Detroit techno ontstond midden jaren tachtig. Een belangrijke pion is de mysterieuze radiodj The Electrifying Mojo, die met een eclectische mix van soul, funk en Europese experimentele electronica, de pioniers van het genre inspireerde. Vooral Kraftwerk heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten op de stad die werd voortgestuwd door de robots van de Fordfabrieken. Die invloed blijkt ook vanavond. Tijdens de generale repetitie citeert Los Hermanos toetsenist Gerald Mitchell Kraftwerk’s ‘Trans Europa Express’ en ‘Now That We Found Love’ van Third World. Mark Flash bespeelt een elektronische bongo en Ray 7 vult allerlei ritmische lagen toe. Tijdens het optreden in De Muziekgieterij wordt het trio voor de gelegenheid versterkt door bassist Marcel en saxofonist Domgue van Detroit Grand Pubahs. “Ik begon in een gospel kerk, dat is mijn muzikale achtergrond. Later speelde ik in jazz en top 40 bands, ik werd geïntroduceerd in hiphop en daarna in de techno. De eerste technoplaat die ik goed vond was Jeff Mills’ ‘The Bells’”, vertelt voorman Gerald Mitchell. Raphael Merriweathers Jr., alias Ray 7, deelt die achtergrond met Mitchell. “Ik speelde drums en ontmoette (Underground Resistance labelbaas– M.K.) ´Mad’ Mike Banks op de middelbare school en we experimenteerden met muziek. Mijn eerste ‘techno’ plaat is Kraftwerk.” Dj Mark Flash’s vader was muzikant. “Ik heb het van hem. Ik speelde gitaar, bas en drums. Daarna verhuisde ik naar New York, waar ik vijf jaar deejayde, waarna ik terug keerde naar Detroit, ik draaide er hiphop. Mijn eerste technonummer, het is meer hiphop of electro, was ‘Planet Rock’ (van Afrika Bambaataa And The Soul Sonic Force – M.K.)”. Het drietal ziet zichzelf als een elektronische interpretatie van de grote Afro Latinobands als Santana en War. “Toen Los Hermanos begon was dat met dj Rolando, hij is een Latino en ik ben Afro Amerikaans. Wij werkten aan een project met Mike Banks en we hielden allemaal van War en Carlos Santana en daar hebben we ons naar gemodelleerd in techno stijl”, vertelt de toetsenist van de groep. “Ik vroeg aan Rolando hoe je ‘de broeders’ in het Spaans zei en ik vond Los Hermanos een goede naam. We komen uit twee verschillende buurten, hij komt uit Zuidwest en ik uit Noordwest Detroit, het is een arbeidersstad en we hebben die twee achtergronden samengebracht.” Mark Flash: “Rolando introduceerde mij bij Underground Resistance, we groeiden op in dezelfde buurt, ik ben half Braziliaans, dat is de achtergrond die ik meeneem in de groep.” ”Rolando was veel aan het toeren en was het zat om maar steeds naar Europa te moeten reizen omdat hier het meeste werk voor hem was. Plus hij is getrouwd met een Europese vrouw, dus is hij naar hier verhuisd. Hij ging solo en ik ging verder met Los Hermanos”, vertelt Mitchell. “De naam van het album is ‘Transitions & Concepts’, het gaat over de verschillende plaatsen die we met zijn drieën bezochten, de verschillende culturen en tradities waar we over geleerd hebben, verschillende stijlen”, gaat hij verder. “We worden altijd geïnspireerd door onze fans, ze zijn onze grootste inspiratiebron, maar natuurlijk ook andere dj’s en producers. We proberen dat allemaal samen te brengen in onze muziek, een breed spectrum van muziek te brengen, niet maar één stijl.” De muziek van Los Hermanos verschijnt via Underground Resistance, een militant collectief van techno muzikanten uit Detroit, opgericht in 1991. Ray 7: “Het is gebaseerd op een militair principe. We proberen niet te politiek te zijn. Sommige nummers op het label hebben een heel donker geluid, the city has a way of doing that to you. Los Hermanos is eigenlijk het tegenovergestelde.” Gerald: “ ‘Mad’ Mike Banks stimuleert jou