Komende week, op Prinsjesdag, wordt traditioneel de rijksbegroting voor het nieuwe jaar bekend gemaakt. Eerder al lekte uit dat minister Bussemaker van cultuur tien miljoen euro extra wil uittrekken. Daarmee kan een aantal aanvragen bij het Fonds Podiumkunsten niet gehonoreerd kon worden wegens gebrek aan budget toch met een ‘Ja’ beantwoord worden. Dat zou gelden voor onder andere Into The Great Wide Open, Eurosonic/Noorderslag en Cross-Linx. De Grote Prijs van Nederland staat voorlopig aan de zijlijn: de talentcompetitie kreeg zijn subsidie altijd uit een ander potje, namelijk het Fonds Cultuurparticipatie. ‘Wij hadden om 160.000 euro per jaar gevraagd, de afgelopen periode kregen we maar de helft van dat bedrag en nu dus nul. Als ik niets doe, houdt het in januari op.’
De Grote Prijs Van Nederland is al decennialang een bekend verschijnsel in de Nederlandse muziekwereld, met ex-winnaars als Roosbeef, Brainpower en Typhoon. Wel daalde de impact van de competitie de afgelopen jaren stevig. Met name in de band-categorie leverde De Grote Prijs de laatste tien jaar nauwelijks succesvolle winnaars op, op het gebied van singer-songwriters en hiphop was dat lange tijd anders. De afgelopen tijd reorganiseerde de Grote Prijs stevig, waarbij onder andere de insteek van de voorrondes flink veranderd werden. Het werd geen afvalrace, maar een coachingstraject met een vastgestelde groep artiesten.
Financieel gezien lukt het de Grote Prijs de laatste jaren ook maar moeizaam het hoofd boven water te houden. Vier jaar terug haakte sponsor Heineken af. De Grote Prijs heeft wel andere sponsors, maar die zijn van een andere orde van grootte. Op het gebied van Talentontwikkeling kiest het Fonds Cultuurparticipatie nu voor andere initiatieven, zoals de Kunstbende, Popsport en de steeds maar oprukkende Popronde. ‘Wij staan nu ineens tegenover de partijen waarmee we normaal samenwerken. Want natuurlijk vind ik het terecht dat de Popronde gesubsidieerd wordt. Maar ik denk dat de Grote Prijs ook nog steeds van belang is. Er zijn in Nederland veel afgestudeerde muzikanten, van de conservatoria. Die komen in een zwart gat terecht. Ze moeten ervaring opdoen, een netwerk opbouwen.”