Aestrid komt in het najaar met een nieuw album

Zanger Bo Menning van de emoformatie: 'De kleine liedjes klinken nog kleiner en de grote nummers nog groter.'

Tekst: Marc van der Laan/ Foto's: Jorg Roosma ,

In 2006 leek Aestrid een veelbelovende toekomst tegemoet te gaan: een cd presentatie die inslaat als een bom, Hollandse Nieuwe bij de VPRO. Daarna werd het echter heel lang stil. We spreken met voorman Bo Menning over het nieuwe album en zijn verwachtingen, ambities en onzekerheid.

In maart 2005 presenteert Aestrid haar debuut album ‘In D'esprit Pornographique’ tijdens het 3VOOR12/Utrecht verjaardagsfeest in Tivoli De Helling. Een optreden dat inslaat als een bom. Het album krijgt verschillende goede recensies. Het jaar daarop zijn ze Hollandse Nieuwe bij de VPRO, spelen ze (voor de tweede keer) bij Utrecht Speelt Uit en aan het eind van dat jaar zijn ze één van definalisten van de Utracks Award. Ondertussen bouwt de band een sterke live reputatie op door het spelen van hypnotiserende en meeslepende shows. Het kan niet anders of de band gaat een veelbelovende toekomst tegemoet. 

In een Utracks uitzending van eind 2006 vertelt zanger en songschrijver Bo Menning dat de nieuwe plaat waarschijnlijk na de zomer komt. Daarna wordt het lang stil. Zo lang dat we bijna vergeten waren dat de band nog bestond. Fast forward naar het voorjaar van 2009: Aestrid treedt weer op, eerst akoestisch maar daarna met een volledige bezetting. Aanleiding voor 3VOOR12/Utrecht om voorman Bo Menning op te zoeken tijdens het Per Expressie Festival in Amersfoort. Daar hebben we met hem gesproken over de tweejarige stilte maar vooral over zijn verwachtingen, ambities en onzekerheid.
 

Startpunt van het interview is wat er in de tussentijd is gebeurd. “We zagen dat er met deze plaat niet meer uit te halen was. Vanaf eind 2006 hebben we ons daarom opgesloten in de studio en zijn we alleen maar bezig geweest met een nieuwe plaat maken. Na een jaar dacht ik dat we er waren maar ik kreeg zoveel andere ideeën en moest daar iets mee doen. Ik wilde niet weer zomaar een plaat maken maar vooral meer dingen uitproberen.” 
 

De lange opnameperiode komt ook door een streven naar perfectie. “Ik schrijf gewoon traag. Ik wil elk woord en elk stuk muziek op de goede plek hebben. Er is een heleboel opgenomen, een kwart is ook weer gewist en opnieuw opgenomen. Een deadline werkt voor mij niet, zeker niet bij het maken van een plaat. Ik moet het doen op een manier zoals bijvoorbeeld Depeche Mode of Peter Gabriel of Kate Bush: alleen maar bezig zijn met de muziek en we zien wel wanneer het klaar is. Als ik me ga haasten ga ik fouten maken. Dan vind ik het een maand leuk maar ik wil er over tien jaar nog steeds naar kunnen luisteren en dat het dan nog steeds kippenvel geeft. Dat is belangrijk voor mij: dat ik nog steeds dat gevoel krijg dat ik er in heb gestopt.” Daarnaast is blijven vernieuwen belangrijk, zowel opnametechnisch als muzikaal. “Op een andere manier opnemen, nummers anders laten klinken, niet doorsnee. We willen echt een stap voorwaarts maken zodat de muziek vernieuwend is en ook voor andere mensen interessant blijft.“
 

Op het nieuwe album moet het gevoel van Menning zo exact mogelijk naar tekst, muziek en sfeer vertaald worden. “Muzikaal moet het nog meer alle kanten op gaan qua hard en zacht en qua sfeer. In de vorige cd zat ook al veel afwisseling maar nu hebben we dat verder doorgetrokken en nog iets feller gemaakt. De kleine liedjes nog kleiner en de grote nummers nog groter. Wat we op de vorige cd ook al hadden willen doen maar toen ontbrak opnametechnisch de kennis. Nu hebben we dat wel en is het geworden wat ik voor ogen heb.”
 

De verwachtingen van Menning zijn hooggespannen. “Het moet iets heel erg goeds worden, waar we bij wijze van spreken de wereld mee kunnen veroveren. Ik heb het verder ook aan niemand laten horen. Alleen aan de mensen die heel dicht bij me staan zoals de bandleden en bijvoorbeeld Joost Oskamp, de bassist van Taxi to the Ocean en onze geluidsman. Zij zijn mijn klankbord. Voor de rest heb ik gewoon dagen in de studio gezeten. Een heleboel dingen opnemen, tot het goed was.”
 

