Op de eerste dag maken de donkere wolken plaats voor donkere muziek. Na een veelbelovende introtune komen de gemaskerde mannen van Body Count het podium op en produceren een dijk van diep geluid. Veel gejuich voor acteur en rapper Ice-T, die al “yo” en “motherfucker” roepend verschijnt. Begin jaren ’90 stond Ice-T met zijn band aan het begin van het crossover metal genre en sinds die tijd heeft hij met zijn rebelse teksten heel wat onrust veroorzaakt. Hard en agressief buldert hij over de harde Slayer-achtige tunes heen en brengt nummers ‘Cop Killer’ en ‘Talk Shit, Get Shot’ ten gehore, die aardig worden meegezongen. De bozige rapper laat ook zijn zachte kant zien met een kleine familiereünie: zowel zijn vriendin, 2-jarige dochtertje als meeschreeuwende zoon Little Ice komen on stage.
Op een podium vol brandende fakkels, metalen Petruskruizen en botten schreeuwen en scheuren de geschminkte satanisten van Watain erop los. Hun act trekt een dunnetjes gevulde tent, waar mensen niet te dichtbij durven komen en enigszins in zichzelf gekeerd, verbijsterd toekijken en –luisteren naar de donkerzwarte black metal. Bij het laatste nummer komt er wat beweging in de zaal en zonder pardon wordt een schedel vol vloeistof naar het publiek gegooid. Wat erin zit? Misschien willen we het wel niet weten. Het zou namelijk niet de eerste keer zijn dat de band bloed over zijn publiek zou gooien.