Deze keer niet. De intro van Open Water is een miniliedje dat me kennis laat maken met de betoverende stem van het brein achter dit meesterwerkje, waar helaas maar vijf tracks op staan. Wat een superchick! Het is de tweede keer in korte tijd dat ik verbaasd ben dat zo’n jonge meid al zoveel soul in haar stem heeft. Waarom staren al die Nederlandse tv-programma’s, radioshows en geschreven media zich nog altijd blind op in- en inslechte acts als Anouk en Guus Meeuwis? Waarom zijn er debielen die 1200 euro neertellen voor een optreden van Zanger Rinus, die met Romana over die verdraaide scooter komt "zingen"? Waarom!? Als ons land vol zit met echte muzikanten, zoals Roufaida, die zich Southbound noemt.
Ja, ik kan best even lullig doen over het accentje dat Roufaida heeft. Het is geen perfect Engels, maar het is ook niet dat irritante Nederlandse accent wat je wel vaker hoort (ja Anouk, ik heb het weer over jou). Het klinkt bijna een beetje Frans en doet me aan Vanessa Paradis denken. Maar dat wil ik eigenlijk niet typen, want Vanessa Paradis mag nog niet eens de schoenen poetsen van Roufaida Aboutaleb. Ik word bijna een beetje verliefd…
De andere liedjes op het plaatje zijn net zo mooi. Nee, nog mooier! De muziek en de zang complimenteren elkaar steeds meer. Roufaida komt vers van het conservatorium in Kopenhagen en hoewel ik vaak geägiteerd luister naar de werkjes van conservatorium-studentjes, is dat nu niet het geval. Als simpele muziekboer, talentloos en opleidingsloos, maar met bakken rock ’n roll ervaring, erger ik me aan muzikanten die teveel willen laten zien wat ze kunnen. Die teveel willen laten merken hoe geniaal ze zijn. Spierballen-vertoon. Dat slaat dan vaak de plank mis. Southbound lijkt minzaam glimlachend langs deze patsers te wandelen met muziek die nu eens wél simpel is, maar oh zo doeltreffend.
Achtergrondzang is de sleutel tot succes. Dat wisten de groten der aarde en dat weet Roufaida. Balen dat ik 12 Juni zelf moet spelen, anders was ik naar haar release party gegaan daar in Rotterdam.