The Bony King of Nowhere toont veel potentie

Maar weet de hype nog niet helemaal waar te maken

Tekst: Jelena Barisic Foto's: Frank van 't Hof ,

De belofte van 2010! Althans, dat roepen de bladen en critici zodra er over Bram Vanparys gesproken wordt. Onder de naam The Bony King of Nowhere maakte de Gentenaar al indruk op Pukkelpop 2007. Niet meer dan een jaar geleden bracht hij zijn geprezen debuutplaat Alas My Love uit en heeft hij sindsdien met zijn band door België en Nederland getourd. Vanavond is het de beurt aan het publiek van Rotown om te oordelen over de hype rondom de nieuwkomer.

Maar weet de hype nog niet helemaal waar te maken

De belofte van 2010! Althans, dat roepen de bladen en critici zodra er over Bram Vanparys gesproken wordt. Onder de naam The Bony King of Nowhere maakte de Gentenaar al indruk op Pukkelpop 2007. Niet meer dan een jaar geleden bracht hij zijn geprezen debuutplaat Alas My Love uit en heeft hij sindsdien met zijn band door België en Nederland getourd. Vanavond is het de beurt aan het publiek van Rotown om te oordelen over de hype rondom de nieuwkomer.

Als uit het niets verschenen staat hij daar opeens; een schriel mannetje met gitaar, gevolgd door zijn band, die zonder verdere omhaal het eerste nummer inzet. De melancholieke melodieën en Vanparys’ lange uithalen brengen het publiek vrijwel meteen in vervoering. Hoewel de nummers op het album vaak simpel begeleid worden door gitaar of piano, wordt er live veel aandacht geschonken aan diverse instrumenten. Zo worden er voor de percussie naast het drumstel een aantal trommels bijgehaald en galmen er betoverende, spookachtige klanken uit de philicorda, bespeeld door Vanparys’ lief Cleo Janse. De zanger zelf verwisselt verschillende malen zijn elektrische gitaar voor twee akoestische exemplaren.

Vanparys heeft niet stil gezeten het afgelopen jaar en brengt vanavond ook nieuw materiaal ten gehore. Deze nummers blijken de weemoedige sfeer van het debuutalbum vast te houden en klinken veelbelovend. Het hoogtepunt van de set is toch wel het vol overgave gezongen My Invasions, waaruit duidelijk blijkt waarom Vanparys oneindig vaak met Radiohead frontman Thom Yorke vergeleken wordt.

Hoewel er over zijn stem alleen goeds gezegd kan worden, valt er aan Vanparys’ stage presence wel wat op te merken. De zanger ziet er gedurende het optreden erg ingetogen en soms zelfs ongemakkelijk uit. Zijn bescheiden grappen dragen dan wel bij aan zijn charme, maar voegen weinig toe aan het energieniveau van het publiek. In combinatie met de toch al langzame nummers ontstaat daardoor een lome sfeer in de zaal, waardoor het geheel misschien beter tot zijn recht zou zijn geweest als zitconcert.

The Bony King of Nowhere heeft vanavond de potentie getoond om uit te kunnen groeien tot iets groots. Met iets meer podiumervaring zal de band vast binnen de kortste keren in een uitverkocht Ahoy terug te zien zijn. Gelukkig heeft deze zaal meer dan genoeg zitplaatsen.