Ania Tarnowska, professioneel bekend als I Ya Toyah, mag de avond openen en doet dat vol overgave. Deze muzikant, zangeres, producer en performer staat zeker niet eenzaam of verlegen op het podium. Omgeven door versterkers en lasers, en gekleed in een paar stukken zwart leer, springt dit muzikale fenomeen over het podium tussen haar gitaar, toetsen en microfoon. Ze is een eenpersoonsleger van industrial darkwave en electrorock met een krachtige stem. Zodra ze terugkomt naar Nederland (en niet als, want dat heeft ze beloofd), ga haar dan zeker zien!
Afgelopen zondag was het tijd voor de ene na de andere premiere: Baroeg On Tour kwam voor het eerst naar de Boerderij in Zoetermeer, daar boekten zij de eerste Nederlandse show van I Ya Toyah en de enige Nederlandse show in de Europese tour van Beastö Blancö.
I Ya Toyah
Van een ander kaliber is het Franse drietal Dätcha Mandala. Denk 90s hardrock en classic metal met een 70s bluesrandje, inclusief leren spencers, wapperende haren en de typische danspasjes richting je bandmaten. Tussen de nummers door pakken ze het publiek in met Nederlandse uitspraken uit een schriftje. Zij weten na ruim zevenhonderd Europese shows heel goed hoe je de zaal moet opwarmen als supportact. En bij twijfel laat je de gitarist van de hoofdact, Christopher Latham, gewoon een nummer meespelen. Het is een feestje om naar te kijken en luisteren.
Dätcha Mandala
En dan is het tijd voor het echte feest: Beastö Blancö! Al bij de eerste noten wordt duidelijk waarom er twee uiteenlopende acts als support mee zijn. Het witte beest lijkt zo uit Mad Max ontsnapt te zijn en zet een stevige show vol gadgets, theaterspektakel en lichteffecten neer. Alice Cooper-bassist Chuck Garric heeft voor deze band een gitaar en microfoon in handen en Calico (dochter van) Cooper zingend aan zijn zijde. Het is een charismatisch duo, aangevuld met de bluesy Christopher Latham op gitaar, hardrocker Jan LeGrow op bas en Sean Sellers à la Animal op drums. Het is een Motörhead-waardig spektakel waarop we niet uitgekeken raken. Met een vleugje industrial zijn ze klaar voor de toekomst en hopelijk brengt die toekomst hen snel weer terug naar Nederland!