Vanaf nu belichten we elke maand wat er gebeurt in de muziekscene van Noord-Holland die de grenzen opzoekt. Interdisciplinair, verwijderd van de gebaande paden, achter de zolderramen. DIY initiatieven en evenementen waar je soms nét je vinger niet op kunt leggen. In de vorm van een interview of verslag, of allebei. Analoog in beeld gebracht. Deze maand in Hatsjoe!: Nicheniezen met... Jasper Stadhouders.

Polyband in Bimhuis

Gitarist en componist Jasper Stadhouders heeft zijn muziek nooit als
minimalistisch bestempeld. Toch ligt de kracht van zijn nieuwe
compositie voor de Polyband juist in zijn eenvoud. Ironisch, want het
podium van het Amsterdamse Bimhuis zakte op woensdag 22 januari nog
net niet in elkaar onder de opstelling van het negentienkoppige
ensemble.

 

Wat begon in 2015 als trio is inmiddels uitgegroeid tot een all-star
freejazzorkest met ongebruikelijk instrumentarium. Naast drie
drummers, twee toetsenisten en twee gitaristen waarvan één
voornamelijk aan zijn effecten zit te draaien, zijn onder andere een
doedelzak, accordeon en cymbalom te horen. De band speelt een nieuw
stuk, gecomponeerd in opdracht van de Gaudeamus Muziekweek in Utrecht
waar afgelopen september ook de première plaatsvond. De compositie
draait om ritmische accenten en repetitieve patronen maar hangt van
improvisatie aan elkaar, en klinkt als Miles Davis en Terry Riley die
samen op wereldreis gaan. Alle muzikanten spelen de gecomponeerde
stukken in verschillende combinaties en variaties, waardoor een
levendige wereld van geluid ontstaat die nooit hetzelfde is, maar wel
herkenbaar en coherent blijft. Tussen de ritmische patronen horen we
polytonale doedelzakuitbarstingen van Genevieve Murphy en de
buitenaardse geluidseffecten van gitarist Jeroen Kimman. Af en toe
steken een drumsolo, freaky blazers of een verfrissende zangstem boven
het kabaal uit.

 

Polyband

Suzanne de Bekker

Naast geluid is ook dans een belangrijk onderdeel van de performance.
Misschien wat minder uitgesproken dan in het vorige stuk, waarin
danseres Ibelisse Guardia Ferragutti als een Turkse dervish vijftig
minuten achter elkaar rondjes stond te draaien. Een intense en
opzwepende performance die de energie van de band laatt gieren en
zowel muzikanten als publiek in diepe trance weet te krijgen. De
danspartij van het nieuwe stuk, uitgevoerd door Ibelisse, Marjolijn
Vogels en Suzanne de Bekker en gechoreografeerd door Marjolijn, is een
stuk ingetogener, maar sluit dan juist weer naadloos aan bij de rest
van de band. Ook de dansers geven ritmische accenten en verschijnen in
verschillende combinaties op het toneel. Soms zit Ibelisse als enige
als in een droom verzonken midden op het podium, dan weer verkeren
Marjolijn en Suzanne in een gepassioneerde verstrengeling terwijl de
Polyband als een ontsporende trein te keer gaat. De intensiteit van
dit nieuwe stuk zit hem minder in de individuele muzikanten en des te
meer in de enorme variatie aan geluid en textuur, en in hoe
gestructureerd alles in elkaar zit. Ondanks, nee, juist dankzij de
improvisatie. De compositie zelf is vrij eenvoudig, het zijn dan weer
de improviserende muzikanten die het tot een levendig geheel maken.
Iedereen is in tune met elkaar en soms (bedoeld) out of tune met
zichzelf.

 

Na afloop sprak Luka Schuurman nog met Jasper Stadhouders.

Hoe vond je het gaan?

"Het is voor mij nog steeds bijna onvoorstelbaar om überhaupt met die
grote groep in dezelfde ruimte te zijn en te spelen voor mensen. Dat
is nu de derde keer met deze compositie. En om dan thuis in het
Bimhuis te staan in Amsterdam, dat is gewoon wauw!"

Deze compositie was in opdracht, kan je vertellen hoe dit alles tot stand is gekomen?

"Martijn Buser, de programmeur van Gaudeamus volgt de Polyband al best lang en ik ken hem ook al heel lang uit de Utrechtse scene. In november 2018 mailde hij: “Hey, mag ik je telefoonnummer want ik wil je bellen voor iets” en ik had al zo’n voorgevoel want ik weet natuurlijk wat Martijn doet, hij is programmeur en hij bedenkt dingen. En ja hoor! Hij vroeg wat mijn plannen waren voor de Polyband en ik had dit idee eigenlijk al heel lang in mijn hoofd. De eerste Polyband was één compositie die zichzelf steeds uitbreidde, van een trio tot met zijn tienen ongeveer, maar ik had in mijn hoofd nog allemaal ideeën over polyritmiek, polytonaliteit, textuur en instrumentatie, en om dat echt te laten werken had ik heel veel mensen en klankkleuren nodig. Dus toen Martijn mij vroeg naar mijn toekomstplannen had ik al bijna een klaar plan liggen. Hij was gelijk enthousiast en gaf mij de opdracht, en ik kreeg eigenlijk carte blanche. Voor het eerst had ik de ruimte, tijd en middelen om al die ideeën echt uit te werken.
In eerste instantie dacht ik aan vijftien mensen, maar ik bedacht dat er ook zang en dans bij moest, en voor zo’n grote band ook een live geluidstechnicus. Zo komen we op negentien mensen."

