Iets na zevenen wandelt Meser zijn favoriete Spaanse restaurant Duende Dos binnen met zijn jeugdvriend en gitarist Isaac Wadsworth. Die verhuisde twee jaar geleden ook naar Amsterdam om mee te kunnen spelen in de nieuwe band van Meser. “Het eten is hier écht goed,” beamen de twee fijnproevers met verstand van zaken. “Spaans eten zoals het hoort. We dineren eigenlijk nooit buiten de deur. Behalve op zondag. Dan maken ze hier onbeperkt paella.”
Zowel Max als Isaac lieten alles achter om hun muzikale droom na te jagen in het buitenland. Ze halen nog wat mooie herinneringen op. Samen op de hooibalen met een gitaar. De knallende punkbandjes waarin ze speelden toen ze nog in Spanje woonden. De hele dag muziek maken. Dat deden ze het liefst. “Een vriend van me speelde gitaar. Ik vroeg er een aan mijn ouders en kreeg een simpel gitaartje van de Lidl. Sindsdien ben ik eigenlijk nooit opgehouden met muziek maken.”
Ondertussen stort Meser zich vol overgaven op de kaart. Na een korte discussie met Isaac in het Catalaans, staat hij op van zijn stoel. “Ik loop wel even naar Julian (de muzikale barman die hij kent van open mics, red.), die zet wel iets lekkers neer.” Binnen no-time staat de tafel vol kaasjes, vers brood, mals stoofvlees en niet te vergeten: een bakje sterk riekende aioli. “Dat is serieus het enige dat ik écht mis aan Spanje,” vertelt Meser.
“Natuurlijk zijn veranderingen goed. Ik verander iedere dag.” “Ook van geaardheid,” lacht Isaac grappend. De twee groeiden samen op in het Noordoosten van Spanje. Eerst in een stadje aan de rand van Barcelona, daarna verhuisde Meser naar een klein vakantieoord op het platteland. “Er was daar helemaal niets te doen. In de zomer stikt het van de toeristen, maar buiten het seizoen was het bijna een spookstad te noemen.”