Het Utrechtse label Excelsior viert het tienjarig bestaan en een keur aan bandjes is geselecteerd om dit feest luister bij te zetten. Het hoofdpodium is aan Hallo Venray, Johan en Spinvis, terwijl Utrechtse toppers als Gem (op het balkon) en Solo (in de kleedkamer) slechts op bescheiden schaal te bewonderen zijn.

Oprichter Frans Hagenaars kreeg in 1994 het onwaarschijnlijke maar lumineuze idee om alleen singles uit te brengen. Hij kon toen nog niet weten dat Excelsior na de oprichting in 1996 uitgroeide tot een van de meest succesvolle labels van Nederland. Samen met Ferry Roseboom begon hij het naar een stofzuiger genoemde Electrolux. Ze brachten vijf singles uit en toen de stofzuigerfabrikant na twee jaar een naamsverandering eiste, doopten ze hun hobby-label om in Excelsior. 'Laten we proberen iets moois te doen, laten we proberen om schoonheid toe te voegen', dat proberen we ook met Excelsior', zei Roseboom destijds in een interview met Kindamuzik.

Gem speelt op het balkon, waar een Perzisch tapijt naast de bar dienst doet als geïmproviseerd podium. De opzet van een balkonpodium is leuk bedacht, maar aan een band als Gem doet het geen recht. Die band hoort over het podium te kunnen stuiteren en het publiek in de zaal bespelen. Dit neemt niet weg dat Gem er toch wat leuks van weet te maken. En de gelukkigen die vooraan staan, kunnen hun geluk niet op.

Hallo Venray weet van het begin af aan de aandacht vast te houden. Eerst met de rustige liedjes in singer-songwriter stijl, vervolgens met het stevige gitaarwerk. De al meer dan twaalf jaar aan de weg timmerende band koos een paar jaar geleden voor Excelsior en voor een iets ingetogener en compactere manier van spelen. De band groeide uit van grappende, rockende festivalband naar een Nederlandse indieband met vette akkoorden, hypnotiserende trage, maar strakke ritmes en meeslepende gitaarsolo's. Het kan zijn dat niet iedereen het aan kan dat er in vrijwel ieder nummer vrij lang wordt gesoleerd, en ook is drie man best een kleine bezetting voor zulk groots geluid, maar de goed ontwikkelde en eigen sound is soms log en zwaar als die van de oude Soundgarden en toch ook fris en humorvol als Jello Biafra. Kortom, grunge is back, in de vorm van Hallo Venray.

Op de bordjes buiten staat te lezen dat Tivoli is uitverkocht, maar dit wordt pas duidelijk wanneer Johan begint te spelen. Zowel oud als (gloed)nieuw werk komt voorbij en de hit 'Tumble and Fall' wordt luidkeels meegezongen. Johan's muziek bevat veel mineur akkoorden, met nog meer 'het komt wel goed' melodieën, aangevuld met een feelgood solo. De compassievolle teksten verhalen over de mooie en minder mooie dingen van het leven en dan met name relaties. Buffalo Tom meets The Everly Brothers en dat is zeker een compliment. Iedereen vindt Johan gewoon heel tof; in ieder geval iedereen in Tivoli, want dat ging helemaal plat.

Als er bij Johan door al dat feestgedruis wordt heengekeken, zijn er ook wel wat kanttekeningen te plaatsen: zo haalde het optreden van de band het niet bij de balkonoptredens en de kleedkamerconcerten. Jammer was toch wel, dat de nieuwe talenten en de hedendaagse rockbeloftes het moesten doen met de kleedkamers en drie piepkleine zitblokken, die voor de gelegenheid waren omgetoverd tot minipodia. Naast de bar op het balkon, prijkte het provisorisch in elkaar geknutselde balkonpodium, waar bands als Gem, El Pino en Moss zich er soms maar nauwelijks mee konden redden. Je door de menigte wurmend, nog blij van de gezelligheid beneden, konden velen Gem niet zien of waren te laat bij El Pino. Het programma sloot gewoon net iets te strak aan, waardoor het rennen was of missen.

Aan Spinvis valt de eer te beurt om het afsluitende concert te verzorgen. Met zijn volledige band en gastmuzikanten. Mensen die speciaal voor gitaarmuziek zijn gekomen druipen snel af. Bezoekers die er zijn voor het geheel aan bandjes wachten nieuwsgierig af wat ze zullen vinden van Spinvis en de fans komen van alle kanten aangestroomd om maar vooral een goed plekje te hebben. De band is nog niet koud begonnen met spelen of Ad Visser breekt in op het podium en vraagt de aandacht. Volgens hem is het nu de beurt aan Excelsior om wat te doen voor de muzikanten. Spinvis heeft meer dan 45.000 platen verkocht en daarmee ruimschoots het stadium van de gouden plaat bereikt. Vereerd mogen alle bandleden een gouden plaat ontvangen uit handen van Visser. Deze raakt niet uitgesproken en de lyrische bewoordingen over de aanpak van Spinvis blijven komen. De laatste weet uiteindelijk deze spraakwaterval te stoppen met de legendarische woorden: "Bedankt voor Toppop."

Het concert begint nu echt. Experimentele muziek met videobeelden en hoofdrollen voor basgitaar en trompet. Ze weten het optreden dat driekwartier zou duren te rekken tot maar liefst anderhalf uur tot de finale begint waar alle bands aan deelnemen. Gitaarakkoorden en trompetgeschal gieren door de zaal en in koor klinkt het: "All's well that ends well! Brother I'm happy." Of, in de woorden van Spinvis: "Over tien jaar staan we hier weer met zijn allen. Dat is dan afgesproken!" Ook weer een compliment in vermomming, want na een gezellig en sfeervol kleedkameroptreden van Spinvis, helemaal aan het eind van het overvolle programma, om kwart voor een, slechts drie kwartier na dat hij zich helemaal gaf in zijn professionele en behagende show in de zaal, zijn we overtuigd van het talent van deze bescheiden tot popheld verheven huisvader. Met dank aan Excelsior. Gefeliciteerd met jullie verjaardag, and many more!

10 jaar Excelsior, met o.a. Gem, Hallo Venray, Johan, Solo en Spinvis. Gezien: Tivoli, 4 juni 2006