Air is het beste met de ogen dicht

Frans duo kruipt pas bij toegift uit de schulp

Atze de Vrieze, ,

Tja, wat moet je nu verwachten van een optreden van Air? Niet bepaald een rockshow, natuurlijk, want de band heeft zich bekwaamd in warme, haast erotische muziek. Maar hoe breng je de perfect zwoele, volstrekt unieke songs tot levens op het podium? Het lukte Air wel, vanavond in Vredenburg, maar pas echt in blessuretijd.

Frans duo kruipt pas bij toegift uit de schulp

Tja, wat moet je nu verwachten van een optreden van Air? Niet bepaald een rockshow, natuurlijk, want de band heeft zich bekwaamd in warme, haast erotische muziek. Maar hoe breng je de perfect zwoele, volstrekt unieke songs tot levens op het podium? Het lukte Air wel, vanavond in Vredenburg, maar pas echt in blessuretijd. Het optreden begon wat stijfjes. De heren vertrekken eigenlijk geen spier, lachen nauwelijks, en maken al helemaal geen grappen tussendoor. Ze spelen hun deuntjes, want zo mag je het aan het begin van het optreden bijna noemen. Dan lijken nieuwelingen als Surfing on a Rocket en vooral het onuitstaanbaar kitscherige Alpha Beta Gaga ineens niemendalletjes. Vooral aan het begin wil de show niet echt van de grond komen. Waar zit hem dat dan in? Op het nieuwe album Talkie Walkie neemt de ene helft van het duo, Jean-Benoît Dunckel, het grootste deel van de vocalen voor zijn rekening. Dat doet hij niet onverdienstelijk. Maar veel meer dan dat is het ook eigenlijk niet. Zijn stem is soms ietwat hijgerig, lijzig wellicht, en begint op de duur een beetje te vervelen. Daar ligt dan ook meteen het grootste probleem van Talkie Walkie: de zang is minder gevarieerd en wat platter dan op debuut Moon Safari. Daar komt ook nog eens bij dat Dunckel live ook alle vrouwelijke vocalen op zich neemt, wat niet altijd even indrukwekkend is. Een ander manco is welhaast onvermijdelijk: er is eigenlijk niets te zien aan Air. De groep bestaat live uit vier muzikanten. Vooraan op het podium het eigenlijke duo. Dunckel staat ingeklemd tussen allerlei synthesizers en orgeltjes, terwijl Nicolas Godin vooral gitaar en bas speelt. Daar achter bevinden zich nog een toetsenist en een drummer (die af en toe ook de basgitaar hanteert). Nu leent de muziek zich daar misschien ook niet voor, maar veel beweging zit er niet in het optreden. En toch was het ook weer niet slecht. Allerminst zelfs: de sfeer van de Air-albums kwam live heel aardig uit de verf. Die sfeer is nog altijd uniek, en, zeker waar het nummers van het eerste album betreft, prachtig. Er wordt alleen live weinig aan toegevoegd. Misschien was de beste oplossing, door een groot deel van het publiek ook toegepast, de ogen te sluiten en de warme klanken gewoon maar te laten komen. Toch kwam het nog wel goed met Air, vanavond in Vredenburg. Laat, maar toch. Want reden om de ogen weer open te doen is er aan het einde van het optreden wel degelijk: ‘It’s time for dancing’, zegt Godin, en dat is het zeker met Kelly Watch the Stars. Pas bij de toegiften, met name bij klassieker Sexy Boy, en Biological, laat de band zich echt gaan. Dan krijgen de nummers ineens een intens en uitgesponnen instrumentaal slot. In die instrumentale stukken weet Air iets toe te voegen aan wat al bekend was. Met name de uitstekende drummer weet zo het optreden net op tijd nog de nodige diepgang te geven. En dan is er ineens wel het plezier en de energie. Maar waarom moesten de heren daar nu tot de toegift mee wachten? Air Gezien: Vredenburg, dinsdag 22 juni 2004.