Album van de Week (45): FKA Twigs
Britse visionair bouwt op tweede album haar eigen tempel
En jij maar denken dat jij het zwaar had omdat FKA Twigs de afgelopen vier jaar geen nieuwe muziek uitbracht. Nee, het was vooral de Britse zelf die in die periode dwars door de hel ging. Eerst liep haar relatie met filmster Robert Pattinson op de klippen, vol in het zicht van de media en de jaloerse fans van de voormalig Twilight-vampier. Daarna moesten tumoren in haar baarmoeder operatief verwijderd worden. Een gigantische klap voor een visionaire artiest die toch al worstelde met de opvolger van haar alom geprezen debuutalbum LP1.
Het is een cliché natuurlijk, maar Twigs kwam sterker uit de periode dan ze erin ging. Op MAGDALENE presenteert ze haar visie helderder dan ooit. Het album is minimalistischer dan zijn voorganger, directer vooral. Dat is met name te danken aan de messcherpe producties die Twigs maakte met onder meer Skrillex, Oneohtrix Point Never en Nicolas Jaar, waarin de stem van de Britse zangeres voortdurend in de spotlight staat. Dat is al zo vanaf de ijzingwekkende opener ‘thousand eyes’, waarin Twigs eerst zachtjes met zichzelf samenzingt maar daarna stukje bij beetje de hoogte in bouwt. Halverwege scheurt ze de hemel open, vervolgens neemt ze weer gas terug.
Ook op andere momenten maakt Twigs gedurfde keuzes. Die vrij typische trapbeat op ‘holy terrain’, die laat ze in de coupletten wegvallen voor samples van het Bulgaarse koor Le Mystère Des Voix Bulgares. Op ‘sad day’, een track vol verlangen, duurt het meer dan een minuut voor de eerste drumbeat klinkt. Het door Oneothrix Point Never geproduceerde ‘daybed’ drijft vrijwel uitsluitend op strijkers.
Die spelen sowieso een belangrijke rol: continu creëert Twigs op MAGDALENE contrasten tussen klassiek en futuristische R&B. En dat samenspel tussen verleden en toekomst trekt ze door in alle aspecten van haar werk. In dit indrukwekkende tv-optreden bij Jimmy Fallon bijvoorbeeld, waarin ze zich ontdoet van een middeleeuwse jurk om vervolgens te paaldansen bovenop een vleugel. Of op de albumhoes, waarop Twigs eruitziet alsof ze een oud schilderij is. Ze zet zich op MAGDALENE naast Maria Magdalena, een vrouw wiens verhaal alleen verteld wordt in relatie tot een man, Jezus. Twigs koppelt Magdalena en zichzelf nadrukkelijk los van die zienswijze: natuurlijk zwelgt ze in haar ellende, maar ze staat ook op voor zichzelf, voor haar eigen verhaal. Het betoverende ‘cellophane’ is wat dat betreft een logische afsluiter. Geen grootse tranentrekker, maar een fluisterballad met Satie-achtige pianomelodieën en stiekeme elektronica. ‘They’re waiting, they’re watching, they’re watching us, they’re hating, they’re waiting, and hoping I’m not enough’, verzucht Twigs aan het slot. Met MAGDALENE bewijst ze juist dat ze dat wél is, op geheel eigen wijze.