De Popronde heeft al zestien steden doorkruist. Afgelopen donderdag was Utrecht aan de beurt. Een landelijke afvaardiging van meer dan zestig bands valt de Domstad binnen. Geen café of koffiezaak is meer veilig en op straat vang je gesprekken op over ‘waar gaan we heen?’ en ‘hoe laat spelen die?’. De voorspelde regen blijft gelukkig uit en het belooft een goedbezochte avond te worden. Wij probeerden een greep van de acts voor je vast te leggen.

Voor het optreden van de synthrock band Hilbrandt wordt een elektronicawinkel midden in Utrecht omgetoverd tot een podium waar vooral de grote hoeveelheid aan synthesizers opvalt. Wat niet gek is, want dit instrument vormt samen met de snerpende autotune het karakteristieke geluid van de Friese band. Futuristisch en modern, dat is het gevoel wat komt boven drijven zodra ze beginnen te spelen. Dit futuristische gevoel wordt versterkt door de achtergrond van de nieuwste speakers die verkocht worden in deze winkel, een beter decor hadden ze niet kunnen uitkiezen. De Nederlandstalige teksten gaan over hoe gehaast we tegenwoordig zijn, en de druk die we voelen over het moeten hebben van ambities. Niet de meest vrolijke onderwerpen, maar met een krachtige boodschap. (ES)

In een volgepakte Coffeecompany, waar voor de verandering iedereen aan het bier of de wijn is, lijkt het alsof Port of Call zijn set wat vroeg begonnen is. Al snel blijkt dat dit de soundcheck was, want welgeteld drie minuten voor aanvang is het geluid eindelijk goed. Niet genoeg tijd om nog even achter de nauw ingesloten drums weg te kruipen naar ‘backstage’, dus blijft de band maar staan. Met ‘Spinoza’ barsten de achtergrondklanken uiteindelijk open in een stevige, opzwepende folk-tune. Als de vocalen invallen is het meteen raak, intens als folk betaamd en zo zal het ook blijven. Toch zit er genoeg variatie in de nummers. Opzwepende, bijna rockachtige songs worden afgewisseld met lieve folk-pop liedjes en hoewel het achterin wat rumoerig is blijft het vooraan muisstil. Port Of Call heeft zijn publiek in de ban en weet die aandacht goed te behouden. “In the land of the free we trade our music for karaoke”, zingt frontman Pieter van Vliet. Nou, vanavond laat iedereen die karaoke in ieder geval graag links liggen. (EF)

Electropop band QUINN speelt voor deze Popronde in een gezellige en knusse koffiebar. Deze sfeer gooien ze meteen radicaal om zodra de lichten uitgaan en het optreden begint. Een op de beat van de muziek afgestelde lichtshow begint, en in combinatie met dromerige synths zorgt de band voor een hypnotiserende sfeer. Opvallend is de energie van zangeres Quirine Bruynen. Ze is erg beweeglijk en probeert dan ook meerdere malen het publiek in te dansen. Helaas leent de kleine en ietwat krappe koffiebar zich hier niet voor, maar roept wel de vraag op wat er zou gebeuren als deze band een groter podium tot zijn beschikking heeft. Het zou heel goed kunnen dat de muziek dan nog beter tot zijn recht komt. (ES)

Menig Utrechter is bekend met de bescheiden omvang van De Voortuin en bij The Secret Love Parade wordt die ervaring nog eens driedubbel bevestigd. Het is proppen, vergelijkbaar met een Japanse trein in de spits. Het publiek op de eerste rang staat zowat neus aan neus met het ‘podium'. Met Aino Vehmasto op gitaar en Janna Coomans op synth moet dit gezellige indieduo de percussie van een drumcomputer hebben. De setlist staat met potlood op een kladblaadje en er wordt geschud met een afgesloten doosje met rijst erin, als een alternatieve shaker. Ze hebben er in ieder geval zichtbaar lol in. Ergens halverwege de set start Vehmasto een anekdote. Iets met een boek, een lesbisch kapsel en gebouwen bezetten. Wat nu precies de clou is, valt niet te achterhalen want het verhaal valt vrijwel in het niet, mede door het publiek dat iets te graag blijft praten. Wel goed geprobeerd, dames. De haperende concentratie was in ieder geval niet jullie schuld. (YR)

