Fragiele en compromisloze Subhuman nog niet volwassen

‘A world full of melodies’ ontbeert herkenbare humor

Anne Broekman, ,

Stefan Breuer heeft als The Subhuman al een hele discografie op zijn naam staan. Al vanaf 1999 neemt hij ons mee op zijn reis naar volwassenheid. Ook zijn meest recente werk 'A world full of melodies' is weer een stap verder. Al met al een grillig geheel met slechts een enkel lichtpuntje in een vooral zwaarmoedige plaat.

‘A world full of melodies’ ontbeert herkenbare humor

Je schrijft vanaf je tiende liedjes op je halfduistere zolderkamertje. Met een analoge sporenrecorder leg je het vast en zo nu en dan breng je het obscure werk naar buiten. Hier buiten, waar de wolven huilen en popjournalisten hun messen slijpen om de volgende dertien in een dozijn singer-songwriter in mootjes te hakken. Zo naïef en onervaren is deze Stefan Breuer niet. Je zou het niet zeggen maar deze liedjesknutselaar heeft als The Subhuman al een hele discografie op zijn naam staan. Al sinds 1999 brengt hij trouw minstens een keer per jaar een cd of ep uit. In eigen beheer dat wel. Voor zijn laatste werk, 'A World full of Melodies', heeft hij onderdak gevonden bij Snowstar Records, het label van Cedric Muyres. Niet onlogisch aangezien zowel Breuer als Muyres voorheen lid van Findel waren en ook nu weer bandbuddies zijn in Guinevere Leaves. Hulp komt ook van Pien Feith die een stukje zingt op 'Gameover' en van the Subhuman's Amerikaanse equivalent Eddie Current. Toch klinkt 'A World full of Melodies' fragiel en grillig als die jongen in die halfduistere zolderkamer. Songs als 'New Animals', 'Kevin' en het toepasselijke 'Fragile' zijn ronduit obscuur. Gruizige ruis en doffe gitaar begeleiden zijn herkenbare onvaste stem. Daar tegenover staan subtiel en minder subtiel geproduceerd werk. Het intro is met volle synths en elektrobeat nogal heftig in verhouding tot de rest van de cd. Hetzelfde geldt voor 'Reasons'. Storend is het niet, het werkt prettig afwisselend en zorgt ervoor dat Breuers drammerige stem je niet gaat irriteren. Hoogtepunten zijn wanneer het rustig opgebouwde 'Tired of Sleeping' ineens openbarst voor een harmonieus einde, het vlotte 'I Can Drive' en 'Anybody else' waarin Breuers stem ineens intens dichtbij komt. Mensen die Breuer al langere tijd volgen kennen zijn, zullen hem vooral herinneren door zijn innemende optredens. Een lange (bebaarde) jongen met een kleine Spaanse gitaar, zittend op een stoel, vaak met een 'potje' bier ernaast. De liedjes over worstelen met liefde, onbestemde gevoelens en ontevredenheid praat hij dan luchtig aan elkaar vol grapjes en zelfspot. Die humor mis je op de plaat. De thematiek is nogal zwaar, maar niet volwassen. The Subhuman is nog te onrustig, roerig en soms compromisloos voor de luisteraar. In 'Gameover' vertelt hij hoe hij maar in level 1 van zijn computerspel (lees leven, relaties) blijft hangen. 'Monsters' handelt over het gevecht met de donkere kant van jezelf. Alleen 'Hello World' lijkt een moment van bezinning. Het is mooi zo'n persoonlijke reis mee te maken, maar je moet er wel tegen kunnen. Dat maakt A World full of Melodies tot het document van een jongen die op het punt staat de sprong van adolescent naar volwassene te maken. The Subhuman - A world full of melodies 2007 Snowstar Records