Hoe ging Down The Rabbit Hole de modder en regen te lijf?

Extreme regenval kostte de festivalorganisatie 7,5 ton a 1 miljoen

Timo Pisart ,

Door extreme regenval veranderde menig festivalterrein afgelopen weekend in een nogal heftige modderzooi. De maatregelen die Down The Rabbit Hole trof om die modder te bestrijden en water af te voeren kostten 7,5 ton a 1 miljoen euro. Maar wat hebben ze dan precies gedaan?

Tijd voor wat feiten: normaliter valt er in juni zo’n 68 millimeter regen. Sinds 1 juni moest het terrein van Down The Rabbit Hole dit jaar 193 milimeter verwerken, bijna drie keer zoveel als normaal, en 88 millimeter daarvan viel in de laatste week voor het festival. Eén millimeter water, dat is een liter per vierkante meter, dus het gaat hier om 193 liter water per vierkante meter van het terrein. 

‘Zo’n extreme regenval krijg je op geen enkel terrein zomaar weg’, vertelt woordvoerder Bente Bollmann van Mojo. Maar Down The Rabbit Hole had nog een extra probleem: het festivalterrein De Groene Heuvels in Ewijk ligt op een zware kleigrond. Dat is zwaarder dan zandgrond - waar bijvoorbeeld het Lowlands-terrein op ligt - en daardoor zakt water lastiger weg. ‘Dat wisten we vooraf ook al, dus we kregen al heel wat vragen: waarom kies je dan toch voor het terrein? Verder biedt het zóveel mogelijkheden: de nachtvergunning, een fantastische ligging, en je kunt er heel veel mee.’

Hoe ga je de modder te lijf?
Maar hoe ga je dan de modder te lijf? Allereerst werden de oppervlakkige plassen leeggepompt met gierwagens en werden de sloten leeggehaald zodat het grondwater sneller kon weglopen. In totaal is er 28.000 kubieke meter aan water weggepompt. Om daar een voorstelling bij te maken: dat is bijna drie voetbalvelden met water tot aan je heupen.

Houtsnippers worden vervolgens vaak genoemd als gouden redmiddel tegen de modder. Mooi kut, dat werkt dus niet in kleigrond. Die stamp je alleen maar de grond in. Wat wel werkt: stro. Down The Rabbit Hole heeft ’s nachts dan ook vier trailers aan stro over het terrein uitgespreid.

Verder werden op het terrein 26.000 extra rijplaten neergelegd. Zou je die achter elkaar zetten, dan heb je 13 kilometer aan rijplaten. Op de camper-camping zijn bovendien zes traktoren 24 uur per dag aan het werk geweest om de campers (ruim 500) in en uit de modder te trekken. 

Ten slotte was er op het Hotot-veld al een drainage-systeem aangelegd met een buizennetwerk onder de grond, dat water wegvoert naar het nabijgelegen meertje. Waarom nog niet op de rest van het terrein? Dat is op Lowlands wel al gedaan, vertelt Bollmann, maar is iets waar je over de jaren heen in investeert. 

De normale camping was eigenlijk de grootste zorg van de organisatie. Er werd besloten om die niet al donderdag open te gooien, maar wegens de verwachte extreme regenval pas vrijdag. Bovendien zijn er extra afwateringsgeulen gegraven en is er een extra stuk grond gehuurd zodat de mensen wat ruimer konden staan en de echt slechte plekken niet hoefden te worden gebruikt. Ten slotte heeft de organisatie 4000 stukken zeil uitgedeeld aan de kampeerders. 

Wat kost dat allemaal? Bollmann: ’We moeten het nog precies uitrekenen, maar waarschijnlijk kostten de extra maatregelen ons 7,5 ton a 1 miljoen euro. Het is nog de vraag wat de verzekering daar precies van gaat dekken.’ Hij heeft nog wel een pluim voor het publiek: ‘We hebben geprobeerd zo open mogelijk te communiceren wat er aan de hand was en waar ze rekening mee moesten houden. Ze hebben onze tips uitstekend opgevolgd, wat ons veel kopzorgen heeft gescheeld.’