Oefenruimte en muziekschool Ceres heeft geen reclame nodig

Eigenaren Jan-Jacob en Marianne Zegel kennen alle bands persoonlijk

Jacinthe Versteeg, ,

Zes jaar geleden begonnen Jan-Jacob en Marianne Zegel oefenruimtecomplex en muziekschool Ceres. Inmiddels heeft Ceres haar plek gevonden in de Utrechtse muziekscene. 3VOOR12/Utrecht interviewde de oprichters over de eerste jaren, de toenemende concurrentie en de plannen voor de toekomst.

Eigenaren Jan-Jacob en Marianne Zegel kennen alle bands persoonlijk

In een groot pand aan de Oudegracht runnen Jan-Jacob en Marianne Zegel oefenruimtecomplex annex muziekschool Ceres. Marianne is verantwoordelijk voor de organisatorische kant van de zaak en Jan-Jacob geeft drumlessen. Hij speelt daarnaast in diverse Utrechtse bands, waaronder The Ballerina Liberation Front en Polarex. Gezeten aan de lange eettafel in de woonkamer bovenin het pand vertelt Jan-Jacob hoe Ceres is ontstaan: “Ik ben afgestudeerd aan het conservatorium en wilde iets met mijn opleiding doen. We hadden al snel het idee om oefenruimtes te bouwen en met meerdere mensen les te gaan geven. In 1999 kregen we de mogelijkheid om hier te gaan wonen en Ceres op te zetten. We zijn begonnen met een stuk of vijf muziekdocenten, en zijn inmiddels doorgegroeid naar zestien.” Jan-Jacob vertelt dat de naam ‘Ceres’ is gekozen op puur nostalgische gronden: “Marianne en ik zijn allebei geboren en opgegroeid op Texel. Ceres is de naam van een strandje aan de waddenzeekant van het eiland. We wilden een naam die echt een begrip zou kunnen worden in Utrecht.” Dat laatste is nog niet echt het geval; veel mensen kennen de sfeervol ingerichte etalage van het pand, maar weten niet precies wat zich binnen afspeelt. Volgens Marianne is daar een logische verklaring voor: “De muzieklessen en het gebruik van de oefenruimten lopen zo goed dat we geen reclame hoeven te maken. We hebben gemiddeld 250 leerlingen en er blijven nieuwe mensen komen. We leven puur van mond-tot-mond reclame.” Jan-Jacob beaamt dit: “Het loopt zelfs zo goed dat ik met mijn eigen band in dB’s oefen omdat hier geen ruimte meer is.” De eigenaren kennen alle bands die bij Ceres oefenen (zoals Sennen, de Bashy Bazooks, Loot, Stereoid, Brand Aris en Equinox) persoonlijk. Marianne: “We volgen de bands ook, en proberen ze – als daar behoefte aan is – te helpen of te adviseren.” Jan-Jacob: “Ik kan bijvoorbeeld een demo doorsluizen naar vrienden die iets voor mij hebben gedaan in het verleden.” Jan-Jacob denkt dat het succes van Ceres te verklaren is door de persoonlijke aanpak. “Op de meeste muziekscholen kom je eerst in groepslessen terecht, en dat is niet voor iedereen geschikt. Wij geven individuele lessen en zijn flexibeler dan de gemiddelde muziekschool. De docenten zijn gediplomeerd, maar werken niet op een schoolse manier. Je kunt zelf muziek meenemen en zeggen waar je aan wil werken.” Concurrentie van dB’s heeft Ceres niet ondervonden volgens Marianne: “Toen dB’s groter werd was ik wel bang dat de aanmeldingen terug zouden lopen. Maar we hebben geen terugloop gezien. Het is achteraf gezien toch een voordeel dat we in het centrum zitten.” Gevraagd naar de reden waarom een band voor Ceres moet kiezen in plaats van dB’s antwoordt Jan-Jacob dat het geluid in de oefenruimtes heel anders is. “In alle eerlijkheid: het klinkt hier beter. Het zingt en zoemt te veel in dB’s. Hoewel ze er wel erg hun best op hebben gedaan, ik ken die jongens goed en we hebben het er uitgebreid over gehad. Los daarvan is het wel fantastisch dat dB’s er is. En het geluid in de grotere ruimtes is prima.” Marianne: “dB’s is eigenlijk bijna geen concurrent te noemen, het is echt anders. We hebben hier maar drie ruimtes en je betaalt voor wat er staat aan apparatuur, je hoeft er geen dingen los bij te huren. Iedereen kent elkaar hier, dus je loopt zo bij elkaar binnen om dingen te lenen. Alles is wat makkelijker.” Jan-Jacob: “Als je echt een avond helemaal door het lint wilt, dan moet je toch naar dB’s. dB’s is meer een uitgaansgelegenheid: je kunt er bier kopen, aan de bar hangen en roken in de oefenruimtes. Bij ons kun je natuurlijk ook wel je eigen bier meenemen, maar ik pas ervoor om elke dag van de week tot twee uur ‘s nachts wakker te blijven.” De buren hebben weinig last van de muziekschool: het pand is volledig geïsoleerd. Jan-Jacob: “We hebben veel zelf gedaan en natuurlijk flink geïnvesteerd. Maar de bandjes moeten met mooi weer nog steeds de deur dicht houden.” Ceres kan voor haar activiteiten geen subsidie krijgen, vertelt Jan-Jacob: “We doen het puur op eigen kracht. We staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als een bedrijf met winstoogmerk en dan kun je subsidie wel vergeten, terwijl we er echt nét van kunnen leven! Ik weet zeker dat we een culturele functie hebben, zeker in dit stukje in het centrum. Maar ach, ik heb ook geen zin in zo’n hele papierwinkel. En bovendien willen we onafhankelijk blijven.” Jan-Jacob kan zich wel eens ergeren aan wat hij noemt ‘het gesmijt met geld in de kunstensector’: ”Dan ben je op één of ander openingsfeest waar iedereen aan de champagne staat en dan moet je wel even slikken. Er gaat op zo’n dag zo enorm veel geld doorheen.” Subsidie of niet, Marianne en Jan-Jacob hebben zeker nog plannen voor de toekomst: “We willen in ieder geval vaker projecten organiseren. Misschien wel een bekende muzikant uitnodigen om bij ons les te komen geven.”