Albumrecensie: Wolf in Loveland – We Set Out in the Naked Dawn

Meer afwisseling op sterk tweede album

Tekst: Guido den Boer ,

Net iets meer dan een jaar geleden bracht de Rotterdamse folkrock band Wolf in Loveland een bijzonder sterk titelloos debuutalbum uit. Voor de band volgde een druk jaar bomvol optredens door het hele land. Je zou denken dat ze het dus veel te druk hebben gehad om te werken aan nieuw materiaal. Niets is echter minder waar, want op zaterdag 29 maart bracht Wolf in Loveland alweer een nieuw album uit. 'We Set Out in the Naked Dawn' bevat niet minder dan twaalf gloednieuwe nummers, die onder toeziend oog van Elevate Records uitstekend geproduceerd zijn.

Jan Minnaard fungeert op 'We Set Out in the Naked Dawn' ook weer als roedelleider en is dan ook het meest prominent aanwezig op het album. Zijn zang, donker en warm, is precies voldoende naar de voorgrond getrokken. Zangeressen Merel Moelker en Janine van Osta vallen Minnaard geregeld bij en brengen de boeiende zanglijntjes steeds weer naar nieuwe hoogtes. "So let's sing now in harmony / I have the perfect melody" zingt de band dan ook toepasselijk in opener 'The Best Part'.

Ook de gitaren zijn weer duidelijk aanwezig. De heldere akoestische gitaar van Minnaard geeft mooie, rustige melodieën, het electrische gitaarwerk van krullenbollen Bas van Holt en Tim van der Burg zorgt voor de scherpere akkoordjes en solo's. Juist de timing en subtiliteit van deze twee heren maakt de muziek van Wolf in Loveland zo boeiend. In 'La Brugière (Song For Ben Gerard)' bijvoorbeeld is de rust naar aanloop van de gitaarsolo een prachtig spanningsveld, waardoor de solo uiteindelijk nog beter tot zijn recht komt.
 
Drummer Rafael Schwiddissen, nieuw in de bezetting sinds het vorige album, toont zich een ritmische alleskunner. Zijn originele drumpartijen zitten bomvol kleine, subtiele trucjes en handigheidjes, die de nummers bij goed beluisteren een extra laag geven. Dat is toch weer heel wat anders dan het stamp- en beukwerk dat hij levert bij zijn andere band, the Rhythm Chiefs. De dynamiek die hij legt in het nummer 'The Devil Has No Home', rustig opbouwend, strakke breaks en fills om uiteindelijk pas op volle touren te gaan tijdens de solo, geeft het nummer de diepgang die het zou missen met normale, hoekige vierkwartsmaten. En bassist Ruben Trouborst? Die knutselt alles op zijn dooie akkertje aan elkaar.
Het grote verschil met de voorganger is dat 'We Set Out in the Naked Dawn' zich van meer afwisseling bedient. Waar het titelloze album het vooral moest hebben van dromerigheid en melancholiek, bezit de opvolger een breder scala aan sferen. De melancholiek en dromerigheid zijn nog steeds een belangrijk onderdeel van de nummers, met als hoogtepunt de met country doordrenkte ballade 'Sacrifice', maar er zit ook veel vrolijk werk bij. 'County Fair' bijvoorbeeld, waar de band je maar wat graag mee naartoe zou willen nemen. Daar schijnen veel gelukkige, mooie mensen te zijn, als we de teksten mogen geloven.
 
Er zitten ook wat aangename verrassingen in het album. Zo is er een trompet te horen in 'Soul of a Woman' en doet Minnaard in de nummers 'Trumpets' en 'Killer Whales of Eden' een stapje terug, zodat respectievelijk Merel Moelker en Janine van Osta de hoofdzang voor hun rekening kunnen nemen. Beide dames hebben solo al een behoorlijke staat van dienst en dragen deze nummers dan ook uitstekend.
 
Men heeft het vaak over de moeilijke tweede. Voor veel artiesten is het opnemen van een opvolger van een sterk debuutalbum een absolute bottleneck. Wolf in Loveland lijkt hier echter totaal geen last van te hebben. Met 'We Set Out in the Naked Dawn' hebben zij wederom een prachtig werk geleverd, dat alle verwachtingen overstijgt. De clubs en festivalweides zullen hen in 2014 ongetwijfeld ook weer met open armen ontvangen.