Uncloud lijkt de kinderschoenen te hebben uitgetrokken. In een sabbaticaljaar werd een subsidietraject doorlopen en kwam er een samenwerking met EKKO tot stand. Het bleek een geschikte partner voor de initiatiefnemers: eentje die hun wildgroei aan ideeën en drang tot experiment enigszins wist te kanaliseren. “Het was even wennen”, vertelt Jaïbi grinnikend, “maar de confrontatie met kritische vragen en praktische bezwaren hebben het project echt verder gebracht. Het lijkt natuurlijk alsof we alleen een hekel hebben aan hokjes, maar eigenlijk zijn kaders wel fijn.”
Mede door de samenwerking met het EKKO-team en vele andere partijen heeft het concept meer vorm gekregen. Eerdere Uncloud-edities combineerden al muziek met video-installaties en expositie-elementen, maar volgens Schilp zijn ze nu een stap verder: “De expositie laat de multidisciplinaire kant van het festival zien; meer dan eerst zijn we nu een kunstfestival.” Tegelijkertijd is het onderzoek naar grenzen van stijl en discipline niet willekeurig. “We kijken hoe we een specifieke ruimte kunnen gebruiken en hoe projecties, schilderijen en andere ruimtelijke werken samen kunnen gaan met muziek.”