de rest van de inkomsten moeten naar de auteurs. Maar in plaats van zo laag mogelijk te blijven, zou binnen Buma die 15% als streefpercentage gezien worden. Grote posten werden vast vooruit geboekt om aan dat percentage te komen. Aanbeveling in het rapport: neem afscheid van Wieger Ketellapper en Anja Kroeze. De twee zitten dan inmiddels al ‘ziek’ thuis.
Intern is er een duidelijke tegenbeweging. Een aantal medewerkers hield een zogenaamde ‘bitch-list’ bij, met uitgaven op naam van Van Limpt die tegen hem gebruikt zouden kunnen worden. Een medewerker die de baas ermee probeerde te chanteren vliegt eruit, maar Ketellapper en Kroeze blijven buiten schot. Die bitchlist belandt vervolgens onder meer bij De Volkskrant, dat een zeer pijnlijk stuk publiceert over Van Limpt. Hij gaf grote bedragen uit aan computers, inrichting van zijn kantoor, eerste-klas vluchten, dure wijn bij etentjes. Heetste hangijzer is een golfabonnement van 42.500 euro per jaar bij een exclusieve club, op naam van Wim van Limpt. Pijnlijke daaraan is dat het abonnement in feite diende voor een golftoernooi met relaties. Kost dat zoveel geld? Kennelijk. Maar wat nou als je - zoals daadwerkelijk het geval was - na zo’n dagje 'samen uit' een deal met de horecabond kan sluiten? En die dure fles wijn? Tja, als je met bobo's uit eten gaat hoort dat er nu eenmaal bij. De een betaalt de eerste fles wijn, de ander de tweede. Toch hielp het niet dat Wim van Limpt op zijn Instagram vrolijk golfend te zien was. Hij was immers de man die een einde zou maken aan de poencultuur aan de top bij Buma/Stemra. Hoe kun je moeilijk doen over de prive-bonnetjes van anderen als je zelf ook de creditcard laat ronken?
Van Limpt liet zijn eigen declaraties nog onderzoeken door een bedrijfsrechercheur, en die constateerde geen overtredingen, terwijl zijn voorganger nog moeilijk te verklaren tripjes naar Londen maakte. Maar ook bij Ketellapper en Kroeze werd geen echte fraude geconstateerd. Geen van de hoofdrolspelers is er met drie miljoen in zijn achterzak vandoor naar een onbewoond eiland, en ook grootscheeps gesjoemel ten bate van het bedrijf werd niet aangetroffen. Dat concludeert in elk geval het College van toezicht Auteursrechten (CvtA), het toeziendhoudend orgaan namens het ministerie, in een tweede grote onderzoek. Ketellapper en Kroeze zijn ten onrechte beschuldigd van malversaties, luidt hun conclusie.
Wim van Limpt krijgt dit keer de zwarte piet: hij was het die gezorgd had voor een ruziecultuur, die de verhoudingen scherp had gezet. De hele financiële afdeling was leeggelopen, en dat is nogal een probleem bij een bedrijf dat draait om verdeling van gelden. Van Limpt dient een klacht in bij de Accountantskamer: hij vindt het onderzoek bevooroordeeld, een poging van de toezichthouder om zijn eigen straatje schoon te vegen. Het zou nogal een blamage zijn als zij een grootscheepse zwendel niet opgemerkt hadden. Het onderzoek is gebaseerd op dezelfde feiten die BDO boven tafel bracht, aangevuld interviews met anonieme bronnen - waaronder mogelijk zijn vijanden - terwijl statements van zijn vrienden en van hemzelf nauwelijks aan bod komen. Het steekt bovendien dat een van de twee hoofdonderzoekers van het rapport ten tijde van het onderzoek aan een enorme fietsreis bezig is, waarover hij vrolijk rapporteert op een persoonlijke blog. Het is verbijsterend om te zien hoe haaks dat tweede rapport op het eerste staat. Zelfs het rammelende ICT-systeem valt wel mee, aldus het CvtA. Van Limpt krijgt steun van een aantal mensen binnen de Buma-gelederen - met name Henk Westbroek - maar meer mensen en meer mensen vallen hem af.
Wim van Limpt stapt op in september 2018, Anja Kroeze keert een paar maanden later terug bij Buma/Stemra. Voor Wieger Ketellapper zit een terugkeer er niet in. Niet alleen zit inmiddels iemand anders op zijn stoel, maar de verhoudingen zijn te giftig. Zie daar de beslissing van deze week: Buma/Stemra diep door het stof met officiële excuses, een schadevergoeding waarvan de hoogte niet bekend is maar die er zeker niet om zal liegen.
Interim-directeur Cees van Steijn ziet het duidelijk als zijn belangrijkste taak om de gelederen weer te sluiten. Hij is niet beschikbaar voor een gesprek met 3voor12, en ook Anja Kroeze wil niet geïnterviewd worden. Wieger Ketellapper antwoordt niet op verzoeken van onze kant, en Wim van Limpt laat weten dat hij niet mag praten. Of dat ook betekent dat Buma zich nu in alle rust aan het richten is op de digitale toekomst, dat kunnen we dus helaas niet vragen. Want nee, het internet is zeker niet het enige terrein waar het schuurt bij Buma/Stemra; er zijn oneindig veel kleine wondjes die al jaren etteren, net zoals er ook gebieden zijn waar moeiteloos en zonder mopperen elk jaar heel veel geld opgehaald en verdeeld wordt. Want dat blijft de bottomline: er is geld. Het hoofdstuk Wieger Ketellapper is in elk geval ten einde. Maar daar moest wel weer een afkoopsom aan te pas komen waar de auteurs geen brood van lusten.