Hebben we hier in Europa net het curieuze New Yorkse bandje The Moldy Peaches ontdekt, blijkt er een hele scene achter schuil te gaan. De anti-folk scene, een inmiddels al jaren bestaand verschijnsel waar in de VS zelfs al festivals aan gewijd zijn. Afgelopen dinsdag 10 februari konden we in Ekko zien wat het nu precies inhoudt. Adam Green, samen met Kimya Dawson de spil van The Moldy Peaches, trad op, met in het voorprogramma de wonderlijke troubadour Jeffrey Lewis. Aldaar bleek anti-folk gewoon precies te zijn wat folk al sinds de middeleeuwen is: verhaaltjes op muziek. Hooguit wat stand-uppiger gebracht. Maar vooral bleek dat het falen of slagen van muziek in dit genre volledig afhankelijk is van het aloude fenomeen performance.
Lewis, een slonzige jongeman in wit t-shirt met opdruk “Kimya Dawson loves me” – “go love yourself” op de rug – , opende vervreemdend, psychedelisch en met een volstrekt onverstaanbare tekst, maar toch wonderlijk mooi. Het tweede nummer was een keihard, snel punknummer, het derde een door Lewis solo gebrachte folkrap over al dan niet naar een stripwinkel gaan op een regenachtige dag. En zo bleef de verbazing er stevig in, met als onbetwist hoogtepunt een documentaire over The Fall: de geschiedenis van deze band rond Mark E. Smith, in wederom een zeer humoristische folkrap verteld door Lewis, met zelf gemaakte striptekeningen als visuele ondersteuning. Zelfs met de naast ‘vermaeck’ zo broodnodige ‘leering’ zat het dus snor. Afwisseling troef, kortom, en alles met veel bravoure en humor gebracht. De akoestische nummers waren daarbij het best te genieten, vanwege de geniale teksten. Als de in net zulke hippe t-shirtjes als Lewis gehesen ritmesectie inzette, met daarin zijn eveneens zingende broer Jack, werden de teksten helaas overstemd, maar was het wel weer een genot om Lewis te keer te zien gaan met zijn distortion-pedaal. Zo vloog het optreden om. De slotboodschap konden we in onze zak steken: “Don’t be scared, be cool!”
Dat het voor Adam Green moeilijk zou zijn om dit briljante optreden te overtreffen, was duidelijk. Dat hij dit ook zeker niet zou gaan doen, bleek helaas al snel aan de blik op zijn ietwat naar Beck gelijkende gezicht toen hij het podium betrad: ergens tussen geamuseerd, arrogant en “wat doe ik hier in vredesnaam?” in. Hij liet het musiceren over aan zijn volstrekt onopvallende band en vestigde de aandacht volledig op zijn eigen zingende zelf. Daarbij deed hij opvallend veel aan een crooner als Frank Sinatra denken. Nonchalant, zelfverzekerd, met af en toe een bizar dansje, maar helaas nooit de indruk wekkend dat hij er ook echt zin in had. De frequente blikken op de setlist hielpen wat dat betreft ook niet. De communicatie was summier: een vermelding dat dit de eerste dag van zijn Europese tour was, een bedankje aan Jeffrey Lewis, afgesloten met een bijna verontschuldigend “Let’s go on with this show” en voor de rest leek hij het optreden zo snel mogelijk achter de rug te willen hebben. Het voorstellen van de band en de overbodige toegift waren bijna genant.
Dat het publiek toch zeer enthousiast was en het optreden bij vlagen zeer goed, was er volledig aan te wijten dat de ultrakorte, plichtmatig afgeraffelde liedjes gewoon zeer goed waren. De melodieën waren tijdloos, de krankzinnige, surrealistische teksten onbetaalbaar. Maar daarmee is alleen aangetoond dat "Friends of mine", ’s mans tweede solo-album – The Moldy Peaches staan al een tijdje op non-actief – erg goed is. Het podium van Ekko had echter beter een uurtje of twee gereserveerd kunnen worden voor Jeffrey Lewis. Greens liedjes zingen we dan in de huiskamer wel mee.
Adam Green & Jeffrey Lewis
Gezien: dinsdag 10 februari 2004, EKKO
Adam Green overvleugeld door plaatjesboekbard
Anti-folk in EKKO: middeleeuws goed
Anti-folk, de stroming die de heren Adam Green en Jeffrey Lewis vanavond in de Ekko vertegenwoordigen, blijkt te staan of te vallen bij een degelijke presentatie. Zo kan het gebeuren dat een ongeïnspireerde Adam Green (Moldy Peaches) het niet haalt bij voorprogramma en multitalent Jeffrey Lewis. Lewis, in de vrije uurtjes verdienstelijk striptekenaar, had wat ons betreft dan ook de ganse avond mogen vullen.