Album van de Week (37): Metronomy
Zelfspot en melancholie op volwassen mijmeralbum
Het muzikale landschap in het Engeland van 2006 valt te omschrijven met allemaal termen die Metronomy volkomen vreemd zijn: brutaal, energiek, outgoing. Terwijl aan de lopende band debuterende gitaarbands (The Kooks, Kaiser Chiefs, Klaxons) naar de grote zalen gekatapulteerd werden, verscheen ergens in een klein hoekje Pip Paine (Pay the £5000 You Owe). Het bleef vrijwel onopgemerkt. Wie had gedacht dat de meeste van die andere bands tot bijrollen gereduceerd zijn en Metronomy in 2019 vol trots een zesde album uitbrengt met als titel Metronomy Forever?
Een festivalknaller werd Metronomy nooit – even leek überhaupt het tourende leven niet aan ze besteed – maar Metronomy veroverde toch langzaam maar zeker harten met kleurrijke, originele popliedjes. Zes albums zijn er inmiddels, dan ben je een volwassen band. Toch klinkt Metronomy nog altijd licht en speels, zowel qua geluid als in de manier waarop hun liedjes in elkaar zitten. Bijvoorbeeld dat gekke huppeldansliedje ‘Lying Low’, vrijwel instrumentaal, in de lijn van Floating Points en Four Tet, maar dan met een ironische knipoog. En wat moeten we denken van de duistere soundscapes die daarop volgen, met de doomy titel ‘Forever Is A Long Time’?
Maar er worden toch ook serieuze grote-mensen-dingen besproken. Er is een liedje dat ‘Insecurity’ heet, en ook een dat ‘Insecure’ heet. ‘The Light’ is een intiem gesprek tussen een man en de geliefde die hem ontglipt, teder gezongen en verfijnd geproduceerd. ‘And I'll give you up, cause I understand that you're not in love.’ Opvallend vaak heeft Joe Mount weinig of geen woorden nodig. Soms herhaalt-ie een zin eindeloos, nog vaker laat-ie de stemmige mood die de synths oproepen het werk doen, zoals in ‘Mirarcle Rooftop’.
Metronomy Forever is lang (wat te lang zelfs), en er staat niet echt een cross-over track a la ‘Love Letters’ op, maar de ambitie om hits scoren heeft de band allang achter zich gelaten. Ze hebben wel wat beters te doen. In ‘Ur Mixtape’ legt Joe Mount nog een keer alle misplaatste pogingen tot coolheid naast zich neer. Hij mijmert over een meisje dat hij jaren geleden wilde versieren op een feestje. Vlotte babbel, een tape met zijn favoriete muziek maken, je kent het wel. Het mislukte en het meisje verdween uit beeld. Maar dan, tien jaar later, komt een volkomen onbekende jongen op hem af, en vertelt hem: ‘You loved my sister, I loved your mixtape’. Kijk, dat is hoe het leven loopt, en dat is hoe je er met een mengeling van zelfspot en melancholie op hoort terug te kijken.