Aan de Tractieweg achter het Julianapark ligt de Werkspoorkathedraal, een voormalige fabriekshal van de niet meer bestaande machinefabriek Werkspoor. Het Werkspoorgebied is in zijn geheel in ontwikkeling op het moment. Wat de NDSM-werf is voor Amsterdam of het Strijp-S terrein voor Eindhoven, lijkt het Werkspoorgebied voor Utrecht te worden. De industrie maakt langzaam maar zeker plaats voor creatieve bedrijven en jonge startups. En binnenkort dus een heuse nachtclub. “Samen met Joris, mijn compagnon, zijn we een paar keer in de Werkspoorkathedraal geweest”, zegt Coenen. “Behalve dat het een geweldig mooi pand is in zijn geheel, hebben ze ook hele coole sub-ruimtes. Toen Joris en ik daar rondliepen door de oude wasruimtes voor het personeel en we de oude tegels en grove wastafels middenin de ruimte zagen voelden we dat daar echt iets mee moest gebeuren. Wat dat precies was, wisten we alleen nog niet zo goed.” Op datzelfde moment zijn zowel de heren zelf als programmeur Veronique de Leon op zoek naar een uitgaansplek die een unieke beleving aanbiedt. Een club waar je kunt rondlopen, je kunt verwonderen en graag de hele nacht wilt blijven. Na groen licht van de beheerder van de Werkspoorkathedraal om de wasruimtes als club in te richten, komt aan die zoektocht binnenkort een einde.
Evenementenbureau Elevation Events opent binnenkort een nieuwe club in Utrecht. We spraken met mede-eigenaar Jasper Coenen en programmeur Veronique de Leon over hun visie voor dit nieuwe concept op een bijzondere locatie, wat ongeveer vier maanden zal draaien. In die tijd worden muziekliefhebberij en een bijzondere clubervaring de belangrijkste focus voor WAS.
Kroegenstad Utrecht heeft niet zoveel te bieden als het aankomt op nachtclubs. Weliswaar is BASIS ruim twee jaar geleden geopend, maar ook zijn er de afgelopen jaren meerdere kleine clubs gesloten. Daarnaast is TivoliVredenburg een flinke toevoeging met een brede programmering gebleken. Dat is het karakter van het muziekpaleis, maar het is juist ook goed om daarnaast losse clubs te hebben die zich wat meer toespitsen op bepaalde muziek of één specifieke sfeer. Dat is dan ook de richting die de organisatie van WAS uit wil. Coenen: “We werken wel vaker samen met Tivoli en met veel plezier. Maar we voelen ook dat er in Utrecht ruimte is voor nieuwe clubs met bijzondere karakters.” Wat hij precies met ‘bijzondere karakters’ bedoelt wordt al vrij snel duidelijk. De locatie bepaalt hier een groot gedeelte van: “In de periode dat wij net begonnen met onze feesten had je bijvoorbeeld Smeerboel op Lucas Bolwerk en Stekker in het Gele Kasteel. Daar kwamen speciaal mensen van buiten Utrecht op af omdat het bijzondere locaties zijn om feesten te houden. Er was toen echt iets bijzonders aan de hand, zo leek het gevoel in het publiek. Dat willen we nu weer zien te bereiken.”
(tekst gaat verder onder de foto)
Naast focus op de locatie, gaat de club ook langere avonden programmeren. Programmeur Veronique de Leon: “We willen dat artiesten wat meer de tijd krijgen. In plaats van vier of vijf namen op één avond, willen we sets van meerdere uren en misschien ook all-nighters. Op die manier krijgen artiesten de ruimte om hun sets wat meer te ontwikkelen door de avond heen.” Coenen voegt daaraan toe dat ze ook altijd minimaal één artiest uit Utrecht op de line-up hebben staan. Dat kunnen bekendere namen zijn maar ook nieuwe artiesten die zich nog moeten bewijzen. Dit vanuit het geloof dat de Utrechtse muziekwereld elkaar moet ondersteunen om te kunnen bloeien. De Leon: “Sowieso proberen we zoveel mogelijk namen naar de stad te halen die hier minder vaak staan, zodat mensen nieuwe dingen horen en ontdekken.” Als het niet lukt om een goeie line-up te krijgen in een bepaald weekend, gaat de tent niet open. Daarbij staat het nu ook al vast dat de club niet wekelijks geopend zal zijn. Coenen: “We willen niet pretenderen dat we het wiel opnieuw hebben uitgevonden ofzo, maar het is wel belangrijk om sterk en vernieuwend te programmeren. We gaan niet open omdat het moet, we gaan open als we echt iets te bieden hebben.” Dat hoef je bij een vaste club natuurlijk niet te proberen, maar aangezien het een pop-up concept betreft is daar de ruimte voor.
(tekst gaat verder onder de foto)
Naast de focus op de programmering is het de bedoeling dat mensen in WAS meer kunnen doen dan alleen dansen. De Leon: “Er zijn meerdere ruimtes, waar je bijvoorbeeld kan zitten of ronddwalen, iets wat ook prettig is bij langere avonden uit. We willen een totaalbeleving bieden aan onze bezoekers, waardoor ze niet meer weg willen.” Om niet meer weg te willen, moet de sfeer in het publiek ook goed zijn. “We ervaren dat mensen die iets ouder zijn zich vaak volwassener gedragen tegenover elkaar op een feest en misschien ook wat bewuster uitgaan. Als je ouder bent ga je vaak ook minder regelmatig uit, waardoor je als je wél uitgaat veel meer uit die ervaring probeert te halen.” Het deurbeleid wordt dan ook 21 jaar en ouder. Met het oog op de sfeer spreekt Coenen ook de hoop uit dat mensen weinig met hun mobieltje zitten: “Maar dat zijn meer een soort richtlijnen. We gaan niet proberen mensen allerlei dingen op te leggen, zo’n soort club willen we helemaal niet zijn. Maar we hebben wel een specifieke visie en hopen dat mensen daar zelf in mee zullen gaan.” En die visie is duidelijk: zoveel mogelijk toegewijde muziekliefhebbers bij elkaar brengen onder één dak.
Vanaf het eerste weekend van september gaat WAS open voor publiek. Op vrijdag 1 september zijn er shows van Hunee, Orpheu The Wizard en Luke Cohlen. Op zaterdag 2 september komen Kobosil, Vril (live) en Abstract Division.
Qua audio wordt er niet bezuinigd: WAS wordt voorzien van een Funktion-One geluidssysteem.
Capaciteit: circa 800 man.