Met de buik nog vol van het kerstdiner en het hoofd gevuld met plannen voor Oud & Nieuw zijn de laatste dagen van december vaak drukker dan gedacht. Gelukkig biedt Marlene Bakker hier een uitkomst. Op zaterdag 28 december schept ze met een ontspannen show in de Stadsschouwburg een rustplaats voor iedereen die de feestdagen even wil ontvluchten. Het repertoire is bekend, maar de uitvoering weet weer nieuwe snaren te raken.

Sinds het verschijnen van haar tweede album Oaventuren eind vorig jaar, staat Marlene met regelmaat in de theaters. Deze show in de schouwburg is echter eem wat anders. Naast dat de set bestaat uit liedjes van zowel haar eerste album RAIF en Oaventuren, is de bandformatie uitgebreid met een blazerssectie. De eindejaarsshow moet een unieke ervaring worden. 

De blazers, die op enkel aan het begin en aan het einde van de set meespelen, weten hun waarde direct te bewijzen bij de uitvoeringen van 'Oaventuren' en 'Stain'. De laatste heeft van orgine geen blazers, maar krijgt door de toevoeging een ruimtelijker gevoel waardoor de vocalen van Marlene nog meer lijken te zweven. Tegen het einde aan nemen de drie koperblazers bij 'RAIF' het over van de strijkers van de opname, wat het geheel meer body en kracht geeft dat heerlijk resoneerd met de galmende drums van Micha Porte. 

Toch is het pas bij het toegift dat ze echt schitteren. Bij een hertaling van van Björks 'The Anchor Song' (Anker Laid), laat Marlene zich enkel begeleiden door het koper. Hoewel de zangpartijen hier soms wat schuren, zet het viertal hier een prachtige versie van het debuut van de IJslandse zangeres neer. 

Als een vogeltje

Maar ook zonder blazers weet Marlene te schitteren. Opener 'Waarkhanden' met enkel de vaste band plukt me meteen uit je stoel en sleurt je mee door de Groningse landschappen. Als de blazers na hun eerste bijdrage afgaan, sust Marlene de gemoederen met 'Sloaplaidje', waarna er nog enkele nummers volgen met enkel gitarist Bernard Gepken en Reyer Zwart op bas als begeleiding. 

De show maakt een golvende beweging van op- en afbouw in instrumentatie waardoor je als luisteraar al snel in een fijne sluimerstand terecht komt. De koude en drukte van buiten is even ver weg en je gedachten kunnen vrij ronddwalen over de kabbelende melodiën en gelaagde stem van Marlene. 

Een tweede hoogtepunt van de avond naast het toegift is de uitvoering van 'Zolaank'. Met enkel de zachte gitaarpartij van Gepken, met hier en daar een accentje op piano of bas daargelaten, heeft de uitvoering de breekbaarheid van een jong vogeltje dat net uit het nest is gevallen. Teder, zonder het maar een veertje te krenken, pakken Marlene en Gepken het op en koesteren, tot het sterk genoeg is om weer zelf uit te vliegen. 

Als daarna het slotakkoord van het toepasselijke 'Nijjoar' wegsterft en de band afgaat ontwaakt iedereen uit zijn roes. Maar voor het toegift komt, wordt het publiek nog getrakteerd op een verhaaltje. Onder het kaarslicht leest Marlene een Gronings volksverhaal voor. Wie het Grunnegs minder goed machtig is kan misschien niet alles even goed volgen, maar de geste is duidelijk: de toekomst kan er soms donker uitzien, maar als we samenwerken aan iets moois, hoeft dat nooit werkellijkheid te worden.