Hoogte- en dieptepunten op Bonecrusher Fest

Dying Fetus en Carnifex zijn de smaakmakers

Tekst: Joost Schreurs / Foto's: Martien Janssen ,

Steeds vaker bundelen metalbands hun krachten door gezamenlijk op tournee te gaan. Deze keer is het Dying Fetus dat een vijftal bands op sleeptouw neemt onder de naam Bonecrusher Fest 2011. Namen als Carnifex en Keep Of Kalessin laten menig metalhart ook sneller kloppen en zorgen voor een goed gevuld Tivoli de Helling.

Dying Fetus en Carnifex zijn de smaakmakers

Heavy metal is een bijzonder fenomeen met een schier eindeloos aantal genres, subgenres en crossover genres. Omdat binnen ieder genre het aantal bands blijft groeien, neemt het aanbod aan cd’s en concerten navenant toe. Hier wordt door bands handig op ingespeeld. Steeds vaker bundelt een groep bands de krachten door gezamenlijk op tournee tegaan. Het nieuwste rondreizende heavy metalcircus heet Bonecrusher Fest en strijkt met maar liefst zes bands op zondag 20 februari 2011 neer in Tivoli de Helling.

Omdat het een lange avond gaat worden, stapt de eerste band al om half vijf het podium op. Het Spaanse Angelus Apatrida gooit direct flink de beuk erin met een smakelijke portie old school thrash metal in de stijl van Exodus en Testament. Lange tijd was de meeste metal ten zuiden van de Rijn en Donau van zeer matige kwaliteit (een enkele uitzondering als Moonspell daargelaten), maar de Zuid-Europeanen zijn de laatste jaren bezig met een inhaalslag. Angelus Apatrida is een goed voorbeeld van deze ontwikkeling.

Na dit goede begin is de tweede band, Burning The Masses uit Californië, een tegenvaller. De band lijkt niet opgewassen tegen de zware taak om Annotations Of An Autopsy te vervangen, dat op het laatste moment moest afzeggen. Dit technische death metalgezelschap heeft het gewoon niet: we zien twee zeer begaafde gitaristen die alles uit de kast halen qua techniek en een drummer die het allemaal maar net kan bijhouden. Het misplaatste gebrul en gekrijs van zanger Brian Kulikoff had echter beter bij een emo-bandje gepast. Hij verklapt dat de drummer maar een week de tijd had om alle liedjes in te studeren. Dit verklaart vermoedelijk waarom de band er na amper 20 minuten mee ophoudt.

Nog meer mediterrane metal komt deze avond uit Italië. Het meest opvallende aan Fleshgod Apocalypse zijn de corpsepaint en rokkostuums waarin de heren de bühne betreden. Om deze gimmick kracht bij te zetten, wordt tussen de nummers door telkens een stukje klassieke muziek gedraaid, terwijl de zanger het volgende nummer aankondigt. De brute blackened death metal is niet heel bijzonder, maar onderhoudend genoeg en met enthousiasme gespeeld.

Mocht er een publieksprijs uitgereikt worden deze avond, dan maakt Carnifex een goede kans, gezien het aantal T-shirts en petjes, die gretig aftrek vinden bij de (jonge) fans. Direct vanaf het eerste nummer wordt er dan ook flink gemosht op het beulswerk van dit Californische deathcore gezelschap. Het vorig jaar verschenen album Hell Chose Me komt uitgebreid aan bod en het publiek eet uit de hand van brulboei Scott Lewis. Hij wil de headbangers voorin de zaal hebben en hij hoeft het woord ‘circle pit’ maar uit te spreken of de zaal ontploft. Voor argeloze omstanders met een biertje in de band is het dus constant opletten. Een clash van metal- en hardcore dansers zorgt voor heftige taferelen voor het podium.

De melodieuze black metal van Keep Of Kalessin is een beetje de vreemde eend in de bijt tussen al het brute geweld, maar niettemin is de zaal goed gevuld. De hoge plek in het speelschema is opvallend, omdat de band tijdens eerdere minifestivals weinig indruk maakte. De band is echter gegroeid, vooral dankzij de sterke nieuwe cd Reptilian, en de Scandinaviërs zetten een gedegen show neer. Een opvallend nummer in de set van Keep Of Kalessin is ‘The Dragon Tower’. Met dit nummer probeerde de band in 2010 namens Noorwegen een plekje te bemachtigen op het Eurovisie Songfestival. Overigens zonder succes, maar dit poppy nummer springt er wel direct uit door zijn radiovriendelijkheid.

Zoals altijd met dit soort minifestivals is er maar één headliner en voor het Bonecrusher Fest is dat Dying Fetus. De drie heren uit Maryland staan met een no-nonsense uitstraling op het podium: geen spierballengedoe en geroep om circle pits, ze laten de muziek het werk doen. Die is bruut genoeg om flink wat stagedivers het podium op te krijgen. Dying Fetus speelt een mooie dwarsdoorsnede van het oeuvre en het wordt allemaal superstrak uitgevoerd. Het geluid is bovendien nagenoeg perfect. De manier waarop gitarist John Gallagher de complexe loopjes uit zijn mouw schudt en ondertussen ook nog een barbaarse grunt weet te produceren, dwingt respect af. Ook typerend is dat Dying Fetus na ruim een uur spelen het podium niet verlaat voor de toegift. Nee, gewoon even een handdoek voor het zweet, een slokje voor de dorst en spelen maar: ‘Grotesque Impalement’ en ‘Kill Your Mother/ Rape Your Dog’ worden nog over de zaal uitgestort. Hierna mag het publiek tevreden huiswaarts en trekt het circus verder.
 
Gezien: Bonecrusher Fest 2011 met o.a. Dying Fetus, Keep Of Kalessin en Carnifex, zondag 20 februari 2011 @ Tivoli De Helling