Tomas Postema: “Als je naar BOT gaat kijken, zie je instrumenten, machines, soms zijn het bijna een soort robots die allemaal iets uitvoeren. Alles maakt muziek, speelt liedjes, maar dan op de minst logische manier die je kan bedenken, op de meest omslachtige manier, waardoor het heel erg theatraal wordt.”
Job van Gorkum: “De missie is altijd geweest om geluiden te zien ontstaan. Een piano moet je eerst openslopen voordat je ziet dat de hamers op snaren slaan. Je kan het muziektheater noemen, maar het is ook een bandoptreden, een soort Stop Making Sense van de Talking Heads. Het is theatraal en we denken goed na over de volgorde van de liedjes, maar het is enkel muziek, het zijn alleen maar liedjes.”
Job: “We hebben bijvoorbeeld een liedje met een accordeon die uit zichzelf speelt (Job doet een zuchtende noot van een accordeon na).”
Tomas (lachend): “Dat is ook ongeveer wat ie kan, meer niet.”
Job: ”Tomas maakt daar dan een liedje op, maar dat ding wordt steeds trager. Die heeft inmiddels een beetje haar oude dag en dat merk je dan ook aan het liedje. Voor ons moeten die machines iets zijn waar je ontzettend rekening mee moet houden. Als die machines perfect zouden zijn, dan is de lol voor ons eraf. Dus wat we altijd bij de hand hebben is een aantal dingen. Tie-rips, een rol gaffa-tape…”
Tomas: “…en sleuteltje dertien!”
Job: ”En we moeten altijd weten waar de stoppenkast zit en wat je moet doen als de stroom uitvalt of als er kortsluiting is. Tijdens de première van LEK op Oerol gooide ik op de climax bekkens door een elektriciteitssnoer heen…”
Tomas: “…en door de audiokabel tegelijk…”
Job: “Toen viel alles uit dus.”
Tomas (grinnikend): “Dat zijn wel dingen die op zich echt niet hoeven. Maar het kan gebeuren, en dan moet je door.”