Verslag Eendracht Festival 5.0 - Gouvernestraat

Met Elke, Joia, Bianculli, Butufunk, Sykess, Jack Herrer, Diona Fox & Her Ragdolls en meer

Kees-Jan Visser en Lars Nebel | Foto's: Bryan van Putten en Richard Nijholt ,

De vijfde editie van het Eendracht Festival zit er weer op. Donderdag 5 februari bulkte de Rotterdamse binnenstad van de talentvolle artiesten die het - ondanks de extreme kou - in grote getale aanwezige publiek prima wisten te vermaken. 3voor12 Zuid-Holland was ook aanwezig op het festival en brengt hierbij verdeeld over meerdere artikelen in woord en beeld verslag uit van al het moois. Deel 3: Gouvernestraat gehost door Boomdox, BIRD, Raaf 010 Sessies, Talk of the Town, Music Matters en Roots & Routes.

In de Voorzaal van de Gouvernestraat, een zaal die vanavond helaas wel eens onopgemerkt bleef door de bezoekers, had singer/songwriter Elke toch een hoop toehoorders de zaal in weten te krijgen. En die luisterden dan ook aandachtig naar hoe de zangeres met haar gitaar en gevoelige stem de zaal bespeelde. Elke van Zevenbergen maakt mooie, dromerige en soms melancholische luisterliedjes waarmee de 21-jarige Rotterdamse al velen heeft overtuigd. Onthoudt ook haar achternaam, want zo benadrukt de host, Googelen op alleen “Elke” levert niet het gewenste zoekresultaat op. En dat willen we natuurlijk niet. (LN) 

Een spektakel deze avond is zeker ook Bianculli, de band van pianist en zanger Piero Bianculli, een Italiaan die zijn best doet om het publiek aan te spreken in het Nederlands. Niet helemaal verstaanbaar, maar daar gaat het natuurlijk niet om. Vanachter zijn witte vleugel leidt hij met veel charme zijn uitgebreide en zeer professionele band en zingt hij de longen uit zijn lijf. Het is een volwaardige bigband, compleet met blazerssectie en mooie achtergrondzangeressen. De nummers zijn overwegend in het Italiaans, maar Bianculli maakt soms ook uitstapjes naar het Spaans en Engels. De toehoorders worden weggeblazen door een dijk van geluid. Zeker de opening van de show is erg sterk met twee stampende soulnummers. (LN) 

Na de gevoeligheden van Joia is Butufunk ineens een hele afwisseling. Butufunk is een drietal met een naam die goed bij de muziek past die het maakt. Wat volgt is een spannende show die vol overgave wordt gespeeld. Natuurlijk funk, maar alles in een mix van urban en hiphop. Jammer is het gebrek aan publiek in de zaal. De show is er, de hele atmosfeer vraagt om een heftig feest, maar wordt alleen gedragen door Butufunk zelf. Het aanwezige publiek is enthousiast, maar je hoopt toch dat je deze heren snel op een zomers festival kunt aanschouwen met duizend man voor het podium. (LN) 

Voor de mensen die het niet weten: Jack Herrer is de naam van een bafaamde/beruchte wietsoort. En dus ook het alias van deze Rotterdamse rapper met zijn van dancehall en reggae doordrongen show. De oorsprong van deze artiestennaam wordt niet onder stoelen of banken geschoven. Met nummer als 'Ragga puffin' wordt er elke twee regels wel gerefereerd aan het beoefenen van de vliegkunst, met daar doorheen een hoop maatschappijkritische teksten. Jack Herrer neemt geen blad voor de mond. (LN) 

Ja, het hiphop blok is duidelijk aangebroken. Nu is het het moment van Roïcijns om zijn rauwe raps de zaal in te spugen. Kevin Mestre is een Rotterdamse rapper met hoge ambities en een overtuigende podiumpresentatie. Krachtig en opzwepend brengt hij zijn teksten en laat daarbij merken dat hij hier in Rotterdam op zijn plek is. (LN) 

De kenners van Dichter zullen beamen dat zijn teksten veelal poëtischer zijn die van de concurrentie. Daarom heeft hij inmiddels een schare fans opgebouwd die terug te zien is in de zaal bij zijn optreden tegen het einde van de avond. Dichters stijl is hard, maar niet zozeer in vertoon. Hij grijpt de showelementen wel, maar het gaat toch om zijn teksten. Oprecht is een woord dat Dichter (in ieder geval op het podium) omschrijft. De echtheid straalt af op het publiek dat zichtbaar geniet van deze één na laatste act in de zaal. (LN) 

Joia is de band van de gelijknamige frontvrouw Joia Rath, die inmiddels ook geen beginner meer is en met haar band een aantal zeer prestigieuze shows op d’r naam heeft staan. De soundcheck in de Grote Zaal lijkt onnodig lang te duren, maar als het eerste nummer dan wordt gespeeld stroomt het publiek toch de zaal in. Het publiek wordt opgezogen in een mix van lyrische samenzang en goed samenspel van een originele band. Het repertoire lijkt hier en daar wel erg op elkaar, maar er zijn genoeg factoren die je dat doen vergeten. De zangkunsten van Joia zelf niet in de laatste plaats. (LN) 

