In boek over Concerto kamt Ewoud Kieft de popgeschiedenis uit
Schrijver en historicus schreef een boek over de iconische platenzaak
In 1998 raakte Ewoud Kieft – toekomstig historicus, schrijver – verzeild in Concerto. Verzéild, ja, dat is het woord dat hij ervoor gebruikt. Muzikaal was-ie nog totaal groen achter de oren. Wist hij veel dat het een iconische platenzaak was, een mekka voor muzieksnobs, en bovendien berucht om z’n ongenadige sollicitatieproces. Kieft was twintig, en kon wel een zakcentje gebruiken. Zo stapte hij op een blauwe maandag de Concerto binnen, met een sollicitatiebrief en de bravoure van de amateur die dénkt te weten waar-ie het over heeft. En hij kreeg de baan nog, ook, vanwege een nijpend personeelstekort. ‘Maar de eerste maanden gromde mijn toenmalige baas alleen maar naar me, dat heb ik niet overdreven,’ grinnikt Kieft.
Dat is het startpunt van Concerto, zijn nieuwe muziekboek, onlangs verschenen bij uitgeverij de Bezige Bij. Precies zo raak je als lezer verzeild in de platenzaak Concerto, om vanuit daar steeds dieper en dieper de popgeschiedenis in te worden getrokken, langs de komst van de provo’s, de punk, om later de metal of juist de Nederlandse house-oerknal te worden getrokken. ‘Ik wilde de platenzaak als een tijdmachine gebruiken,’ zegt hij. ‘Elk hoofdstuk gaat in op een muziekstroming, en hoe die verweven waren met de Concerto, op weg naar de hoogtij jaren van dat genre. Die plek bestaat al sinds 1955, dus je kunt zo beginnen bij het ontstaan van de popmuziek: de bebop en de rock ’n roll, om vanuit daar verder te werken.’
Kieft heeft uiteindelijk zelfs zeven jaar bij de Concerto gewerkt. ‘Toen al zeiden we, als de deur dichtging en we een biertje dronken: “Dit is zo absurd, dit moeten we opschrijven.” Er kwamen zoveel markante figuren langs.’ Van die types maakte Kieft gretig gebruik. Hij sprak er wel zestig, van oud-medewerkers tot vaste klanten. ‘Meestal stellen muziekboeken de artiesten centraal, maar al die verhalen over Van Morrison en Barry Hay, die zijn allang verteld. In een platenzaak kun je juist de luisteraar centraal stellen. Mensen op wie de muziek impact had. Ik dacht: als ik nou een hoofdpersoon vind voor elk genre, van metal tot jazz, klassiek tot hiphop, dan heb ik een Nederlandse muziekgeschiedenis aan de hand van levensverhalen. Bijvoorbeeld het verhaal van Bertje: zijn familie werkte al generaties in de haven, hij dreigde dat ook te moeten gaan doen. Tot hij voor het eerst de Sex Pistols hoorde en zei: “Fuck you, ik doe niet meer mee.” Dat levensverhaal vertelt iets over wat er destijds in de samenleving speelde, daar zitten meerdere lagen in. In al die verhalen, bijvoorbeeld over rouw, of over racisme, vormde muziek een toevluchtsoord. Dat maakte Concerto tot zo’n bijzondere plek.’
Concerto is nu verkrijgbaar.