Binnenkort vertrekt hij naar Engeland om het album af te mixen onder leiding van Marco Migliari. Migliari is 12 jaar lang hoofd engineer geweest van de Real World Studios van Peter Gabriel en heeft eerder met onder andere Crowded House, Robert Plant en Massive Attack gewerkt. Net als bij het opnemen is ook bij het afmixen de sfeer belangrijk. “Op 7 augustus ga ik weg. Ik moet nog een paar kleine zang overdubjes doen. Dan alles klaar maken in ProTools, op een harddisk zetten en naar Engeland met de auto. In januari heb ik hem al ontmoet. Ik was toen toevallig in Engeland en ben vanuit Londen naar Bath gereisd. De studio is gebouwd in een oud agrarisch gebouw, midden op het platteland, tussen de heuvels. Daar heb ik een rondleiding gehad, waanzinnig! Het is groot maar tegelijkertijd heel knus, inspirerend en creatief. Veel andere grote studio’s zijn vaak kil en koud.”
 

Zijn ambities hebben niet geleden onder de stilte van twee jaar. “Ik heb Migliari een aantal dingen laten horen en daar was hij heel positief over. Ik was wel onzeker. Ik woon in Nederland, wat is de kans om er een serieus beroep van te maken. Ik werk al drie jaar lang bij mijn vader in de verfspuiterij. Daar wil ik op een gegeven moment ook een keer uit. Migliari heeft heel veel onzekerheden weggenomen. Het mag zo groot worden als het kan. Ik hoef niet per se undergound postrock te blijven. Daarvoor gaat de muziek ook veel verder. Het is melodieus maar er zit ook een hoop tegendraadsheid in. Bij elkaar is het anders.”
 

De nieuwe plaat heeft als werktitel The Winters Waitingroom. “Het zou het mooiste zijn als hij ergens in de herfst uitkomt, dat past wel goed qua sfeer. Het is niet echt een zomerplaat. Vrij melancholiek en donker wordt het met een paar lichtpuntjes.”
 

Sinds het uitbrengen van het debuutalbum is de platenindustrie radicaal op de kop gezet. Bij het uitbrengen van de nieuwe plaat spelen die ontwikkelingen ook een rol. “We willen wel een stap verder dan in eigen beheer uitbrengen maar de hele platenindustrie ligt op z’n gat. Het woord platenmaatschappij betekent ook niks meer, het heeft alleen betekenis voor je als je een idool wilt worden of een popband of toegankelijke rockband. Verder heeft het niks te bieden en moet het allemaal zoals zij willen. Zo werkt het niet, ik ga absoluut geen concessies doen aan wat ik heb gedaan. Dan ben ik drie jaar bezig geweest en heb ik daar mijn hele hebben en houwen in gestopt. Het enige probleem voor veel bands op dit moment is distributie maar daarvoor is er nu ook het internet. Het belangrijkste is hoe je de meeste mensen bereikt.”
 

Net als voor andere popmuzikanten is ook voor hem Trent Reznor van Nine Inch Nails een lichtend voorbeeld voor het bereiken van publiek in het internettijdperk. “Zijn visie op de muziekindustrie is heel interessant. Hij heeft hele goede tips hoe je als band de wereld kunt veroveren met je muziek, als je vindt dat je wat te zeggen hebt.”
 

Menning opereert vanuit de relatieve rust van Soest. De laatste paar jaar komen er echter zoveel bands uit de omgeving van Soest en Baarn dat het lijkt alsof de drukte naar Soest is gekomen. ”Ik vind het heel goed om te zien. Er is nu een vriendenkring die vindt dat er geen reet in Soest te doen is en dan gewoon muziek gaat maken. Dat is zo’n oergevoel wat je in Engeland ook had met Joy Division, The Cure, Pink Floyd en zo. Het steekt elkaar allemaal aan en er zit een soort tegendraadsheid in al die bands: geen maat gaat rechtdoor. Hoe dat is ontstaan, geen idee. Het is goed om te zien dat er zoveel aandacht, maar vooral kwaliteit is. Het ontstijgt echt het schoolbandjes niveau.”
 

De optredens van de afgelopen maanden waren bedoeld om een paar dingen uit te proberen maar ook om te beantwoorden aan de vraag van vrienden en bekenden naar één van de intense optredens van Aestrid. “Iedereen zei: we hebben een Aestrid show nodig. Na vandaag (Per Expressie) blijft het weer een tijdje stil totdat de cd uitkomt en er een hele strakke show is. Ik wil niet dat we de helft niet kunnen spelen. Dan krijg je wat Soulwax had met de nieuwe cd, dat het niet strak is. Het moet echt razer sharp zijn. Het moet nu een keer echt gebeuren. We moeten de wereld kunnen veroveren met deze plaat, dat gevoel hebben we. Maar het is ook weer heel onzeker omdat de muziek op niks anders lijkt.“