Anderhalf jaar afgelast, dicht geweest, mond gehouden, maar nu is de maat vol. Na elke zwalkende stap van het kabinetsbeleid en elke grimas ingeslikt te hebben, worden de kelen nu opengezet. Op deze droge en verrassend zonnige middag in augustus (na onophoudelijke regenbuien!) stromen door het hele land straten vol met mensen. DJ’s, productiecrew, licht- en geluidstechnici, horecamedewerkers uit van concertzalen en natuurlijk supporters. Heel veel supporters. Honderden mensen staan langs de route te kijken, terwijl er een ellenlange stoet van Unmute Us met tomeloze passie door het centrum van Utrecht trekt.

Mooi weer is het. Goed weer voor een protestmars. Dat is zowat het eerste dat elke enthousiaste demonstratieganger uitspreekt als de vrienden zijn gelokaliseerd. Vervolgens zijn daar natuurlijk de verwachtingen, collectief hoog opgelopen. Een protestmars voor een sector die keihard buiten de boot lijkt te vallen, hoewel er zoveel mensen onvoorwaardelijk van houden. In het halfuur voor aanvang loopt Park Lepelenburg snel vol. Af en toe struint er nog een veiligheidsmedewerker langs die ons met spijtige glimlach op de anderhalvemeterregel wijst. Om twee uur is het openingswoord voor radio-dj Domien Verschuuren. “Ik heb mensen kapot zien gaan. En niet alleen financieel, maar ook mentaal. Hoe sta je dag in dag uit op als je niet weet of jouw passie echt uitgevoerd kan worden? Hoe verklaar je dat er in stadions tienduizenden voetballiefhebbers van links naar rechts mogen hossen op Snollebollekes, maar wij vandaag niet naar een festival als Lowlands mogen gaan? Stop de willekeur!” Het eerste gejoel van de dag gonst over het veld. En dan is het ineens al tijd om op pad te gaan. 

Als één man draaien alle neuzen in Park Lepelenburg naar de Maliebrug en beginnen duizenden voeten te lopen. Al gauw na het startsein wordt duidelijk hoe deze protestmars zal verlopen. In de verte bonken er bassen over het asfalt en het eerste deel van de stoet wordt al in rookmachines gehuld. Verspreid over de lengte van de menigte rijden er verschillende praalwagens mee van de ondersteunende organisaties zoals Smeerboel en Central Park. Tussen de mensenmassa vangen we ook blikken op van Blaudzun, Lakshmi, Faradays en leden van Kensington. Links en rechts worden protestborden tijdelijk aan vrienden overhandigd om een blikje koud bier open te trekken. En ja, er wordt ook gedanst. Het maakt niet uit in welke richting je kijkt. Overal is er wel een brede glimlach, een korte broek, een pilsje of een ander festivalgerelateerd attribuut te zien. Want dat is hoe het voelt. Dit is het massale levende bewijs dat gezamenlijk van muziek genieten de ziel geneest. 

Ondanks de uiterst feestelijke sferen, aangewakkerd door de muziekkeuzes van Joost van Bellen, heerst er een constante, onderliggende woede over het feit dat er keihard met twee maten gemeten wordt. Nog altijd doet het pijn dat grote sportpartijen als de Formule 1 Grand Prix en voetbalwedstrijden wel op volle toeren mogen draaien. Ondertussen lijkt het alsof de hoopgevende resultaten van de Fieldlabs waar in april zoveel geld voor werd vrijgemaakt, inmiddels onderin de prullenbak liggen. De evenementenbranche doet zo hard zijn best om het braafste jongetje van de klas te zijn en alle regels te volgen. Wie niet schreeuwt lijkt, net zoals op de bank bij gymles, overgeslagen te worden. 

DeWolff-zanger Pablo van de Poel steekt zijn hoofd uit de wagen van Down The Rabbit Hole. Het is tijd voor een inhoudelijke herinnering aan waarom we hier zijn. Alsof dat moeilijk te vergeten is met de gigantische spandoeken die overal hangen. “Het totale gebrek aan logica en consistentie achter de huidige maatregelen en de desinteresse van de regering in het muzikale landschap zorgt ervoor dat onze sector langzaam doodbloedt. We vragen niet om miljarden subsidies zoals de KLM. Wat wij willen is doen waar we ons hele leven aan hebben gewijd, waar we gelukkig van worden en vooral waar we andere mensen gelukkig mee te maken,” predikt Van de Poel. Het is één van de schaarse momenten tijdens de mars dat er iets heerst wat lijkt op stilte. “Wij zijn er om het leven kleur en diepte te geven, om mensen te verbinden en liefde te verspreiden. Lieve leiders van ons land: laat ons deze grijze bende weer inkleuren. UNMUTE US!” brult Van de Poel onder luidkeelse goedkeuring in de microfoon. Gelijk erna kletteren de eerste pianoklanken van ’9 to 5’ van Dolly Parton uit het geluidssysteem – een nummer dat waarschijnlijk nooit eerder uit zoveel volle borsten is meegezongen als vandaag.

Tussen het groen van de Maliesingel rolt de stoet als een liefdevolle golf gestaag terug richting Park Lepelenburg. Het moet gezegd dat de gezamenlijke goede wil om dit protest in goede banen te leiden iets moois en bewonderenswaardigs is. Misschien liggen er hier en daar wat opgerookte peukjes op de grond, voor de rest is troep schaars, evenals gedrag dat zou kunnen hinten op geweld. Alle demonstranten gedragen zich eigenlijk voorbeeldig, wat deze demonstratie een voorbeeldfunctie geeft. Vreedzaam, doch zeker niet bedaard bereikt de protestmars haar bestemming. Een moment van verwarring: is het nu alweer voorbij? De zon is wedergekeerd, dus verschillende groepjes strijken neer in het gras. Er is nog bier over? Nou goed, nog eentje dan. Protestborden verdwijnen uit de lucht en worden op het veld of tegen bomen gedeponeerd. Hier is de noodkreet gehoord. Hopelijk ook in Den Haag.