M.Ward, of: een woensdagavond in de jaren '60

Voorprogramma Norfolk and Western overtuigt op minimalistische wijze

M. Wevers, ,

M.Wards meest recente album ‘Transistor Radio’ is een ode aan de laatste onafhankelijke radiostations in de Verenigde Staten. De stijl op dit album doet denken aan de muziek uit de jaren '50 en '60, de klank op het podium doet eveneens denken aan de oude transistorradio’s uit die tijd. Ook voorprogramma Norfolk and Western weet te overtuigen, op een beduidend minimalistischer manier.

Voorprogramma Norfolk and Western overtuigt op minimalistische wijze

Norfolk and Western is het vehikel waarin Adam Selzer al zijn ideeën kwijt kan. De albums van dit eenmansproject laten een breed palet aan klanken horen, waarbij het accent ligt op akoestisch singer-songwriterwerk met een distinctieve Amerikaanse indieklank. Live wordt hij bijgestaan door Rachel Blumberg op de drums, ukelele en glockenspiel. Selzer is verantwoordelijk voor de productie van M. Wards meest recente album, zodoende is het niet zo vreemd dat hij ook meegaat op deze tour. In iets minder dan drie kwartier laat Selzer het publiek kennis maken met zijn zeer ontluisterende liedjes. Afwisselend bespeelt hij de akoestische en de elektrische gitaar. Intieme akoestische nummers ademen een lome, zondagmorgensfeer uit. Een uitgeklede en rustige versie van The Flaming Lips, daar doen deze nummers aan denken. Wanneer de luisteraar bijna in slaap sukkelt, grijpt Selzer de aandacht door middel van een up-tempo staccato gitaarlied. Dat het allemaal niet even zuiver gezongen is deert nergens, de melodieën die de man tevoorschijn tovert maken veel goed. Met een zeer minimale bezetting creëren Norfolk and Western, en natuurlijk de meegereisde geluidsman, een zeer vol en warm geluid. Een perfecte opening van een sfeervolle avond. Als er kort na het optreden van Norfolk and Western een schim het podium beklimt is het niet helemaal duidelijk of het nu een roadie is, of M.Ward zelf. Een oude slobbertrui en een pet waardoor zijn gezicht niet duidelijk zichtbaar is verhullen de identiteit van de man. Het moment dat de eerste noten op de gitaar gespeeld worden is het echter meteen duidelijk: het is de hoofdact zelf. Die een sterk staaltje tokkelend gitaarspel laat horen. Tijden van oude blueslegenden als Robert Johnson lijken te herleven. In de zaal hangen verscheidene A4-tjes met het bericht dat het niet gewenst was om te fotograferen tijdens de hoofdact. Ook de minimale lichtval op het podium maakt duidelijk dat de Amerikaanse singer-songwriter zich niet te duidelijk op de voorgrond wil plaatsen. De muziek lijkt te moeten spreken. En dat doet het dan ook, met name via de gitaar. Ward laat door middel van zijn gitaarspel totaal geen invloeden horen van de laatste drie decennia. De man lijkt met een tijdmachine uit de jaren '60 naar het hier en nu verplaatst te zijn. Op zijn laatste plaat ‘Transistor Radio’ staan de onafhankelijke radiostations uit dit tijdperk centraal. En ook live wordt gekozen voor de klankkleur van oude transistorradio’s. Gedrenkt in echo’s komen bewerkingen van traditionals als ‘You Still Believe in Me’ van Brian Wilson en ‘The Entertainer’ van Scott Joplin voorbij. Naast covers (opvallend is 's mans ingetogen uitvoering van Bowies 'Let's Dance') is er ook genoeg ruimte voor recent eigen werk, en komt er ook een handjevol nummers van zijn vorige twee albums voorbij. Zoals vaak het geval is met begaafde muzikanten, verzandt Ward op momenten echter ook in ellenlange solo’s en gefreak. De band, die deels bestaat uit de twee leden van Norfolk and Western, is op dergelijke momenten gelukkig in staat de frontman bij de les te roepen. Hun vlekkeloze afwisseling naar muziekstijlen als surf, blues en rock ’n roll komt dan als geroepen. Hoogtepunt van de avond is het moment waarop het tempo wordt teruggeschroefd voor de ballade ‘Fuel for Fire’. Naarmate het einde van de set nadert, schijnt er ook steeds meer licht op het podium. Wards identiteit wordt onthuld, het blijkt nog een vrije jonge knaap te zijn, anders dan zijn doorleefde stem doet vermoeden. Met een korte toegift en een ‘dankjewel’ wordt de set afgesloten: de half gevulde EKKO kan weer terug naar 2005. M.Ward & Norfolk and Western. Gezien: EKKO, woensdag 18 mei 2005.