Eigenlijk waren ze het al eerder van plan, Nederlandstalige liedjes spelen. Maar dat moet je dan op een gegeven moment, ja, eh, doen. Zanger Armand Hofstede vond het in het begin maar niks. “Het voelt heel bloot dat mensen je verstaan. Dan moeten de teksten fucking goed zijn. Gelukkig zijn ze dat ook. Dat zien we aan de reacties uit het publiek. Je merkt dat ze het verstaan.”
Gitarist Henk-Jan Hoekjen voegt toe: “Als je in het Engels zingt, dan speel je als het ware een bandje. Niet dat we met de Stilettos iemand anders probeerden na te doen, maar toch. Het is een soort van maniërisme, je maakt muziek en dat doe je in het Engels, want dat hoort nou eenmaal zo.”
Als inspiratie halen ze de Amsterdamse Tröckener Kecks aan, maar ook De Dijk, The Scène en vooral jaren zestig Nederlanstalige bietmuziek. Veel van deze liedjes zijn twintig jaar geleden door hun platenbaas Marthy Coumans van Grey Past Records uitgebracht in de serie Biet Het. “Ontwapenend en heel grappig”, zegt Barry Hofstede, de drummer.
Ook in de plaat van de sp aties vind je nogal wat zwarte humor. Hun teksten als cynisch beschouwen gaat de band echter wat ver. In het nummer ‘Liefde’ zingen ze: “Liefde, je raakt je vrienden kwijt”. Barry Hofstede: “Noem je dat cynisch? Het is toch zo?” Ook Hoekjen ontkracht het stempel: “Dat is niet cynisch, eerder realistisch. Verliefd is mooi de eerste twee maanden en daarna begint het gezeik gewoon weer.”
Even later onderbouwt Hoekjen zijn standpunt: “In cynisme zit verbittering. Onze teksten zijn niet verbitterd. Het feit dat je überhaupt iets maakt, geeft aan dat je hoop hebt. Als er één iemand in het publiek naar aanleiding van ons optreden denkt ‘hé, ik wil ook iets creatiefs gaan doen’, dan is dat bij uitstek niet cynisch. Bijzonder hoopvolle gedachte toch?”
Met het idee van muziek als manier om frustratie te kanaliseren zijn de heren het eens.
Barry Hofstede: “Ik ben ook fucking boos en super agressief. Ik heb in Bosnië gezeten en heb gezien waar mensen toe in staat zijn als je het laagje beschaving eraf krabt. Iedereen die zegt dat ‘ie nooit boos is, liegt. Punk- en metalbands proberen een catharsis teweeg te brengen. Je kan lekker met elkaar raggen en springen. Je kunt ook een bushokje in elkaar rammen. Dat is pas cynisch.”
Het nummer ‘Platteland’ gaat over verveling, vandalisme en drugsgebruik van jongeren uit plattelandsregio’s zoals die waar de drie zelf ook vandaan komen. In een gedeelte van de Biblebelt, tussen Apeldoorn en Zwolle. Barry Hofstede: “Ik heb dat vroeger ook wel gedaan. Dingen slopen. Mijn broer woont nu in een dorp waar de pinautomaat op zaterdagavond om middernacht uitgaat en op zondag op dezelfde tijd weer aan.”
Hoekjen: “Ja, dat zet de dingen wel een beetje in perspectief. Daarom zingen we erover. Sowieso, ben je gefrustreerd, koop een gitaar of een drumstel. Of een vel papier en viltstiften.”
Op de vraag wat ze verwachten van deze release-avond komt de nuchtere inslag van de band naar voren. Barry Hofstede: “Niks. Nou ja, party machen!” Na het ‘officiële’ interview praten we nog even verder aan de bar. De plaat is net binnengebracht. De sp aties laten ‘m trots zien. Op de voorkant van de hoes een bolletje vanille-ijs tussen de keien. Op de achterkant hetzelfde bolletje, gesmolten.
Hoekjen: “Geluk is als dat ijsje, het kan ook zomaar op straat belanden. Met andere woorden: het leven is kut, maar dat is dan toch ook wel weer mooi.”
Gezien: De sp aties albumpresentatie, dB’s, 24 oktober 2013