Als kind brachten familievakanties Pitou in contact met veel verschillende landen en culturen. Ze zette haar eerste muzikale stappen in een klassiek kinderkoor. Toen ze daar eenmaal stopte, begon het schrijven van haar eigen nummers. In 2016 maakten we dan voor het eerst kennis met de Amsterdamse, ondertussen 24-jarige Pitou Nicolaes. Haar muziek kreeg een pop- en folk-insteek, maar de klassieke invloeden bleven bestaan. ''Daar zit nog te veel in dat ik zo mooi vind. Dat hoef ik niet achter te laten,'' zegt ze erover. Haar eerste EP 'Pitou' werd onthaald met lovende woorden en was het begin van het wachten op haar eerste album. Technisch gezien moeten we nog steeds even wachten op een volwaardig album. Het onlangs gereleasede 'I Fall Asleep So Fast' is namelijk met zeven tracks een mini-album, aldus Pitou zelf.

Pitou en Marieke McKenna van Mink Records ontmoette elkaar in een vroeg stadium van hun carrières en gingen de samenwerking graag aan. Pitou's eerste EP werd dus gereleased op Mink Records. Pitou nam haar tweede EP op met producer Jurriaan JJ Sielcken, die onder meer werkte met Herman van Veen, Jett Rebel, Lucas Hamming en Mevrouw Tamara (Tamara van Esch, de back-up toetsenist van Pitou). ''Ik ben heel blij dat ik weer iets nieuws mag brengen en dat ik de volgende stap in mijn albums nu heb kunnen zetten, een stap die ik live volgens mij al wel heb gemaakt. Ik hoop dat mensen dat ook horen als ze het opzetten.'' Pitou is gegroeid, maar niet alleen op muzikaal gebied – de band achter haar is ook gegroeid. Ze speelde voorheen met twee backing vocalisten. Nu met een drummer en toetsenist, die ook zingen. De backing vocals kunnen nu met vijf stemmen in plaats van drie ingekleurd worden.

De komende maanden reist Pitou met haar band van festival naar festival in binnen- en buitenland (waaronder Best Kept Secret en The Great Escape in Engeland) en in het najaar komen er nog meer showdata aan. Deze zomer verhuist ze tijdelijk naar Antwerpen. Verder heeft Pitou alweer een hoop geschreven, waardoor ze ook weer verder wilt met nieuwe muziek. Misschien hoeven we dan toch niet zo lang te wachten op een debuutalbum? Ze lacht. ''Het gaat vooral om wat past qua timing.''

Pitou houdt niet van het stramien, of zoals ze het zelf omschrijft: ze is allergisch voor standaard. Vandaar ook de tijdelijke verhuizing naar Antwerpen. ''Ik houd van Amsterdam, maar ik wil ook een keer iets anders meemaken,'' zegt ze. Ontdekken blijkt een centraal thema te hebben in haar leven: het is niet zozeer out-of-the-box, maar meer what’s-in-the-other-box? En wat staat er dan in Pitou’s platenkast?

Marcel Cellier – Le Mystere Des Voix Bulgares (vol. 2, 1987)

''Iedere kans die ik krijg om deze plaat te noemen, grijp ik met beide handen aan. Dit is zo mooi. En je ziet er nog heel veel van terugkomen: de documentaire van Lady Gaga begon met deze muziek en Perfume Genius opent ook altijd hiermee. De harmonieën zijn zo mooi en ze zingen op een hele specifieke manier, heel twangy, heel scherp, en dan met 40 vrouwen tegelijkertijd. Dat is met niets te vergelijken. Deze muziek staat voor mij heel erg op zichzelf, als een heel alienesque geluid. Als ik dit zelf zing in een zesstemmig assemblee, dat is zo intens. Het is een gevoelskwestie, dus het is moeilijk uit te leggen. Als je een klassiek stuk zingt, dan is dat bijna altijd mooi. En bij moderne klassiek worden vaak de dissonanten opgezocht. Daar is mooie muziek van, maar het is ook technisch. Het enige wat je doet, is die dissonanten opzoeken. En dit is heel mooi en gebruikt ook die dissonanten, maar zonder dat dat het enige is dat er wordt gebruikt. Als ik dit opzet, dan neemt het helemaal bezit van mijn hart, om het maar knullig te zeggen. Er zijn vrij weinig gedachtes, alleen deze intensiteit. En dat gebeurt bij mij niet zo snel, omdat ik toch snel naar de tekst ga luisteren. Dit is Bulgaars en dat versta ik natuurlijk niet, dus er is alleen maar plek voor de emotie.''

Billie Holiday – Lady in Satin (1958)

''Ja. Dit is zo’n plaat, zo’n plaat waar we het over hadden, dat je het niet uit kan leggen. Het zijn de verhalen die ze vertelt. Net als met Edith Piaf of Nina Simone. Getroebleerde vrouwen. Ik vind het leuk om te zien dat dat er nog steeds is. En het zijn voor mij gewoon iconen. Bij haar is het de stem, haar stem is zo fantastisch. En ook de manier waarop ze deze gebruikt, hoe ze de emotie door haar stem heen voedt. In haar muziek staat de stem centraal en je hoort ook dat er veel aandacht in is gestoken om deze centraal te stellen. Dat is iets wat ik zelf ook het belangrijkste vind, want de stem is toch wel hetgeen waar ik het meeste door geraakt word. 

Toen ik 16 was, ben ik bijna systematisch de muziekgeschiedenis doorgelopen. Dit was een van de eerste namen die ik toen tegenkwam en de eerste muziek die ik hoorde die niet klassiek was. Dat was ook deze plaat, trouwens.''