Het Nijmeegse kwartet Foxlane is de eerste act van een lange avond in EKKO. Net als voorgaande jaren vindt daar namelijk weer de afterparty plaats. Zanger Guus Timmermans heeft duidelijk geen tijd nodig om zijn keel te smeren. De band vliegt er vol in en in het openingsnummer ‘Halley’s Comet’ slaakt hij al direct een oerkreet. Gitarist Christiaan Végh wisselt ondertussen strakke gitaarlicks af met fraaie synths. Motor van de band is echter bassist Norman Samuels, die ervoor zorgt dat de vaart in de set blijft. Terwijl de rest van de band staat te stemmen legt hij, samen met drummer Joris van der Vreeken, al een stevig fundament waar de rest van de band op voortborduurt. De schijnbaar achteloos gespeelde basloopjes zorgen er bovendien voor dat de liedjes onder spanning komen te staan. Sluwe vossenstreken zijn de heren dan ook niet vreemd. Met hun prijsnummer ‘Birmingham’ over The Peaky Blinders wisten ze, via aan de serie gelieerde playlists, handig veel streams los te peuteren. Maar ook Netflix-kijkers zijn niet gek: dat was nooit gelukt als het niet zo’n retelekkere song was. Goede liedjes, sluwe streken én een uitstekende band; Foxlane zou het wel eens ver kunnen schoppen. (WB)

In De Zaak staan drie mensen bij elkaar gedrukt op een onmogelijk klein podium. Toch spelen de leden van A. M. SAM alsof ze al in Paradiso staan. De set bruist, de muziek leeft en de gevatte gitaar trekt ieder nummer naar een hoogtepunt. Helaas is de verstaanbaarheid van de zang ergens in de dwalende galm weggezonken maar desondanks weet A.M. Sam vocaal de intentie over te brengen. Het publiek is in ieder geval vanaf noot één enthousiast. Als de drummer wordt aangekondigd, laat hij samen met frontman Sam van Hoogstraten even horen hoe goed ze op elkaar ingespeeld zijn. Een aantal knallende akkoorden slaan als kogels op de beat en ieder schot is raak. Moeiteloos gaat de boel vervolgens over in een opzwepend refrein en de golf van deinende hoofden wordt hoger. “Love you!” klinkt het van achterin de kroeg als het slotakkoord klinkt. Het moge duidelijk zijn: A.M. Sam heeft onze harten vanavond sneller doen kloppen. (EF)

Ligt het aan ons of is het hier een beetje warm? Iets verderop in Bunk heeft Three Little Clouds een woordenboek zonder het woord ‘rust’ uitgebracht. Er klinkt een funky gitaarrifje, een lekker vlotte drumbeat en daarmee is deze show officieel geopend. Tussen de deinende afro van Eleanor Dingemans, de kekke zonnebril van Roger Makizodila en de bloemetjesgitaar van Joèl Soedito is het alleen maar feest feest feest. Er is geen moment dat er niemand van de band danst en de energie die vanaf het podium de hal in drijft is ongelooflijk opzwepend. Een adrenaline-injectie zou je het kunnen noemen. Op het podium pakken Dingemans, Makizodila en Bram Ravenhorst om de beurt de shine als MC. Wat er in de microfoon geroepen wordt is niet te verstaan, maar dat is in dit geval helemaal niet erg. Funk en disco vloeien moeiteloos in elkaar over en de overstroming van grooves zorgt voor een superstrakke en slicke show. Bunk mag dan wel net gloedjenieuw zijn, Three Little Clouds deed een bewonderenswaardige poging tot slopen. (YR)

The Mighty Breaks beginnen hun optreden al met een 10-0 voorsprong: een volle zaal en een relatief groot podium voor een bar. Misschien is deze hoeveelheid publiek iets te overweldigend of zijn ze gewoon erg zenuwachtig, want het begin oogt wat stijf. Na een aantal nummers neemt dit gelukkig af en komt de band uit Den Haag steeds beter uit de verf. Harde gitaren en de toevoeging van een saxofonist kenmerken het geluid van deze garagepop band. Ook opvallend zijn de meerdere zangers. Zowel de twee gitaristen als de bassist en de drummer zingen, wat zorgt voor een verrassende afwisseling. De band sluit hun optreden af met een zogenoemde rustige rock ballad, waar ze paradoxaal genoeg het meest loskomen. (ES)