Jeroen Kimman (l) en Jasper Stadhouders

"Het idee voor de Polyband heb ik eigenlijk al een jaar of zeven, acht.
Ik kom uit Brabant en ben eigenlijk niet opgegroeid met volksmuziek. Ik deed niet echt aan carnaval en speelde wel eventrompet maar zat niet in een blazerskapel. Wel luisterde ik al heel lang naar allerlei traditionele muziek uit de hele wereld. En dat voelde als muziek die altijd al bestaan heeft, altijd zal blijven bestaan maar wel heel urgent voelt. Het gaat niet om de mensen die het maken, het bestaat gewoon. Ik dacht: hoe kan ik zelf muziek proberen te verzinnen die voelt alsof het altijd al bestaan heeft, altijd zal blijven bestaan maar wel heel urgent voelt? En zo is dat idee tot stand gekomen. De invloeden die ik voor de Polyband heb die zijn al zo oud als muziek zelf."

"Ritme is een van de belangrijkste dingen voor mij. Accenten kunnen zoveel teweeg brengen. Ik ben gitarist dus ik hou ook van riffs, locking in met een drummer enzo. En als je een riff heel lang speelt kom je in een soort van trance. Dat was echt het uitgangspunt. Een ritmische structuur waar alles in kan gebeuren. Als ik het heel wiskundig benader is het eigenlijk een raster, een cyclus van een aantal beats. Die kan je op allerlei verschillende manieren berekenen maar als die er staan, en alle muzikanten begrijpen dat, dan hoef je het niet eens meer te spelen."

Was het afgesproken wie wat speelt? Want je hebt wel gerepeteerd.

"Dat is zo min mogelijk afgesproken. We hebben heel veel gerepeteerd,
maar ik heb al het gecomponeerde materiaal op een paar pagina’s gezet
die iedereen kreeg, dus iedereen kan elke partij spelen in
verschillende combinaties."

Polyband

Je creëert eigenlijk een soort wereld van geluid. Af en toe zat ik weg te dromen en dan kwam ik weer terug en waren jullie nog steeds bezig. Was dat ook je insteek bij het bedenken van eeuwige muziek, dat je het altijd aan kan laten staan en erin en eruit kan lopen?

"Ja, in die zin is het ook heel raar om te zeggen dat je een concert
gaat geven, dat je om half tien op het podium van het Bimhuis gaat
staan en anderhalfuur gaat spelen. Ik heb nooit bedacht dat het
anderhalfuur zou duren, daarom is het ook geen lineaire compositie."

Ibelisse zei dat ze blij is dat ze de choreografie van het vorige stuk
niet meer hoeft te doen.
 

(Lacht) "Daar kwam ze zelf mee! Als je dat draaien eenmaal begint te zien dan kan je niet meer weg. Dat had ook heel veel invloed op hoe wij speelden. Maar Marjolijn wilde al een tijdje iets met ritmes doen in haar choreografie, en dat ging eigenlijk precies over hetzelfde als waar ik mee bezig was. Dus toen hebben we besloten om het te combineren. Een dansbeweging kan je ook oppikken als muzikaal materiaal, dus het doel is ook dat het echt een wisselwerking wordt."
 

Deze avond in het Bimhuis was een samenwerking met dansfestival WhyNot en concertserie The Rest is Noise. Het voorprogramma stond opgesteld
in de entreehal en bestond uit een performance van Amos Ben-Tal en
Gosse De Kort getiteld A Question of Ma, waarin technologie menselijk
lijkt te worden door middel van een choreografie voor dansers én
installatie. Palen met staven draaiend als windmolens vormen het
landschap dat door de dansers Luca Cacitti en Amos eerst afwisselend
en daarna samen getrotseerd en overwonnen wordt. Het mechanische
geluid van de draaiende staven steekt vervreemdend af tegen de kalme
muziek, het stuk zuigt je op en hypnotiseert je. Zowel A Question of
Ma als de Polyband scheppen een ruimtelijke wereld waarin vanalles
gebeurt. De één kalm en intiem, de ander explosief en kleurrijk.
Sterke programmering.

Gedurende de bijna anderhalf uur dat de Polyband op de planken staat
lijken de spelers, in het begin in uiterste concentratie, één voor één
los te komen en naarmate het stuk vordert doen steeds meer lachende
gezichten en twinkeloogjes de ronde. Uiteindelijk is de Polyband
gewoon een grote groep vrienden die mooie muziek wil maken.

A Question of Ma