Met ‘The Sailor Not The Sea’ heeft Piet Goddaer, als artiest bekend onder de naam Ozark Henry, weer eens een echt album gemaakt. Na producer gespeeld te hebben voor Novastar en soundtrackwerk, is er dan nu toch echt een nieuwe 'Ozark'.
Op de plaat werd Goddaer bijgestaan door grootheden als Jah Wobble en Jaki Liebezeit. En dat hoor je. Een combinatie van eclectische drums en wiebelige bas werkt zwoel en bij vlagen etherisch. Live moet Goddaer het doen met andere mensen. Ook dat is te merken.
Een band van sessiemuzikanten begeleidt de zanger, tevens schrijver van het Ozark Henry-repertoire. Heel veel voeling met het materiaal stralen zijn secondanten echter niet uit. Althans fysiek. Ook qua spel komt de groep niet veel verder dan netjes de partituren naspelen. Dat zou je trouwens ook ‘strak’ kunnen noemen, want dat is de band zeker.
Kijken we vervolgens naar de frontman, dan weten we wat we het van hem ook niet moeten hebben vanavond. Gekleed in een fraaie designeroutfit doet Goddaer (die trouwens verrassend veel lijkt om Stef Kamil Carlens’ hedendaagse verschijningsvorm) aardig zijn best. Hij beweegt voor zijn doen vrij veel; vaak met semi-spastische bewegingen, of loosgaand meedirigerend. Vocaal blijft Goddaer tegelijk hangen in zijn tikkeltje afgeknepen ‘trademark’ stem. Een geluid waarin – helaas – niet heel veel variatie in emoties te bekennen is. Hij blijft een beetje vlak en mat, zonder overigens te vervallen tot schoonzingerskuren.
Blijft over het muzikale materiaal ‘an sich’. En dat beweegt zich tussen kabbelpopballades die niet zouden misstaan op een nieuw te lanceren Arcade-serie en knetterende mechanieke jams met stroboscoop. Hints naar Sting-sferen, of U2 zijn niet van de lucht. Afwisseling alom dus? Dat valt een beetje tegen. De zoetsappige slow-nummers dreigen meer dan eens de overhand te krijgen. Je zou je aansteker bijna voor wat anders gebruiken dan het aansteken van een sigaretje…
Aan het eind van de set is er echter ineens toch nog enig muzikaal vuur te bespeuren. In een soort zesde versnelling jakkert de band voort, Goddaer zelf gaat mee en er ontstaat iets als bijna-magie. Dan is het over. Einde concert? Niet voor de obligate bisronde natuurlijk. Het gevoelig gebrachte 'Give Yourself A Chance With Me', gestoken in het jasje van een verstilde pianoballade, plaveit de weg naar een verzengend slot. Het kán dus wel bij Ozark Henry: gepassioneerd werk, mét een vonk en brille.
Toch blijft Ozark Henry live al met al een beetje vlees noch vis. Het is gekunsteld, maar ook verantwoord alternatief. Pijnlijk perfect, maar ook overdonderend ronkend. Afstandelijk, maar ook behaaglijk verwarmend in zijn zwoel-lome toonzetting. Het tweede concert uit de Belgenreeks van Tivoli trekt de door Hooverphonic ingezette lijn dus een beetje door. Al heeft Ozark Henry toch ergens nét een streepje voor.
Op naar de volgende stempel dus. Laten we hopen dat de Gebroeders Dewaele deze opgaande curve weten voort te zetten. Een heel mooie week ligt dan in het verschiet…
Ozark Henry
Gezien: zaterdag 20 november 2004, Tivoli De Helling
Ozark Henry: afstandelijke kabbelpop, met af en toe een vonk
Bootsman Goddaer vaart solide door De Helling, zonder te knetteren
Na het salonconcert van Hooverphonic afgelopen dinsdag, staat Ozark Henry als tweede genoteerd op Tivoli's Belgenstrippenkaart. Maar ook los daarvan is een concert door de Meester van de alternatieverige knuffelrock-met-explosies op voorhand een must. En dat vonden meer mensen. Een uitverkocht Tivoli De Helling onderging Piet Goddaer en co.