Tien tips voor London Calling 2014-1

Met o.a. Jungle, Wolf Alice en Royal Blood

Atze de Vrieze en Ingmar Griffioen ,

Meer dan 25 bands staan dit weekend in Paradiso tijdens London Calling. Het is altijd een beetje koffiedik kijken wie de hoogtepunten gaan worden - veel acts hebben ook wij nog niet gezien - maar natuurlijk hebben we ons flink ingeluisterd. Dit zijn de meest opvallende acts van London Calling 2014-1.

Jungle
We weten inmiddels dat het mysterieuze Jungle niet het duo op de foto is dat we eerst dachten, maar een zevenkoppige band. We weten ook dat ze met Busy Earnin' een spectaculaire elektronische soulhit te pakken hebben. En dankzij Motel Mozaique en Eurosonic weten we ook dat ze die zo strak kunnen vertolken dat je bijna niet gelooft dat het live is. Een van dé nieuwe namen van het voorjaar.

Royal Blood
Wát. Een. Fenomenale. Liveband. Bliezen de 3voor12 stage in Vera tijdens Eurosonic met gemak omver, en dat met z'n tweeën. Hoe zanger-bassist Mike Kerr en drummer Ben Thatcher uit Brighton dat doen? Thatcher drumt furieus en bizar strak en Kerr gebruikt een gitaar- en basversterker. Compromisloos en kiezelhard. Ze hebben slechts twee singles op zak, maar gaan London Calling ongetwijfeld verpletteren.

Wolf Alice
Het Engelse Wolf Alice trekt aandacht met zijn hoesontwerpen. Zo staan op single Bros grappig genoeg twee zusjes (althans, zo lijkt het), op Fluffy twee knuffelende mopshondjes, en op Blush het middelste deel van een maagdelijk meisjeslichaam. Hoe zou het debuutalbum eruit gaan zien, want dat is er nog niet. Wolf Alice heeft een typisch jaren negentig indierock geluid, met vrouwelijke zang.

Fat White Family
Hypeje eind vorig jaar en terecht zo bleek op Incubate, Le Guess Who en SXSW, waar frontman Lias Saoudi de genitaliën niet in de broek hield. De familie bestaat uit een inderdaad blank Londens zestal dat garagerock, country en blues in een duister mengsel giet. Smerig, grof en geruchtmakend.

Public Access TV
Ah, springerige gitaarpop, dan is het wachten tot de NME er bovenop springt. Hebben ze al gedaan hoor, en dat terwijl Public Access TV pas één single heeft (Monaco) en in januari pas zijn eerste show ooit speelde. In New York, want daar komen ze vandaan. Mocht het echt wat worden, dan hebben we ze in elk geval vast in de vroegst denkbare fase gezien.
Desperate Journalist
Natuurlijk werd op 3voor12HQ gevochten wie de band met de welluidende naam Desperate Journalist mocht beschrijven. Als je niets weet te schrijven, kun je immers altijd nog een goede grap over de bandnaam maken. Schijnt iets met een voetnoot uit de geschiedenis van The Cure te maken te hebben, maar dat moet je zelf maar even googlen. Dankzij de vrouwelijke zang en 80s muziekstijl, plaatsen we ze voor het gemak maar even in het hoekje Bleached / Savages. 
Arthur Beatrice
Wie debuutalbum Working Out van het Engelse Arthur Beatrice hoort, denkt meteen: The XX. Stijlvol, traag, heel veel sfeer. Gaandeweg krijgen folk-invloeden wat meer de overhand. De zang is mannelijk en vrouwelijk door elkaar. En inderdaad, niemand in de groep heet Arthur of Beatrice; we hebben te maken met een band. Al in 2011 deden ze voor het eerst van zich horen, dus je zou zeggen dat ze nu rijp zijn om geplukt te worden.

The Neighbourhood
The Neighbourhood komt met hitgarantie. Single Sweater Weather biedt donkere indierock in verdraaid catchy verpakking en haalde de toppositie in de Billboard chart. Het hippe Californische kwintet openbaart op debuutalbum I Love You ook psychedelische randjes en maakte veel indruk op SXSW.

The Bohicas
Dit is hét moment om The Bohicas te zien. De Britse band gaat namelijk best hard sinds Domino ze oppikte en de dubbele single XXX/Swarm uitkwam. Ze beweren bovendien het ambitieniveau van labelgenoten Franz Ferdinand en Arctic Monkeys te benaderen. Het Londense kwartet maakt warme, licht psychedelische rock met dwarse, noisy randjes en catchy samenzang.

Hopitality
Brooklyn indiepop rond zangeres Amber Papini. Het trio trapt de tour af op London Calling met tweede album Trouble net uit. Het is wat bedachtzamer dan het debuut, met bewust meer lucht in de songs. Interessante, dansbare en bij vlagen mysterieuze popplaat waarop Papini ook tekstueel intrigeert.