De jonge Rotterdamse producer Sykess sluit in de Grote Zaal van de Gouvernestraat het door Music Matters en Roots & Routes gehoste blokje af. Het is de eerste keer dat Mike Everling zo in zijn eentje voor een zaal staat, zegt hij duidelijk onwennig met de situatie. Dan helpt het niet als de boel ineens helemaal stil valt als je net helemaal in je tweede nummer zit. Hij herpakt zich snel en laat horen dat hij iets origineels te bieden heeft. Minimale bassen en ritmes, een bescheiden aanwezige pianolijn en vooral zijn stem. Een prettig hooghese soulvolle stem. Breekbaar en niet overal even bestendig, maar een instrument om te koesteren en verder te polijsten. Na een flard meegepikt te hebben van de dancebattles in de overvolle foyer en een vurig maatschappelijk debat op het herentoilet is het in de Grote Zaal tijd voor de programmering van Talk of the Town. (KJV) 

Het programma van Talk of the Town wordt afgetrapt door het Roy de Rijke Trio, dat door ziekte van de bassist is geamputeerd tot duo. De Haagse gitarist is pas twintig, maar heeft al ruim vijf jaar podiumervaring. Hij deelt deze vanavond met zijn vader Leo, die de ritmegitaar doet. “We gaan een leuke gypsy-act doen”, zegt Roy. Een act die doorspekt is met de liefde voor de muziek van gitaargenie Django Reinhardt (1910-1953). Enkele nummers van hem, waaronder diens ode aan Duke Ellington en ‘Dream of you’ komen voorbij. Allemaal hetzelfde vingervlugge gypsy gitaarwerk. Roy speelt het ogenschijnlijk met het grootste gemak, getuige zijn permanente glimlach. Vader en zoon genieten overduidelijk van het samenspel. Toch dwalen je gedachten halverwege het vierde nummer ongemerkt af. Zaten we twintig jaar geleden echt op dit soort ongemakkelijke stoelen in de bioscoopzaal? Is dat een diskwalificatie van deze muziek? Nee, ook wegdroommuziek kan prachtig zijn. En dat is het zeker. (KJV) 

Roy de Rijke verruilt zijn akoestische gitaar voor een elektrische en kan blijven staan voor de volgende act van een half uur. Diona Fox & Her Ragdolls maken nachtclubmuziek, maar dan niet van het soort dat langzaam wegzakt naar de achtergrond. Alleen al door de aanwezigheid van frontvrouw Karin Canters blijft de band de aandacht vasthouden. Maar zeker ook door de broeierige mix van soul en jazz. Met een overduidelijke knipoog naar het Amerikaanse jazzverleden, maar ook met een heel eigen Ragdoll-geluid. “Opzwepend en easy listening tegelijk”, omschrijft de band het zelf. In een paar jaar tijd hebben ze al honderden vlieguren gemaakt, en dat is te horen. Na een finaleplaats in de Grote Prijs van Rotterdam eind vorig jaar en een dit jaar uitkomend debuutalbum gaan er ongetwijfeld nieuwe hoogtepunten volgen voor deze band. (KJV) 

Het contrast is groot met de act erna. De gitarist Zoltan Polgar (Hongarije, 1990) stelt zijn muzikale kompanen (Costas Mavridis op contrabas en Ruud Voesten op drums) timide voor. Na het eerste nummer, de eigen compositie ‘Blues #1’, bedankt hij het publiek (er zit zo’n vijftig man in de oude bioscoopzaal) dat ze zijn blijven luisteren. De eerste tien jaar van zijn leven speelde Zoltan viool, maar daarna koos hij voor de gitaar. In 2013 rondde hij zijn opleiding af bij Codarts Rotterdam en doorliep daarna de Jazz
Academy van het Rotterdams Conservatorium. Met zijn trio speelt hij uitermate relaxte bluesovergoten jazz. Misschien iets te relaxt voor dit festivalpubliek. Vogels van divers pluimage lopen de zaal in en uit, iets dat overigens wel kenmerkend is voor dit festival. Het fladdert allemaal zonder onvertogen twiet door elkaar heen. Dit trio zou echter beter tot zijn recht komen in een zaal vol geboeide jazzliefhebbers en in hun slotnummer laten de drie hun virtuositeit nog één keer overduidelijk horen. (KJV) 

Noël (van Drunen) heeft minder tijd gestoken in de voorbereiding van zijn optreden. Hij is vergeten de setlist op te sturen naar toetsenist Joachim (van Marrewijk). En hij heeft ook nog eens een gat in zijn broek. Het dondert niet, want juist de spannende spontaniteit maakt dit een boeiende afsluiting van de avond in de Grote Zaal. Noël laat meteen horen in Bill Whithers-cover ‘Ain’t no sunshine’ welk prachtig stemgeluid hij in huis heeft. Met zijn laptop samplet hij zang en beatboxritmes. Joachim kijkt, luistert en vult prachtig in met zijn Nord-keyboard. De arrangementen smaken naar Massive Attack en Craig Armstrong. Het half uurtje is in een vloek en een beat voorbij. Voor de ingang van de Gouvernestraat gaan de in wietdampen gehulde discussies nog even door. (KJV)