Modderig Soenda Festival 2013

Thuishaven voor studentikoze shuffelaar

Tekst: Jelle Talsma / Foto’s: Paul van Dorsten ,

Het eerste Soenda Festival was een intieme en unieke gebeurtenis bij Strand Oog in Al met slechts één podium en de theme song ‘Sky and Sand’. Inmiddels is Soenda groot geworden en verkast naar Ruigenhoek. Bij deze vierde editie geen zon maar een dreigende, grijze hemel en bij de ingang lange rijen wachtenden. Heeft de expansie het festival goed gedaan of is er niets meer over van de romantiek van toen?

Bij wijze van sfeerelement heeft bij Soenda elk podium een Indonesisch aandoende naam gekregen. De aankleding van het festival sluit hierop aan, zij het niet zeer overtuigend: de rieten afscheidingswandjes en potsierlijke bamboetorens spreken niet erg tot de verbeelding. In de duistere Komodo-tent rondt Joop Junior zijn set af. Een donkere techno-sound die al lekker stevig aandoet voor het vroege tijdstip. Na Joop volgt Matador, het nieuwste Minus-orakel afkomstig uit Ierland. Matador tilt het publiek naar grote hoogtes en levert een stevige, indrukwekkende techno-set waarbij veel van zijn hits de revue passeren. Zijn opvolger, de aimabele Zweedse technohippie Cari Lekebusch, trekt het gas vol open en draait alsof hij sluit – geweldig. Waarom deze grootheden zo vroeg op de dag draaien mag een raadsel heten. Her en der verschijnen de eerste bleek uitgeslagen, heftige kauwende jongetjes met skinny jeans en Carhartt-mutjes, die ze losjes op hun hoofd dragen.

In de Roti-tent staat Hot Since 82 achter de knoppen, een Engelsman die volgens velen dé grote deephousebelofte van het moment is. Zijn set vertoont weinig pieken of dalen en gaat volledig verloren door het waardeloze geluid in de tent. Tekenend voor de Roti-tent zijn groeperingen passief ogende studenten met windjacks aan: het lijkt erop dat de liefhebbers plaats hebben gemaakt voor de Woolloomooloo-dagjesmensen.

De kleinere Soembawa-tent is beduidend sfeervoller dan de Roti-tent. Het Zweedse duo Minlogue begint er net aan hun live-set. Ze beginnen minimalistisch en werken langzaam naar diepe, pregnante house toe die doorspekt is met naargeestige bliepjes en verknipte synths. Een aanpak die even gedurfd als briljant is en goed opgepikt wordt door het publiek. In de Soembawa-tent wemelt het van de meisjesroedels die lekker gek doen en elkaar ‘zusje’ noemen. Her en der beginnen de eerste mensen elkaar te vertellen dat ze van elkaar houden en de mooie meisjes doen alsof ze Bengaals siervuurwerk zijn.

Bij het outdoor Java-podium draait Joris Voorn; tamelijk scherpe, diepe tech-house die het publiek zwakjes in ontvangst neemt. Zijn opvolger, de Amerikaan Gaiser, begint aan zijn welbekende opzwepende minimal live-set. Kwalitatief hoogstaand, maar toch ook het bekende riedeltje; de hoogtepunten van zijn set zijn tracks die hij al zo’n twee jaar lang grijs draait. Het tamme publiek helpt ook niet: al met al komt het bij Java geenszins van de grond.

In de Roti-tent is het inmiddels niet spannender geworden: Noir doet nagenoeg hetzelfde als Hot Since 82 en levert een trage opeenvolging van deephouse-hitjes. Terug naar de Soembawa waar Nuno dos Santos indrukwekkend staat te draaien: een volwassen beuk met duistere house en uitstapjes naar venijnige techno. Zijn set heeft de drive, diepgang en diversiteit waar het gros van de Soenda-artiesten een puntje aan zou kunnen zuigen. Zijn opvolger Einmusik slaagt er niet in deze lijn door te zetten en vervalt in een eentonige house-set waarbij de enige piekmomenten bestaan uit uitgekauwde hitjes.

Naarmate de dag vordert gaat het festivalpubliek steeds uniformer ogen. Met ferme tred marcheren mensen, steeds dieper in hun eigen trip langs elkaar heen. Zij die te vroeg piekten zijn inmiddels uitgedoofd als een nachtkaars, staan langs de kant en staren wezenloos om zich heen. 

De avond is ingevallen en op het Java-podium zet Ben Sims een gestroomlijnde techno-set neer. De wat passieve houding van het Java-publiek is echter onveranderd gebleven. In de Komodo-tent heeft Benny Rodrigues’ alter ego ROD van speeltijd geruild met Tommy Four Seven. Laatstgenoemde draait met vergelijkbare hardheid maar een beduidend mindere kwaliteit dan het geval was bij Lekebusch. Daar komt bij dat bewegen schier onmogelijk is geworden in de veel te volle tent.

Van het Soenda Festival zoals het ooit was is weinig meer over. Muzikaal is het onderhoudend, maar over het algemeen niet vooruitstrevend. De liefhebber is een uitstervend ras bij Soenda; een plek die verworden is tot een thuishaven voor studentikoze shuffelaars en een gebrek heeft aan karakter.

Gezien: Soenda Festival met Joop Junior, Matador, Cari Lekebusch, Joris Voorn, Gaiser, Ben Sims, Noir, Minilogue, Nuno dos Santos, Einmusik, Tommy Four Seven, Secret Cinema, Egbert, zaterdag 18 mei 2013 @ Ruigenhoek, Utrecht