Colour Of Fire schudt ‘indierockboyband-imago’ van zich af

Carp moet zich knap lullig gevoeld hebben

Andre van Kats, ,

Het heeft eigenlijk maar een nadeel om in een intieme zaal als EKKO een concert van de Britse emorockband Colour Of Fire, dit jaar nog samen met Novastar opener van Lowlands, te bekijken. Achteraf weet je namelijk dat je op het gebied van emorock, weinig betere concerten meer zult tegenkomen in je leven.

Carp moet zich knap lullig gevoeld hebben

Het heeft eigenlijk maar een nadeel om in een intieme zaal als EKKO een concert van de Britse emorockband Colour Of Fire, dit jaar nog samen met Novastar opener van Lowlands, te bekijken. Achteraf weet je namelijk dat je op het gebied van emorock, weinig betere concerten meer zult tegenkomen in je leven. Carp moet zich knap lullig gevoeld hebben, als opwarmertje voor Colour Of Fire. Dit Nederlandse pop/emo/metal-collectief stond zich namelijk in het zweet te werken voor een zaal waarin de zweetdruppels op één hand te tellen waren. Misschien kwam het door de soms onsamenhangende songs of juist door de matige zang van Dennis van Weert, die nog geen half jaar bij de band is: feit was dat Carp terecht op weinig respons van het publiek kon rekenen. Dan konden de vier bandleden nog zo hun best doen en zich precies houden aan de ongeschreven richtlijnen die er zijn voor emorockers (zanger met 'baggy pants' die energiek over het podium beweegt, een gitarist met lang haar die ingenieus op zijn gitaar staat te raggen en een ietwat slome bassist die puur voor zijn muzikale bijdrage op het podium lijkt te staan): het maakt dat Carp niet meer is dan een slechte blauwdruk van bijvoorbeeld de Rotterdamse indierockers van Face Tomorrow. Ietwat bedremmeld keken de heren van Carp dan ook toe toen Colour Of Fire het kwik in EKKO binnen no-time enkele graden deed stijgen. Op Lowlands maakte deze pop-noise/emorock band nog een redelijke indruk, maar het waren de flauwe masturbatiegrapjes tussendoor en het gestylede uiterlijk van met name de twee zangers, die Colour Of Fire destijds een beetje het imago van een indierock-boyband bezorgden. Donderdag in de EKKO liet de band zien veel meer dan dat in huis te hebben en zette een indrukwekkende, maar korte set neer. Denk aan een kruising tussen Muse, The Ramones en Avril Lavigne, hoewel het ook duidelijk is dat de heren de boter halen bij Placebo. Vooral de laatste is een band waar Colour Of Fire duidelijk veel inspiratie aan te danken heeft. Niet alleen muzikaal gezien zijn de overeenkomsten legio, maar ook de 'seksueel ambivalente uitstraling' die Placebo-zanger Brian Molko kenmerkt, lijkt door de frontman van Colour Of Fire te zijn overgenomen. Colour Of Fire is echter meer dan een opgefokt kwartet Engelsen met een biseksuele (?) zanger. Het weet op een perfecte manier de zo kenmerkende tegenstellingen in het emogenre tussen hard en zacht, ingetogen en explosief, te combineren tot een geheel dat geen moment verveelt. Neem het nummer 'Jennifer' van The Exile EP: een romantisch liefdesliedje dat langzamerhand ontaardt in een muur van gitaargeweld. Niet alleen muzikaal is het smullen, het oog wil en krijgt ook wat. Met vier Engelse broekies op één podium weet je dat dat in de meeste gevallen wel goed zit. Een 'attitude' waar je 'U' tegen zegt, plus de branie van een stel Milwall-hooligans. Understatement van het jaar: die komen er wel. Colour Of Fire en Carp Gezien: donderdag 18 november, EKKO