als producer om je eigen geluid te vinden en te zoeken in je eigen achtergrond. Ook al is hij een grote inspiratiebron voor ons allemaal, toch moet je niet willen klinken zoals hem, Jeff Mills of Robert Hood. Met Los Hermanos hebben wij dat geluid met ‘Jaguar’ gevonden. Volgens mij is er bij Underground Resistance geen enkel nummer dat er op lijkt.” Mark: “Het is ook het verzetten tegen de mainstream. Wil je niet zoals anderen klinken, dan verzet je je daar tegen. Dat is mijn interpretatie van Underground Resistance.” Het trio maakt ook deel uit van Galaxy 2 Galaxy. “Het is veel jazzier, met Galaxy 2 Galaxy gaan we terug naar onze jazzwortels”, legt Merriweathers het verschil uit met Los Hermanos. Lacht: “Het houdt mijn alteregos tevreden.” Detroit techno staat bekend als een subgenre dat op een abstracte manier soul toevoegt. Hoe zouden ze de muziek beschrijven als een marsmannetje hen dat zou vragen? “Volgens mij is dat al eens gebeurt!”, lacht Mitchell, die ook platen uitbracht als Marchian 044. “Het is meer een gevoel, daarom draagt Underground Resistance op foto’s een masker, het heeft meer met gevoel te maken dan met iets dat je kunt beschrijven”, vind Mark Flash. “Techno gebruikt de technologie van muziekinstrumenten om iets te creëren dat muzikanten niet kunnen spelen. Met sequencers en samplers vervormen en creëren wij geluid”, vertelt Gerald. “Ik probeer altijd iets nieuws te maken, dat is techno voor mij. Ik voeg soul aan de muziek toe door wat muzikale elementen toe te voegen die ik miste toen toen ik voor het eerst techno luisterde.” De beats van Detroit’s beroemdste hiphopproducer, de alom betreurde J. Dilla, weten ook dat abstracte soulgevoel te bewerkstelligen. Is dat de invloed van de stad? “Ja, volgens mij wel”, vind Gerald. “Detroit heeft sterke gospelwortels. Er zijn vele kerken en vele drankwinkels op elke hoek. De keuze is aan jou, begrijp je?, lacht hij. “Verzet je maar tegen waar jij je tegen wilt verzetten! Door die sterke gospelwortels zijn de standaarden al gezet voordat techno er was. Je hebt de jazzmuzikanten, Miles Davis woonde een tijd in Detroit en natuurlijk Motown. Als muzikant uit Detroit moet je dat vertegenwoordigen. Het is een verantwoordelijkheid die je hebt, Detroit staat niet alleen bekent om haar auto’s, maar ook om haar muziek.” Om economische reden werd Los Hermanos de liveact terug gebracht naar drie man. Live spelen ze over hun eigen albums heen. Desondanks kijken ze ernaar uit weer op te gaan treden op volle sterkte. Mitchell: “We zijn er klaar voor, misschien een paar keer extra oefenen. We hadden drie keyboard spelers, een bassist, een drummer en een percussionist, veel mensen. Ik mis het grote bandgeluid!” Denken ze bij het maken van hun nummers hoe ze het live kunnen brengen? Ray 7: “Ik heb dat wel, ik denk daar altijd aan, dat is mijn ding. Ik zie veel techno acts die alleen maar op knopjes drukken en dat is niet mijn ding. Ik zei tegen Mike: als we dit live gaan doen, dan moeten we echt gaan spelen.” “Met die laptops is het net alsof ze hun e-mail checken op het podium!”, vult Flash hem aan. Gerald: “We gebruiken de technologie: we gebruiken laptops, maar we spelen wel live. Als ik beats maak, dan richt ik mij op de dj’s, want zo ben ik begonnen: leren nummers te maken die een dj kan draaien. Op ons nieuwe album heb ik muziek gemaakt die we live konden spelen. Simpel, maar met ruimte om over te improviseren. Vanavond ga je iets horen dat je normaal niet op plaat hoort, iets extra’s dat de mensen zullen waarderen.” Na het interview haalt Gerald Mitchell een spindel met cdr’s uit zijn tas en overhandigd mij een exemplaar van het nieuwe album ‘Transitions & Concepts’, dat deze maand in de winkels ligt.