Anywave: Nederlandse hippies en aggregaat-orgeltjes

In gesprek met DeWolff over het leven als muzikant

Tekst: Stijn Rombouts ,

Een ruime maand geleden stonden ze in De Spot in Middelburg en de 5 juni staan de jonge rockmuzikanten op Anywave Festival in Zierikzee: DeWolff. De Limburgse rockband heeft in Nederland sinds het winnen van de kunstbende in 2008 snel naam gemaakt met muziek die doet denken aan Deep Purple, Focus en the Doors. Een goed moment voor 3voor12/Zeeland om de band te vragen hoe dat allemaal zo gekomen is.

Tijdens de soundcheck van het voorprogramma op het al eerdergenoemde optreden in De Spot vraag ik de band naar de donkere dagen van hun bestaan, namelijk de tijd waarin ze nog elk optreden aannamen. De band kan er nu hartelijk om lachen. Pablo van de Poel vertelt: “Ik moet denken aan een optreden waarin Robin Piso’s Hammondorgel het hele optreden vals was. We speelden toen op een festival en daar hadden ze een aggregaat met een spanning die de hele tijd schommelde. Daardoor schommelde de toon van de Hammond ook en die zat dus voortdurend een halve toon onder de gitaar. Op een gegeven moment is onze roadie de gitaren lager gaan stemmen, maar helemaal opgelost was het niet. Dat was heel kut.”

Instrument dat begint met een ‘n’

De drie bandleden zijn het er over eens dat het allemaal vrij vlot is gegaan in hun muziekcarrière. Hierdoor hebben ze zelden op plaatsen gespeeld waar ze later spijt van hadden. Pablo van de Poel kon zich wel een Brabants bierfestival herinneren waar hij nu niet meer zou spelen: “Dat er dan op een gegeven moment een vrouw naar je toe komt, die zegt: ‘Noem eens een instrument dat begint met een ‘n’? ’n orgel!’.”

De bandleden van DeWollf zien het winnen van de kunstbende niet als het begin van hun doorbraak. Toen de band op De Wereld Draait Door kwam begon het echte succes. Dat succes valt volgens hen te wijten aan het feit dat ze iets unieks doen in de Nederlandse popmuziek scene, en dat ze heel jong waren toen ze begonnen.
 

Opnaaien

Nu kan het natuurlijk nooit zo zijn dat een artiest door iedereen omarmd wordt. Wie de filmpjes van DeWolff op YouTube opzoekt ziet het meteen, er is één persoon die altijd vervelende reacties plaatst onder elk filmpje van de band. Voordat ik de vraag stel, roepen de heren al in koor: “The Dutch Hippie”. Hoe ga je daar als band dan mee om? Pablo van de Poel: “Ik kon me daar best wel door laten opnaaien. We hebben ook een tijdje gehad dat we er achter wilden komen wie dat was. Kijk, als iemand het niet tof vindt, prima. Ik vind zo veel muziek niet tof. Maar dat één of andere gast over ons schrijft alsof we hem persoonlijk iets aangedaan hebben, dat begrijp ik niet.” In het begin hadden de bandleden het hier wel moeilijk mee, maar tegenwoordig raken deze ‘kritieken’ niet meer zo.
 
De leden van DeWolff vertellen heel ontspannen, zonder kapsones, over hun carrière. Ze werken hard voor de muziek waar ze van houden en zijn zoals ze zijn: geen styling, geen image. Dit is oprecht de muziek die ze willen maken. Geen seks, drugs en rock-‘n’-roll, maar gewoon de studio in met een pilsje in de hand en dan aan het werk. Dat vinden ze ook een stukje professionaliteit. De band hoopt door te breken in Europa. Op de vraag of er over 15 jaar nog steeds een band met de naam DeWolff is, antwoorden de bandleden eensgezind: “Als wij het voor het zeggen hebben, dan doen we wat we nu doen voor de rest van ons leven!”
 

Anywave Festival, zaterdag 5 juni, 22.45 uur Tent