DGTL 2016: het belangrijkste dance-festival van het voorjaar

Festival wil in 2017 naar Amerika: “De groei zit over de grens”

Atze de Vrieze ,

Tot een jaar of vijf geleden begon het festivalseizoen in de dance nog keurig in juni, maar die tijd is voorbij. Tegenwoordig opent DGTL Festival al met Pasen het bal op de NDSM-werf in Amsterdam. En omdat Pasen dit jaar vroeg valt, staan we dus gewoon in de laatste week van maart al buiten te dansen. Het is de vierde editie, en DGTL staat op de kaart als kantelfestival van de credible clubscene naar het grote publiek. In gesprek met Tom Veldhuis over het de groei van het evenement en de buitenlandse ambitie.

Helemaal achteraan de Cruquiusweg, op het uiterste puntje van Amsterdam Oost, staat een grote loods met een aap erop. Het is het hoofdkwartier van Apenkooi, het bedrijf achter succesvolle concepten Pleinvrees, Straf_Werk en dus DGTL. De eerste twee speels en jong, de derde net wat volwassener. Het voelt als zo’n jong bedrijf waar voortdurend mensen in en uit lopen, en waar ook nog eens een heleboel rek in zit. Alleen al in de loods zelf, die ruim en onaf oogt. Precies wat je verwacht van een organisatie die al een paar jaar volop in de lift zit. In een paar jaar tijd groeide Apenkooi van een van de vele organisatoren van feestjes uit tot een van de belangrijkste spelers van Amsterdam, met een landelijke uitstraling. Onder meer Nina Kraviz, Tale Of Us en George Fitzgerald komen tussen 25 en 27 maart naar Amsterdam. 

Oortje uit
“Die ingelijste condoom? Oh, dat is een decorstuk van Pleinvrees, geloof ik”, zegt Tom Veldhuis, mede-eigenaar van het bedrijf. Jasper Goossen richtte het bedrijf in 2004 op, toen nog met een job bij een start-up ernaast. Daar ontmoette hij Veldhuis, en toen de stekker uit de start-up ging besloten ze vol voor Apenkooi te gaan. Ze werden evenementenorganisator, maar tegelijk bedachten ze merkactivaties voor bedrijven die een jonge doelgroep willen bereiken. En laat die twee - creativiteit en productiekracht - nu uitstekend samen gaan. 

“Het eerste jaar was nog geen echte DGTL”, zegt Tom Veldhuis over het begin van het festival, drie jaar terug. “We waren blij, er waren bezoekers, we verdienden wat geld, maar achteraf dachten we: nee, dat was niet hoe we het neer wilden zetten. Het tweede jaar hebben we volle bak geïnvesteerd, niet te voorzichtig, de diepgang zoeken waarmee we het onderscheid konden maken met Pleinvrees en Straf_werk. Bij de tweede editie dacht ik: ja, dit gaat lukken. Vorig jaar, tijdens de derde editie, liep ik langs Motor City Drum Ensemble en dacht ik: fantastisch, niet normaal. Op zo’n moment doe ik mijn oortje even uit en ga ik gewoon even staan kijken.”

Marktkantine
DGTL wil meer zijn dan een verzameling dj’s. Het festival investeert in kunstinstallaties en innovaties op het terrein en heeft veel over voor duurzaamheid. Onder de noemer DGTL Revolution is het zelfs officieel een van de drie peilers onder het concept. Revolution draait om het verminderen van de uitstoot van co2, beter omgaan met afval en transport, etcetera. Eerder al kondigde het festival aan op het terrein alleen vegetarisch eten aan te bieden. De groene ambities zijn duidelijk lange termijn. “Zo zijn wel al langer bezig om vaste stroompunten te realiseren op het NDSM-terrein, omdat we liever niet met aggregaten werken. Er vinden op dit moment jaarlijks zeventig evenementen plaats op de NDSM. We hebben aangedragen een commercieel partner te zoeken die mee-investeert - een energieleverancier - maar op de een of andere manier krijgen we het niet voor elkaar dit te bewerkstelligen. Mogelijk speelt daarbij een rol dat in de toekomst wellicht minder evenementen kunnen plaatsvinden op de NDSM.”

Naast outdoor events heeft Apenkooi tegenwoordig ook een stevige hand in het clubcircuit, door zich te bemoeien met de programmering van de Marktkantine. Achter de schermen weliswaar, want het merk DGTL hangt er niet aan, maar het zijn wel de namen die ook bij het festival passen die daar op de line-up verschijnen. “De Marktkantine is gevestigd in het oude pand van Marcanti, dat vier, vijf jaar leeg gestaan heeft. De welbekende Eelko Anceaux (o.a. Chemistry, red.) vroeg ons het programma en de marketing in te vullen. Van horeca hebben wij dan weer geen verstand, dus daarvoor hebben we andere partner gezocht. Voor ons is het een aanvulling op onze bestaande activiteiten. We kunnen artiesten een toffe clubshow aanbieden, een betere band met ze krijgen. Of artiesten echt loyaal aan je zijn is natuurlijk maar de vraag. Zo naïef zijn we niet meer: een boeker, manager of de artiest zelf kan altijd een reden hebben om met een andere partij te gaan werken.”

Net als het festival is club de Marktkantine een bovengemiddeld grote locatie. En dat is precies de plek die Apenkooi nu in de markt inneemt: niet niche, niet supercommercieel, maar ergens op het snijvlak. Het werkt kennelijk heel goed, want DGTL trekt er 17.500 plus 15.000 mensen mee naar de NDSM-werf. Dat zijn zeker niet alleen Nederlanders, maar ook veel buitenlanders, die er een uitgebreid paasweekend van maken. 

Overzees
Afgelopen jaar rook DGTL voor het eerst aan het buitenland, met een festival in Barcelona. Dat was succesvol genoeg om een vervolg te krijgen, vertelt Tom Veldhuis. “We gingen voor twee keer 10.000 bezoekers, dat hebben we niet gehaald, maar wel bijna. We hadden wat pech met regen - in Barcelona - maar gelukkig bleef het publiek wel staan. Tot vier weken voor het event hadden we heel veel stress. We dachten: dit wordt de grootste flop ooit. Onze lokale partner zei: dat komt goed. Ze zijn daar totaal geen voorverkoopcultuur gewend. We verkochten uiteindelijk meer dan 1.000 tickets per dag aan de deur. In Nederland hebben we bij wijze van spreken niet eens een kassa.” 

Nu lonken meer buitenlandse avonturen. In Nederland zit DGTL immers nu al aan zijn limiet: de NDSM-werf is vol, en groter worden ambieert het festival niet. “Voor 2016 zijn we in Europa met een plek bezig, een indoor avond-editie. Voor 2017 gaan we overzees, zoals het er nu uitziet. In Amerika is dit allemaal net begonnen. Mensen gaan zich langzaam differentiëren van de massa. Je ziet al wel initiatieven opkomen, maar er is nog wel ruimte om je te manifesteren met een concept dat de meer diepgaande dance volledig omarmt. Na Barcelona is er veel op ons af gekomen, zelfs een partij uit het Midden-Oosten. Het kost een hoop tijd om daar daadwerkelijk iets mee te doen. Het is geen kwestie van ergens heen vliegen en met een handshake weer terug. Zijn ze financieel solvabel genoeg, wat voor track record hebben ze, dat wil je allemaal weten. Maar de groei zit voor ons wel degelijk in het buitenland.”