De ene week speelt band CHARLOT driemaal het voorprogramma van Froukje in AFAS Live, en de week erop trappen ze hun eigen clubtour af met een pitstop in Amsterdam. Afgelopen zaterdagavond bijvoorbeeld, als de muzikanten met volle overtuiging een knallend optreden geven in Bitterzoet. De set begint met een flinke dosis kracht, waarbij de vocalen en rookmachine meteen opvallen. Het lijkt een moment van verkenning, maar juist daardoor weet de band een intrigerend spanningsveld op te bouwen. Wat volgt, is een dynamische show die voortdurend op zoek lijkt naar de volgende explosie. Net wanneer je denkt te weten waar het heen gaat, slaat de muziek weer een nieuwe richting in. Waar zouden ze die trucjes geleerd hebben?

Magische elixer

Spelen, spelen, spelen

Dat is een vraag waarop het antwoord niet zo eenvoudig te vinden is. Een mogelijke verklaring is de gezamenlijke opleiding aan het Conservatorium Haarlem, waar alle bandleden hebben gestudeerd. Het is tenslotte in de wandelgangen van dat gebouw dat CHARLOT in 2017 ontstaat. Ook het competitieve karakter van de band tijdens de Rob Acda Awards kan hebben bijgedragen. In november 2019 winnen zij de eerste voorronde, maar tot de finale komt het niet, omdat die vanwege de coronapandemie uiteindelijk wordt afgelast. Of misschien is het simpelweg repeteren en spelen, spelen, spelen het magische elixer geweest – van de Popronde en diverse supportacts in 2022 naar het podium van Noorderslag in januari 2024. Hoe dan ook, CHARLOT heeft genoeg momenten gehad om zich te ontwikkelen tot de band die ze vandaag zijn.

Naast enkele singles en EP-releases was het dan eindelijk tijd voor een debuutalbum. En niet zomaar eentje. Een conceptalbum dat alles wat je denkt te weten over een sprookje op zijn kop zet. Een album waarin het geluid steeds vaker de donkere kanten opzoekt, om de grond aan te raken voordat de stem van Lotte Mulder de luisteraar meeneemt naar een plek veel hoger. Het is een interessante definitie van balans, maar wel een die werkt. En wees gerust: dit wordt naadloos vertaald van koptelefoon naar een volle concertzaal.

Capitulatie

Door en door puur

Vanaf het eerste moment is het duidelijk: we kijken hier niet naar zomaar een performer. Lotte is geen tovenaar of heks, maar ze heeft onmiskenbaar iets magisch. Tijdens de intro van White Swan springt deze magie direct in het oog, met haar zichtbare controle over het nummer. Het hele publiek lijkt vast geankerd aan elke beweging van de band. Pas bij het tweede nummer verschijnt er een subtiele glimlach op Lottes gezicht, een teken dat ze echt aanwezig is in de zaal. Dat is een bijzonder moment, zeker bij een zangeres die zich volledig overgeeft aan haar kunst. Daarin schuilt de ware kracht van het optreden: het voelt alsof Lotte niet alleen samenwerkt met haar vaste bandleden, maar met iets dat verder reikt dan het podium zelf. De muziek voelt bijna tastbaar, alsof het rechtstreeks vanuit haar lichaam naar het publiek wordt overgebracht. Het geheel straalt een puurheid uit die je niet zomaar kunt nabootsen. Dat is indrukwekkend, zeker in een tijd waarin authenticiteit vaak zorgvuldig wordt geregisseerd.

Later nodigt Lotte haar goede vriend en collega Melle Boddaert (zie grote foto) uit om samen een nummer te zingen dat zij hebben geschreven: Sometimes I Still Live In My Head. Het lied vertelt het herkenbare verhaal van het verliezen van iets dierbaars, vaak voordat we er echt klaar voor zijn – als dat moment ooit komt. Dit soort nummers vormen het hart van het eerste deel van het concert. Gelukkig weet de band Lotte het vertrouwen te geven om zich volledig open te stellen op het podium, met alle kracht en kwetsbaarheid die daarbij komt kijken.

Totaalplaatje

Dansen of dansen

Je weet nooit of CHARLOT je de dansvloer opjaagt of juist meevoert naar een intieme achterkamer voor een goed gesprek. De tweede helft van het optreden bewijst dit feilloos. Het is precies deze onvoorspelbaarheid die van een lijstje aan nummers een complete setlist weet te maken. De hele set voelt als een levend organisme, met de frontvrouw als kloppend hart in het midden. Hoe meer energie er in de zaal hangt, hoe meer gas de band erbij geeft. Het is maar goed dat Lotte weet wanneer ze de muziek moet stoppen, anders was de band nooit meer vertrokken van de Spuistraat.

Het spel van pauzes en hervattingen geeft het publiek een voelbaar ritme. Tegelijkertijd laat deze begrenzing een vleugje mysterie achter door onverkende ruimte juist onaangeroerd te laten. In de metaforische wereld van Alice in Wonderland zou dit allesbehalve wenselijk zijn, maar CHARLOT toont aan dat in onze realiteit juist een behoefte bestaat aan die stilte en spanning. Het is een manier om kracht te laten groeien, die ontlaadt als bliksem in een mix van pulsende synths en golvende soundscapes. Een ingetogen maar krachtige spanningsopbouw doet de rest. Voor je het doorhebt, sta je al te dansen.

Dwaaltocht

Een fabelwereld als decor

Met een interlude schakelt de band moeiteloos door naar de encore, terwijl de thematiek van het optreden consistent blijft: een fabelwereld als decor. Waar het album eindigt met de realisatie dat alle avonturen slechts een droom waren, lijkt CHARLOT voor de clubtour een andere keuze te hebben gemaakt. Hier sluiten ze af met hun debuutsingle Better When It’s Dark, een nummer dat iedereen verleidt tot een dwaaltocht. Wat je daarvan moet maken, wordt niet uitgelegd. Misschien kun je alleen door te verdwalen ontdekken waar je thuishoort.

CHARLOT is inmiddels halverwege de tour. Naast Amsterdam staan ook Antwerpen, Rotterdam en Tilburg nog op de planning om hun debuutalbum te promoten.