Met pas vier jaar activiteit binnen de muziekproductie, is Bram Sluiter hard op weg naar internationale roem. Onder de naam Quinn bracht hij een plaat uit op het Utrechtse label Spring Collective, om vervolgens ontdekt te worden door Delsin, het post-Detroit beïnvloede elektronicalabel uit Amsterdam. Zijn eerste release op Delsin bevatte zelfs zo'n goede track, dat de Detroitse dj Rolando (ex-Underground Resistance / Los Hermanos) direct een licentie aanvroeg om deze te gebruiken voor zijn meest recente mixalbum. Inmiddels wordt zijn werk de hemel in geprezen door artiesten als Laurent Garnier, Fabrice Lig, Anthony 'Shake' Shakir en Funk D'Void.
Mede door deze buitenlandse groei liep Bram tegen zijn eerste obstakel aan, namelijk zijn artiestennaam. Een keltische artiest had de naam Quinn in Amerika laten vastleggen. Geamuseerd vertelt Bram over de situatie: "Die gast dus helemaal over de pis, ik heb hem nog opties aangeboden zoals Quinn met één 'n' te doen, of Quinn met 'Kwinn', maar dat vond hij allemaal kut. En nu heet ik Quince." Al snel wordt duidelijk dat het hele naam-gebeuren niet al te belangrijk is voor hem, zo was hij op Quinn gekomen door simpelweg een willekeurig boek open te slaan en de naam van de hoofdpersoon over te nemen.
Ondanks deze kleine tegenslag wordt er met de nieuwe alias weer zoals vanouds doorgewerkt. Dit lijkt prima te lukken. Naast een door Josh Wink gelicenceerde track is Delsin is op dit moment druk bezig het nieuwste werk van Quince in de platenschappen te krijgen. Terwijl Bram de plaat in kwestie laat horen vertelt hij over het project: "Deze is als 'Delsin special' uitgekomen. Marsel, die Delsin runt is nu ook bezig om naast de gewone releases soms ook een 'special edition' uit te brengen als hij een nummer echt speciaal vindt. Deze kwam dan ook als one-sider uit, één plaat met één nummer."
Een telefoongesprek met deze Marsel van der Wielen brengt nog meer nieuws: de oplage van 350 stuks is er zo snel doorheen gegaan dat er nu een b-kant bij wordt geperst om de plaat in een grotere oplage nogmaals beschikbaar te stellen. Dit is het mede het gevolg van positieve feedback op de verzonden promo's. "Wat we merkten is dat er meer reacties kwamen dan gemiddeld, best wel opvallend ook. Als mensen het niet goed vinden zullen ze ook niet snel reageren, je merkt dan ook dat als er meer reacties zijn de muziek veel beter wordt ontvangen."
Enthousiast bladert Bram verder door de computer om ander werk te laten horen. Al snel worden verschillende tracks door de speakers gejaagd, van electro tot deephouse, en triphop naar techno. Eén ding is zeker, de invloed van Detroit is overal aanwezig. "Waar ik vooral mijn inspiratie uit haal zijn oude dingen. Tegenwoordig maakt bijvoorbeeld Jeff Mills ook nog wel nieuwe dingen maar vroeger vond ik zijn werk veel specialer, nu valt het allemaal meer in herhaling. Als je nu kijkt naar wat er uit Detroit komt, ze zijn allemaal een beetje op hun retour. Ze draaien nog wel, en vangen lekker knaken, maar of ze nu nog echt coole nieuwe dingen maken? Dat valt tegen", vindt Bram. "Carl Craig maakt nog nieuwe dingen, hij is eigenlijk mijn allergrootste inspiratiebron. Maar ik luister ook naar andere muzieksoorten. Onder andere hiphop, naar artiesten als Madlib, die jazzy hiphop dingen vind ik erg cool."
Wie denkt dat het voorlopig bij de Delsin release blijft heeft het mis. Opkomende releases en remixen zullen verschijnen op Josh Wink en King Britt's label Ovum, Mike Grant's End to End, Shed's Soloaction Records en het Amsterdamse Rush Hour. Dat is echter nog maar het begin. Bram legt uit hoe eenvoudig het kan zijn contacten te maken binnen dit wereldje; zowel binnen als buiten Nederland: "Contact met Marsel van Delsin gaat voor het grootste gedeelte via MSN, dan stuur ik weer wat nieuwe nummers en hoor ik van 'oh cool' of 'nee, dat is kut.' Ik ben ook benaderd door Rolando, die gaat een nieuw label beginnen en zei dat hij graag met me wil werken. 'Best snel' had hij het over" weet Bram bescheiden toe te voegen.
Olaf Molenveld, mede-eigenaar van het (recent op non-actief gezette) label Spring Collective verbaast zich geenszins over het huidige succes van Bram: "Hij kan heel goed een trucje oppikken, en zijn eigen twist eraan geven. Het is niet ontzettend vernieuwend, maar binnen de stijlen waarin hij bezig is daar doet hij het gewoon heel goed. Het hoeft nieteens perse Detroit te zijn. Hij heeft ook disco-achtige dingen gemaakt en ik heb ook broken-beat tracks van hem gehoord die ontzettend goed waren."
De toon binnen de Nederlandse elektronica-scene wordt al tijden gezet door steden als Den Haag, Amsterdam en Rotterdam. Hopelijk weet Bram een begin te maken om ook Utrecht prominenter op de kaart te zetten; voorlopig is dat nog geen eenvoudige opgave: "Er zijn mensen die beginnen met muziek maken en mij vragen om een keer wat samen te gaan doen. Maar wat ik soms mis zijn mensen die hetzelfde doen als ik, maar waar ík het gevoel bij heb dat ik wel iets van ze kan leren."
Quince is binnenkort te bewonderen in Berlijn, waar hij 16 juli zal optreden in de PhB Club tijdens een Loveparade afterparty. Als dat toch te ver weg is, dan is er ook de mogelijkheid om hem zijn ding te zien doen tijdens Metropolis (Studio 80, Amsterdam) op 22 juli, Rockit Open Air (Maarsseveense Plassen) op 29 juli, of Static (Club 11, Amsterdam) op 26 augustus.
Techno-talent Quince haalt Detroit naar Utrecht
“Als je nu kijkt naar wat er uit Detroit komt, zijn ze allemaal een beetje op hun retour”
Bram Sluiter is hard op weg zich als Quince tot de ‘vierde wave’ Detroit-producers te voegen. Zijn diepe elektronica wordt even vlot geproduceerd als dat het bejubeld wordt door grote internationale namen. Bram vertelt 3VOOR12/Utrecht de laatste nieuwtjes over zijn indrukwekkende lijst aanstaande releases, zijn inspiraties en zijn recente naamswijziging.