Luwten ontrafelt haar dekmantel in stijlvolle videoclip
Nieuwe single is stap richting tweede album Draft
In de videoclip van ‘Sleeveless’, het nieuwste nummer van Tessa Douwstra alias Luwten, ontrafelt ze voor je ogen. Letterlijk: in de video draagt ze een grote gebreide jurk die draad voor draad uit elkaar getrokken wordt. ‘Een hilarisch maar superlang proces,’ grinnikt Luwten. ‘Uiteindelijk sta ik in de clip in mijn onderbroek. Buiten beeld stonden vier mensen héél hard te trekken om de draden los te maken.’ ‘Sleeveless’ gaat dan ook over jezelf blootgeven: ‘Ik stelde me een soort wereld voor waarin je je niet hoeft te verstoppen, en waarin je niet hoeft te kiezen wat je van jezelf hoeft te laten zien. Iedereen ziet het namelijk toch al.’
Vorig jaar kwam Luwten met haar eerste EP sinds 2017, toen ze debuteerde met haar wonderschone, titelloze album. Op 30 april komt haar tweede plaat Draft. ‘Da’s een woordspeling, ja. Het betekent enerzijds ‘wind’, wat een woordspeling is op Luwten. Maar het gaat ook over identiteit. Draft is schets, en mijn vraag is: kun je überhaupt een eindproduct zijn? Identiteit is inderdaad eerder een schetsmatig iets.’ Vandaar haar gedachte-experiment op ‘Sleeveless’. ‘Je kiest altijd wat je van jezelf laat zien. Op internet bijvoorbeeld, maar ook als je met je ouders of je vrienden praat, dan laat je ook andere dingen van jezelf zien. Vroeger dacht ik altijd: als je helemaal alleen bent, en niemand naar je kijkt, dan is dat de ware jij. Nu besef ik me: je bent een optelsom van al die situaties. Er is niet één échte versie van jezelf die je kunt laten zien, en dat je dan vrij bent. Op een bepaalde manier wordt je toch opgesloten door de keuzes die je maakt.’
Dat is ook iets wat je in de weg kan zitten als muzikant, denkt Luwten. Beter is het om niet te veel in hokjes te denken, maar juist je intuïtie te volgen. Neem ‘Sleeveless’. ‘Ik was aan het pielen met mijn gitaar, en had een heel lo-fi opname gemaakt met de microfoon van mijn computer. De gitaar klopte precies. Alleen: op de achtergrond hoorde je dat iemand buiten heel hard een fietsketting probeerde vast te maken. Ik heb wel geprobeerd het opnieuw op te nemen, maar het klonk nooit als die eerste, intuïtieve opname. Ik kon er blijkbaar niet omheen. Toen heb ik die fietsketting losgeknipt, en het in het liedje gebruikt. Die harde klap die je steeds hoort? Dat is dus die ketting. Ik vond het wel een mooi symbool voor hoe zoiets gaat: accepteren dat dit het is, en dat geluid dan maar volgen.’