Het is onwaarschijnlijk lekker weer als ik naar de Lantaarn rij. De temperatuur is voor het eerst in dagen weer ruim boven de 20 graden en dat is goed te merken. Dorpsterrasjes zitten lekker vol en de voorbijgangers worden luidruchtig door de lokale drinkers begroet. Wat vroeg aangekomen vandaag dus het besluit nog even voor de zaal in het zonnetje op een bankje te ploffen is snel genomen.
Lang blijf ik niet hangen want The Accelerators wachten binnen. De zaal is nauwelijks halfvol als ze aftrappen met het nummer ‘Ready Set Go’ . Het tempo is lekker hoog en de heren staan strak te spelen zoals een goede punkband het betaamt. Sander Wander, de vaste gitarist van de band moet vanwege familieomstandigheden excuseren, zijn vervanger Marien Nicotine speelt alsof hij gewoon al jaren meedoet.
Ondanks dat de band aanstekelijk energiek en vol enthousiasme staat te spelen, krijgen ze het publiek helaas niet mee. Het zal te wijten zijn aan het feit dat de weersomstandigheden buiten niet echt uitnodigen om binnen nu al los te gaan. Dit is erg jammer want de heren doen hun stinkende best op het podium, nummers als ‘Kicked’ en ‘Borrowed time’ gaan erin alsof het een koel biertje van tap betreft. Halverwege het optreden gaat het even technisch mis omdat blijkbaar de microfoon van de, overigens heerlijk gemeen kijkende, zanger/bassist Ox het geweld onder deze omstandigheden niet meer aankan. Even het probleemgeval (de microfoon welteverstaan) wisselen en het gas kan er weer vol op. The Accelerators spelen zich verder probleemloos naar het einde van hun optreden met ‘Night’ als laatste nummer op de setlist. Een leukere support voor Heideroosjes zou ik vanavond niet kunnen bedenken.
Na een korte pauze is het tijd voor Marco Roelofs en zijn mannen, het knalt er direct lekker in met ‘I’m not deaf!!..’ Het is grappig om te zien dat deze oudgedienden nog steeds een jonge aanwas naar de zaal trekken hoewel ze zelf alweer 20 jaar bezig zijn. De touch met hun ‘lost generation’ is er nog steeds. De wat oudere jongere zal zich herkennen in het nieuwe nummer ‘De wereld draait door’, wat ze overigens pas voor de tweede keer live spelen vanavond. Hier somt Marco en passant de gebeurtenissen van de afgelopen 20 jaar in pakweg 3 minuten tijd op.
Ook tijdens dit optreden blijkt de zaal niet meteen in staat te zijn om flink de pit in te gaan. Voor de Heideroosjes is het vandaag de tweede show, eerder vandaag stonden ze op Torenpop in Amersfoort en het lijkt er op dat de publieksparticipatie op dit festival aardig wat groter was. Getuige de moedige pogingen van de band om het (voor grotendeels) stugge Hellendoornse publiek wat meer in de benen te krijgen. De gewenste circle pit tijdens ‘Fistful of ideals’ blijft helaas aan de matte kant.
Marco Roelofs staat al wat langer bekend om het feit dat hij geen blad voor de mond neemt, tijdens de show provoceert hij het publiek door veelvuldig, vertelt hij hoe de bassist vandaag de verjaardag van de drummer vergeten is en laat hij in de aanloop naar ‘Nothings Wrong’ weten dat, vooral door zijn verbroken relatie, het afgelopen jaar niet zijn beste was.
Ondanks het feit dat de zaal niet uitverkocht is, zetten de Heideroosjes vandaag gewoon weer een goeie punkshow neer. De band wordt door het publiek pas beloont in de eindfase wanneer de oude nummers uit begin jaren negentig weer van stal worden gehaald. Op de medley van ‘Klapvee/GTST/Punica Oase en/Teringtyfustakketrut’ gaat het in een keer helemaal los in de lantaarn. De zanger is overigens dan nog niet zo tevreden over de stagedivers van deze avond en geeft zelf maar het goede voorbeeld.
De toegift bevat het nodige Metallica en dat kunnen ze hier in de streek wel waarderen, ‘Seek and destroy’ word luidruchtig meegebruld alsof Hetfield en de zijnen zelf op het podium staan. Terwijl buiten de geuren van barbecues de lucht bezwangeren hebben toch een paar honderd (neder)punk fans zich de moeite getroost om hun helden in een tropische zaal te gaan zien. En laat ik er verder kort over zijn: dat was meer dan de moeite waard. Zoals Marco het al zei na afloop: ‘Thank you for not barbecuing!’