“Al het goede komt uit het zuiden”, hoor je nog wel eens iemand zeggen. In het geval van België willen we daar wel mee instemmen. Bier en wafels, daar zijn de Belgen goed in, maar het best zijn de Belgen in het maken van Muziek (met een hoofdletter!) en daarom is er bij Gebouw-T het minifestival Made In Belgium in het leven geroepen. De beste (opkomende) Belgische acts in intieme setting. Die intieme setting is ook weer reden genoeg om voor een hoop Belgen hun weg naar Gebouw-T te volgen. 3voor12 Zeeland was ook aanwezig.

In de T-Up is er ruimte voor ongeveer tachtig man die mogen genieten van het kleinste podium van de avond. Zo sta je aan het begin van de avond bijna op het podium zelf, zo druk is het bij Tigerhorse, die het minifestival aftrapt. Tigerhorse is de gebroeders Pieter en Jonas De Meester (oa. King Dalton) die samen op het podium meteen het beste optreden van de avond claimen. In Tigerhorse schuilt Americana/folk die rustig, tokkelend wordt gespeeld. Toch schuilt er in elk nummer een bepaald soort onrust dat aan het eind van zo’n nummer naar boven komt in een enerverend hoogtepunt. De broers kijken elkaar speels aan, spelen precies wat ze uit hun instrument willen halen en weten van begin tot eind te boeien.

Warhaus opent de avond in de Rabozaal in stijl. Het soloproject van Maarten Devoldere (Balthazar) vierde dit jaar de release van zijn eerste album ‘We Fucked a Flame into Being’. Deze plaat benadrukt nog maar eens hoe Devoldere zijn stempel op Balthazar heeft weten te drukken, zowel tekstueel als muzikaal. In Warhaus wordt bij het bekende geluid van Balthazar het roer omgegooid, maar niet per se radicaal omgegooid. Het geluid van dit soloproject neigt iets meer naar duistere jazz a la film noir. Warhaus speelt strak, bezwerend maar misschien ook een beetje repetitief. Desalniettemin, Warhaus rechtvaardigt zijn plek in de Belgische top.

Terug naar de T-Up voor Birds That Change Colour. De set, uitpuilend van uitstekende roots-nummers worden live rustig en intiem gespeeld voor een aandachtig publiek. Maar voor de echte beleving is er zijn album “On Recording Birds”, opgenomen in het veld met tjirpende vogels op de achtergrond. Een logisch bruggetje naar het optreden van Admiral Freebee.

Zo goed als de lineup is van de avond, zo jammer is het optreden van Admiral Freebee. De over het algemeen uitstekende muziek wordt vanavond gewoonweg niet goed gebracht. De band en d’n Admiraal komen op het podium, maar het lijkt alsof ze eerst nog door de carnavals-verkleedkist zijn gelopen. Een bijzondere vertoning die zichzelf niet serieus neemt, dat wel. Admiral Freebee opent sterk zijn optreden, om na een nummer of drie in te storten. Ofwel Admiral Freebee is een beetje zat (“I don’t remember you on my Facebook-page”, en dat tien minuten lang), of hij heeft er gewoon geen zin in, terwijl de helft van het publiek (lees: de Belgen in het publiek) echt voor hem komt. Grote gebaren, swagger en rock-’n-roll met blazers, het kan alleen goed gaan als het vol overtuiging en serieuze ondertoon wordt gebracht. Vanavond mist Admiral Freebee deze kernpunten en is ook het optreden niet meer te redden.

Een verrassingsoptreden van Pauwel de Meyer (Monster Youth) staat gepland in de T-Up. De singer-songwriter brengt met zijn project autobiografische liederen die de aandacht opeisen van de vijftig luisteraars in de T-Up. Zijn zachte stem smelten aangenaam samen met het getokkel van de gitaar. De geïmproviseerde set rammelt hier en daar, maar dat voegt alleen maar toe aan de charme van De Meyers nummers.

Nog één keer de avond dansen: het kan bij The Sore Losers die nog steeds niet te stoppen zijn. De rockers stonden al op vrijwel alle denkbare festivals in België en Nederland en ook op Made In Belgium zijn de vier gasten van plan om het dansvloer (en als het even kan ook het balkon) te domineren. No-nonsense, strak gespeeld en met uiterste precisie jagen de Belgen zich door hun set. Het feest is compleet.