De afgelopen jaren heeft LO-FI LE-VI, het alias van Levi Dronkert, gestaag gewerkt aan een collectie liedjes vol slaapkamerpop. Of nou ja, liedjes. Die zitten er zeker tussen, maar even zo vaak zijn het korte doch interessante opzetjes die binnen een minuut alweer voorbij zijn. Vraag is dan hoe dat schetsmatige gaat overkomen in het altijd rumoerige Gegeven Paard. Onduidelijk is in ieder geval waar de soundcheck eindigt en de set begint. ‘Always In My Mind’ wordt in eerste instantie nog afgebroken, om vervolgens zonder commentaar nogmaals te starten. Dronkert heeft er goed aan gedaan niet alleen op het podium te gaan staan, maar een drummer mee te nemen op tour. Liedjes als het catchy ‘Still In Love’ blijven live daardoor goed overeind. LO-FI LE-VI heeft echter de pech dat tijdens zijn optreden zowel de Ronda als de Grote Zaal van TivoliVredenburg leeglopen, al babbelend over ervaringen bij Ilse de Lange en Madrugada. Daar sta je dan in je roze bowlingshirt. Zelfs met een geinig TLC ‘No Scrubs’ intermezzo in ‘You’ krijgt je de aandacht er dan niet meer bij. (WB)

Wie ooit durfde te beweren dat double-denim een fashion-faux is, wordt vanavond door frontvrouw Abir van NEMSIS stevig in het ongelijk gezet. Misschien komt niet iedereen er mee weg, maar afgemaakt met een paar felwitte sportsokken is haar outfit absoluut fabuleus. Dress to impress – dat is in ieder geval al gelukt. Helaas staat de zang wat zacht en is niet alles verstaanbaar. Toch is het duidelijk dat Abir het niet enkel van haar looks moet hebben, de melodieën blijven overeind en de band laat horen wat ze in huis heeft. Het rockt er oriëntaals op los. De band heeft er duidelijke plezier in en dat plezier weet Abir goed op de volle EKKO-zaal over te brengen. Vanaf de rand van het podium kijkt ze hoe het publiek als jonge honden tegen elkaar aan springt. “Zijn er nog pornosterren in de zaal?” vraagt ze plotseling halverwege de set, alsof het de normaalste baan van de wereld is. Hoewel een affirmatief antwoord uitblijft wil ze ons halverwege het nummer ‘Pornstar' toch graag even ‘lenen’. Met z’n allen kopiëren we een hoogst oncharmant danspasje op toenemend tempo, sneller, sneller, sneller en dan -ah!- breekt het los een euforische moshpit. NEMSIS laat het publiek zo tevreden achter. (EF)

In de hal van TivoliVredenburg staan vijf bandleden van Price dicht op elkaar gepakt op de Rabo Open Stage, maar: “Geloof het of niet, dit is niet het kleinste podium waar we tijdens de Popronde hebben gespeeld” merken ze bijdehand op.  Vlak hiervoor verdronk LO-FI LE-VI’s slaapkamerpop in het rumoer, dus nu is het aan de jongens van Price om het publiek een laatste schop onder de kont te geven. De eerste maten van het rustige intro doen je alles behalve voorbereiden op het gitaargeweld wat daarna volgt. De snerpende gitaren doen denken aan een ruige variant van DIIV en tussen de puntige gitaarsolo’s en verstilde, voortkabbelende bruggetjes zitten alle nummers verrassend gestructureerd in elkaar. Duidelijk een band die het goed voor elkaar heeft. Bij het één na laatste nummer gaat het tempo zowaar nog een tandje omhoog en kunnen je oordoppen niet anders dan zich overgeven aan de oversturing. (YR)

“Soms is het te laat, te laat, te la-a-aat!”, zingt het publiek uit volle borst mee in het propvolle Hofman Café. De aanstekelijke eerste single van WIES wordt duidelijk goed ontvangen. Het duurt alleen wel even voordat de zaal daarvan kan genieten. WIES start namelijk te laat (te laat te la-a-aat!). De Popronde loopt nu eenmaal wel eens uit. Wanneer Jeanne Rouwendaal begint te zingen en haar in liedjes geperste persoonlijke liefdesbeslommeringen met de zaal deelt ligt de zaal echter meteen aan haar voeten. Duidelijk wordt dat WIES niet voor niets de Grote Prijs van Nederland won met hun Nederlandstalige pop. Poëtische liedjes, gebracht door een goed ingespeelde band en in het bezit van een krachtige frontvrouw, die de gave bezit om binnen hetzelfde liedje zowel poeslief als rauw en gevaarlijk te klinken. “Barman laat het sfeerlicht aan, dit is toch geen tijd om weg te gaan”, zingt ze als afsluiter. En al is het inmiddels ver na middernacht, er is werkelijk niemand die aan vertrekken dacht. (WB)

Gezien: diverse acts tijdens Popronde Utrecht, donderdag 10 oktober 2019 @ binnenstad Utrecht