Johann Sebastian Bach – Matthäus-Passion (1972)

''Er zijn natuurlijk super veel mooie klassieke platen. Toen ik in het kinderkoor zong, heb ik drie keer mee mogen zingen in het Concertgebouw. Dat staat me nog goed bij – als je als klein kind, ik was 12 of 13, in je witte blouseje, tussen alle grote koorleden in het orkest mag staan. Dit is een plaat die ik zelf misschien niet zo snel op zou zetten. Als ik zelf klassiek luister, is het vaak meer uitgeklede muziek. Maar deze moet erbij vanwege de geschiedenis die ik ermee heb en omdat ik nog steeds heel blij word van deze plaat. Hoewel, als je deze plaat luistert, valt het toch altijd een beetje tegen. Dit is muziek die je live moet horen. En als je dit live hoort, als je bij een klassiek concert bent, dan voel je jezelf zo klein, maar op een prettige manier. Je bent dan zo overdonderd dat zoiets groots als dit bestaat. Het is absurd dat dan tweehonderd mensen op een podium staan en muziek maken waarvan je niet begrijpt hoe ze het hebben geschreven. Dat is dan bijna niet meer menselijk. Daardoor kan ik zo lekker wegdrijven op klassieke muziek.''

Melanie De Biasio – Lilies (2017)

“Ze wordt ook wel de Belgische Billie Holiday genoemd, en ook bij haar staat de stem centraal. Ik vind het heel bijzonder hoe zij met haar kunst bezig is zonder zich verder iets aan te trekken van dingen, van wat andere mensen denken en vinden. Als je haar ziet optreden, dan staat ze alleen naar de drummer gericht. En ze zingt het ook zoals ze misschien zou zingen in de repetitieruimte. Bij sommige artiesten zie je veel meer, of alleen maar, dat alter ego dat voortkomt uit een stage presence. Vragen als 'Amsterdam, hoe gaat het?!', soms zelfs al na het eerste nummer, dat zijn van die standaard praatjes die niets toevoegen. Ik heb daar een beetje een allergie voor. Ik snap dat sommigen het doen om voor zichzelf een toon te zetten, maar het ondermijnt het optreden sneller dan dat het een connectie met het publiek creëert. Door die standaard praatjes maak je dat een optreden toch altijd hetzelfde is, en het mooie van live naar iemand luisteren is dat het altijd verschilt. Of zou moeten verschillen per keer. Al die standaard praatjes en die vragen van de media van 'Wie ben jij?' laten geen ruimte voor verrassingen of creatie. En dat vind ik jammer. Dat vind ik aan De Biasio zo tof: het idee dat zij bij elk concert erin gaat zonder te denken 'Oké, dit is wat ik ga laten zien en dit is wie ik ben'. Ze gaat er open in. Ik probeer het zelf ook zo te doen. Maar het is en blijft een absurde situatie – je staat op een podium met een microfoon voor je gezicht tegenover honderd mensen die geen microfoon hebben.''

Orchestra Baobab – Pirates Choice (1989)

''Dit is een plaat die mijn ouders vroeger veel hebben gedraaid. Het is dus muziek waarmee ik ben opgegroeid. Hierop werd vroeger gedanst in de woonkamer. Op cassettebandje dan, natuurlijk. Ik kan het me niet echt meer herinneren, want ik heb een slecht geheugen en ben veel kwijt. Maar mijn ouders vertellen altijd dat we hierop dansten.''

Joni Mitchell – Both Sides Now (1969)

''Als je jong bent, dan ben je gewoon kind. Dan word je ouder en op een gegeven moment kom je erachter dat de omgeving waarin je je hebt bevonden een soort van de box is. Sommige mensen vinden deze box prima. Voor mij en veel anderen is het meer 'Oké, dit is een hele mooie doos, en misschien is dit ook wel de doos waar ik weer naar terug kom, maar ik wil eerst even kijken wat ik in andere dozen kan doen en hoe groot dat kan worden'. Ik heb heel erg de behoefte om zoveel mogelijk uit te proberen. Ik ben geen Wonderwoman en er zijn genoeg dingen die ik niet durf, maar uiteindelijk ga je maar in één doos weer de grond in. Het is niet alsof je dit dertig keer kan uitproberen. En deze plaat vind ik heel inspirerend en past bij die gedachte. Mitchell had de nummers al eerder uitgebracht, maar nam ze nog een keer op toen ze ergens in de vijftig was. Ik hoop dat als ik die leeftijd heb, ik ook nog bezig ben met onderzoeken en niet al heb gedacht van 'Oke, dit is het, dit is de doos waar ik in zit en ik mag niets meer vragen van de wereld of van mezelf'.

En er zijn een heleboel mooie ouwe-mannen-platen, zoals Leonard Cohen of Nick Cave. Ik ben altijd op zoek naar de ouwe-vrouwen-platen. Misschien zijn ze er wel en heb ik niet goed genoeg gezocht, maar over het algemeen zijn die er in veel mindere mate.

Deze plaat is zo bijzonder omdat Mitchell – met haar oude vrouwenstem – de teksten zingt die ze schreef toen ze veel jonger was. Dat heeft iets emotioneels. Alleen het lezen van de tekst van het nummer Both Sides Now zorgt al voor tranen in m’n ogen. En dan met haar stem... Door dat leven dat tussen haar stem en de tekst zit, komt er zo’n extra laag bij. Dat maakt het zo mooi.''

Met dank aan Concerto Amsterdam.