Mede dankzij de regen staat de tent al goed gevuld nog voor de mannen van de Belgische metal–hardcore band Fleddy Melculy het podium hebben betreden. De mensen die denken dat ze met een Queen-coverband te maken hebben schikken zich een hoedje. Keiharde metal wordt op het publiek afgeschoten. Volgens de security gaat het er iets te ruig aan toe in de moshpit en moeten de gemoederen even bedaren. Een optreden van Fleddy Melculy zonder moshpit is echter niet mogelijk en al snel staat iedereen weer tegen elkaar aan te beuken. “Een T-shirt van Metallica” wordt aan het einde van de show door iedereen uit volle borst meegezongen.
In de Kapel aan de rand van het festival klinken de eerste noten van Darker’s optreden. Het klinkt als een duistere avond, donkerder dan ooit tevoren, met dystopische, melancholishe klanken. De zon schijnt naar binnen, maar donkerder dan Darker wordt het vandaag niet. De band verkent thema’s als hoop en liefde in een duistere wereld, die al een aantal jaar aan het veranderen is. De sfeer van een verlaten schemerige straat, waar de neonreclame knippert en een schemering die als een zware deken over de stad valt. Darker vertelt een verhaal dat we misschien niet altijd willen horen, want positief wordt het nergens echt, maar wat wel verteld moet worden. Hier en daar een beetje schatplichtig aan Depeche Mode met af en toe een licht sausje van Billie Eilish, zet Darker met overtuiging hun performance neer. De zoektocht vertaalt zich in een interessante mix van synthpop en darkwave. Naarmate het optreden vordert loopt de kapel een beetje leeg, maar wordt de set een stuk interessanter.