Fear Factory beukt op routine

Industriële metalmachine raast als vanouds Tivoli door

Peter Bijl, ,

Eventjes waren ze uit elkaar, maar in Tivoli liet een van de invloedrijkste metalbands van de nineties zien weer helemaal terug te zijn. Zoals we van ze gewend zijn, beukte Fear Factory in Tivoli bij vlagen alles en iedereen omver. Dat de routine daarbij af en toe wel erg dicht op de loer lag, zal de meeste bezoekers waarschijnlijk worst wezen. En de illegale t-shirtverkopers buiten aan de Oudegracht al helemaal.

Industriële metalmachine raast als vanouds Tivoli door

Het programmeren van jaren-negentig-metalhelden: ze hebben er bij Tivoli de laatste jaren stiekem een handje van. Zo denderden de boys van Biohazard vorig jaar nog in straf tempo voorbij, kwam Paradise Lost de boel even later opvrolijken tijdens Summer Darkness en deed Life Of Agony vorig najaar een veelbewogen reünie-show. Op Sepultura en Machine Head mag het dan misschien nog even wachten zijn, wanneer er ondertussen een nieuwe topact in de coulissen staat, zal geen metalhaan daarnaar kraaien. Een ramvol Tivoli zag dan ook zwart van de shirts, tijdens de enige Nederlandse show van Fear Factory. Fear Factory, inderdaad. De band die de metal in de jaren negentig een compleet nieuwe dimensie meegaf. Debuutplaat 'Soul Of A New Machine' uit '92 (onlangs heruitgebracht in luxere versie) liet de diepe deathgrunt van brulboei Burton C. Bell los op een industriële omgeving van machinale triggerriffs. En opvolger 'Demanufacture' ('95) deed daar nog 's een flinke schep bovenop. Kil en ijzig, machinaal en verpletterend behoort de plaat zonder enige twijfel tot de kroonjuwelen van de metal. Ingegeven door leitmotiv 'mens vs machine' brachten de Californiërs daarna nog twee mindere platen uit: 'Obsolete' ('98) en 'Digimortal' ('01). Maar eind 2002 barstte de bom: gitarist Dino Cazares stapte op, en Fear Factory klapte uit elkaar. Amper een jaar later maakt de band echter al een come-back. 'Bevrijd van Dino Cazares', zoals hij het in interviews gretig verwoordde, gaf Burton C. Bell Fear Factory een doorstart. Met de Belgische bassist Christian Olde Wolbers voortaan op gitaar, en Byron Stroud van Strapping Young Lad (een band die het extreme Fear Factory-geluid nóg een paar stappen verder zou voeren) als huurling op bas. En met succes: in nieuwe bezetting leverde de band afgelopen voorjaar met 'Archetype' wederom een klasse-album af, waarvan in Tivoli opvallend genoeg maar enkele stukken gespeeld worden. Een schril contrast met de tour rond 'Digimortal'. Domineerde dat album tijdens de shows van 2001 (in Tivoli, maar ook op Lowlands) de complete setlist, drie jaar wordt 'Digimortal' compleet genegeerd. 'Veel te Cazares', aldus Burton. Maar Burton beproeft zijn gelijk: de kogelronde gitarist wordt in Tivoli totaal niet gemist. Ook zonder Cazares is Fear Factory namelijk nog altijd een fantastisch ingespeelde metalmachine, die, aangedreven door het formidabele drumwerk van Raymond Herrera, alles en iedereen compleet omver dendert. Dat wil zeggen, wanneer het gaat om de instrumentale stukken. In de stukken waar Herrera's niets ontziende bulldozerdrums, ondersteund door de zware bas van Stroud, samenkomen met de krachtige riffs van Olde Wolbers, is de sound van Fear Factory nog altijd, op z'n zachtst gezegd, 'overdonderend' te noemen. Er is ook echter een 'maar'. Een kanttekening, die voor Fear Factory veel sterker geldt dan de meeste tijdsgenoten. Fear Factory is altijd een band van het technische detail geweest; van de tot in de puntjes doorgevoerde perfectie. Het was mede de productie die hun sound zo krachtig en baanbrekend maakte: de cleane, diepe zang gezet tegenover de rücksichtsloze botte-bijl-riffs. De contrasten tussen, daar zijn ze weer, mens en machine. Waren tijdsgenoten als Biohazard en Machine Head in de eerste plaats 'live-bands' te noemen, bij Fear Factory vervulde juist de kille productie een essentiële rol. En dat was ook op het podium te merken. Fear Factory verwerd ook op de planken weliswaar tot brute beukmachine. Alleen bleef van de contrasten vaak weinig meer over. En aan die situatie is anno 2004, zo blijkt ook in Tivoli, niets veranderd. In de instrumentale stukken dendert Fear Factory nog altijd iedereen omver (stroboscopeffectje erbij, en hup, je bent om), maar het contrast met Burtons cleane, diepe zang is soms nog immer ver te zoeken. Het woord 'geluidsbrij' blijft vaak akelig dicht op de loer liggen. Gelukkig is er het leger devote fans, om dat gemis op te vangen. “Nothing…you say…matters to us”, schreeuwt de hele Tivoli al bij het tweede nummer: het nieuwe 'Cyberwaste'. En de toon is gezet. Want er zijn nog heel wat hits die meegeschreeuwd kunen worden: 'Martyr', 'Demanufacture', 'Self Bias Resistor': aan de lopende band komen ze voorbij. Fear Factory gooit het in Tivoli over de 'Best Of-boeg. En dat blijkt een hele goede zet. Maar hoe strak Fear Factory daarmee ook voor de dag moge komen, aan één indruk kan de band maar niet ontsnappen: de klus lijkt behoorlijk routinematig geklaard te worden. 'We zijn al een jaar op tour, laat Burton C. Bell zich halverwege de show ontvallen. En dat is te merken: de band is een perfect geoliede machine, waaraan het alleen aan de échte overtuiging lijkt te ontbreken. 'Do you have a good time? 'vraagt Burton om de haverklap. En wanneer na de vijfde keer slechts een deel van het publiek zijn hand opsteekt, is zijn reactie tekenend: 'That's twenty-five percent of you. Not pretty much'. Er worden nog twee nummertjes tegenaangenald, maar na afsluiter 'Replica' is de koek op. De dj start meteen zijn muziek, een toegift zit er niet in. Een teken aan de wand. Een avondje Fear Factory anno 2004 is het meest dan ook nog te zien als een geslaagde gathering van metalfans. Alwaar men collectief eer betoont aan een van de beste bands die de laatste decennia is het genre opgestaan. Die enkele essentiële albums op haar naam heeft staan, en met haar extreme sound talloze bands beïnvloed heeft: van Slipknot en Strapping Young Lad tot het overtuigende Deense voorprogramma Mnemic. Zo komt ook het mooiste moment van de avond voort uit een dergelijk 'gemeenschapsgevoel': wanneer Burton aan het eind van de set 'Scapegoat' opdraagt aan de vermoorde Pantera-gitarist Dimebag Darrell (wiens portret, samen met de opgeplakte letters 'RIP DD' ook de PA siert), stijgt er in de zaal een gejuich op dat in al zijn sterkte en oprechtheid werkelijk door merg en been gaat. Een gevoel dat de rest van de show node gemist wordt. Hoe strak Fear Factory anno 2004 nog altijd moge zijn. Fear Factory & Mnemic Gezien: Tivoli, woensdag 15 december 2004.